Degenen die mij beter kennen weten dat ik - erg - lang heb geaarzeld alvorens mij zo'n hypermodern apparaat aan te schaffen. Ik noemde het ook altijd gekscherend een "ielepielapparaatje". Die gekke benaming maar ook mijn aversie tegen het gebruik ervan was gebaseerd op het in mijn ogen maffe gebruik van deze apparatuur door de mensen in de trein, opstraat, op de fiets, kortom van de gebruikers die ik als verslaafden voortdurend met zo'n ielepiel in de weer zag. Ik dacht dat het apparaat dergelijk gebruik opriep maar inmiddels weet ik beter.
Al sinds het prille begin van de personal computer, de PC ben ik gebruiker geweest; e-mail gebruikte ik al van voor de tijd van Internet; ik weet niet eens meer hoe die programmatuur en hoe dat netwerk van destijds werden genoemd; ik geloof iets van Viditel of daaromtrent. In die tijd was dat zo nieuw dat de gebruikers ervan tot middenin de nacht met elkaar zaten te communiceren. Ook de chat ontwikkelde zich al snel en daarvan herinner ik mij dat het chatten al snel ontaardde in oeverloos geleuter over niks.
En dan nu de tijd van de smartphone. Het is opmerkelijk dat jongeren met een smartphone zich als verslaafden gedragen en dat komt niet door dat apparaat maar doordat groepscommunicatie in die leeftijdsfase zo belangrijk is. Bij ouderen zie je een heel ander gebruik; veel minder dwangmatig. Wèl zie je dat het gemakzuchtig verdrijven van een stuk verveling door het apparaatje mogelijk wordt; eindeloos zitten swipen, iets dat ik wel herken uit de tijd dat ik nog TV had en met de afstandsbediening voortdurend vol verwachting van zender naar zender switchte; het zappen.
En nu ik dan eindelijk zelf zo'n ielepiel heb aangeschaft merk ik dat het gewoon verdraaid gemakkelijk is en dat het me tijd scheelt. M'n e-mail doe ik in de trein of gewoon even snel tussendoor; het WhatsAppen is erbij gekomen en is eigenlijk ook gewoon een vorm van chatten en e-mail; best handig. Je hebt gewoon voortdurend een computer bij de hand! En die verslaving of het verdrijven van de verveling is er bij mij niet bij; daarvoor heb ik gewoon veel te veel ervaring met het gebruik van ICT en electronische communicatie; destijds - ik praat over de tachtiger jaren van de vorige eeuw - was ik een pionier met electronische communicatie in de gezondheidszorg.
Al sinds het prille begin van de personal computer, de PC ben ik gebruiker geweest; e-mail gebruikte ik al van voor de tijd van Internet; ik weet niet eens meer hoe die programmatuur en hoe dat netwerk van destijds werden genoemd; ik geloof iets van Viditel of daaromtrent. In die tijd was dat zo nieuw dat de gebruikers ervan tot middenin de nacht met elkaar zaten te communiceren. Ook de chat ontwikkelde zich al snel en daarvan herinner ik mij dat het chatten al snel ontaardde in oeverloos geleuter over niks.
En dan nu de tijd van de smartphone. Het is opmerkelijk dat jongeren met een smartphone zich als verslaafden gedragen en dat komt niet door dat apparaat maar doordat groepscommunicatie in die leeftijdsfase zo belangrijk is. Bij ouderen zie je een heel ander gebruik; veel minder dwangmatig. Wèl zie je dat het gemakzuchtig verdrijven van een stuk verveling door het apparaatje mogelijk wordt; eindeloos zitten swipen, iets dat ik wel herken uit de tijd dat ik nog TV had en met de afstandsbediening voortdurend vol verwachting van zender naar zender switchte; het zappen.
En nu ik dan eindelijk zelf zo'n ielepiel heb aangeschaft merk ik dat het gewoon verdraaid gemakkelijk is en dat het me tijd scheelt. M'n e-mail doe ik in de trein of gewoon even snel tussendoor; het WhatsAppen is erbij gekomen en is eigenlijk ook gewoon een vorm van chatten en e-mail; best handig. Je hebt gewoon voortdurend een computer bij de hand! En die verslaving of het verdrijven van de verveling is er bij mij niet bij; daarvoor heb ik gewoon veel te veel ervaring met het gebruik van ICT en electronische communicatie; destijds - ik praat over de tachtiger jaren van de vorige eeuw - was ik een pionier met electronische communicatie in de gezondheidszorg.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten