31 maart 2014

De rouwkwikstaart op Texel

Foto met toestemming gecopieerd van
www.birdbeauty.nl
Afgelopen weekend hebben we ons weer uit de naad gewerkt op Texel; we hebben op de zaterdag niet één, maar twee tuunwallen gebouwd en zondag een ferme opknapbeurt gegeven aan "de Zandkuil", het insectenreservaat in de zandafgraving die honderd jaar geleden door Jacques P. Thijsse werd aangemerkt als een natuurhistorisch belangrijke plek. Iedere keer weer als ik daar mag werken denk ik aan deze pionier op het gebied van conservering van de natuur in ons landje.
De vrijdag waren Roos en ik al heel vroeg op pad gegaan. Om de trein van 6.30 te halen moest ik al om 4.45 uur opstaan (Roos misschien een half uurtje later, dat weet ik niet; ze zat nog te slapen in de stille trein op weg naar Den Helder). Aangekomen in Den Burg op Texel eerst maar een kopje koffie en daarna met bus 29 naar het natuurgebied "de Schorren" (halte Prins Hendrik) om vogels te kijken. Er was mooi, warm weer voorspeld; nou op Texel was het nog verdraaid fris en ik was blij dat ik m'n gevoerde wandelbroek aan had. Bij Utopia wemelde het van de vogels en ik heb er ontzettend van genoten. Vooral het grote aantal kluten vond ik prachtig om te bespieden terwijl Roos doorliep naar het restaurant van hotel Prins Hendrik. Ik heb me vervolgens nog even aangesloten bij de andere vogelkijkers terwijl Roos met de bus terug ging naar Den Burg. Een rouwkwikstaart, dwaalgast die in Engeland thuis hoort, was de belangrijkste waarneming. Adriaan bracht hem prachtig in beeld m.b.v. zijn telescoopkijker.
Gezellig om de groep weer te ontmoeten in het zonnetje, voor de Stayokay van Texel, met de bekende Skuumkoppe, oftewel het "Texels" biertje. Ik vroeg aan degene achter de bar waar dit bier werd gebrouwen; verbaasd keek hij mij aan: "bij de brouwerij op Texel natuurlijk". Ik vroeg hem of hij dat zelf geloofde; nooit zag ik een vrachtwagen bij die brouwerij of op de veerboot, zelfs geen kratten. Moet je eens in Wijlre bij de brouwerij van Brand kijken. Iemand van de groep merkte op dat hij wel een bierwagen had gezien op de veerboot, waarop iemand anders spits opmerkte: "die bracht het bier natuurlijk naar Texel". Hilarisch gelach.
Na het diner ging Roos even een uurtje liggen; voorbeeld heb ik "even" gevolgd. We werden dus pas om 23.00  heel eventjes wakker om het licht uit te doen. Dat heb je als je zo vroeg van huis gaat.


30 maart 2014

Gezonde frisdrank?!

Vaak geneer ik me een beetje wanneer ik binnen kom bij een van onze bridgeclubs; de bediening achter de bar groet mij altijd vriendelijk en informeert af en toe naar de kleinkinderen (een van de dames heeft ook kleinkinderen, toevallig van de zelfde leeftijd), maar ik neem helemaal nooit iets af. Ook wanneer ik van iemand een drankje krijg aangeboden na afloop van de bridgeavond, sla ik altijd af. Dat komt niet voort uit valse bescheidenheid of gierigheid maar uit mijn afkeer van de voedingsindustrie. Met name frisdrankjes, in mijn ogen chemische mengseltjes van smaak- en kleurstoffen op suikerwaterbasis kunnen in mijn ogen geen goed doen. Ik moet eerlijk bekennen dat ik onlangs, na vele decennia van abstinentie, een glas coca cola heb gedronken en het verleidelijk lekker vond; aan de smaak ligt het niet?! Maar ik vertrouw al die chemische rotzooi niet; de toename van allerlei aandoeningen in mijn omgeving wijt ik voor een groot deel aan al die bio-actieve toevoegsels aan de voeding. Sommige van die drankjes stinken zo verschrikkelijk wanneer ik ze in de trein ruik, dat het wel een chemisch fabriek lijkt. Dit soort drankjes is vooral bij de jeugd geliefd. Ik maak me zorgen over de gevolgen van het gebruik over de lange termijn.
Maar enkele dagen geleden maakte ik mijn eigen "frisdrank"; een paar sinaasappels uitgeperst en 1:!1 gemengd met karnemelk van de boer (Boom en Bosch natuurlijk). En daar kan echt geen voedingsindustrie tegenop qua smaak. Het is eventjes werk (zeker 4 minuten!) maar dan heb je ook wat.
En wil je het echt heel lekker maken voeg dan wat (ingevroren) aardbeitjes toe en een beetje honing; met de staafmixer stevig homogeniseren en smikkelen maar. Is wel veel meer werk; zeker 3 minuten extra, maar dan heb je ook wat gezonds.

29 maart 2014

De ondergrondse bronnen

Vorig jaar hebben we in Macedonië St Naum bezocht, de plek waar een groot deel van de water influx van het meer van Ohrid plaatsvindt. Het was zo veel dat je van een echte rivier kon spreken en dat helemaal van onder de grond. In het verleden heb ik ook wel eens zoiets gezien; de source du Doubs in Frankrijk bij de grens met Zwitserland (bij Pontarlier dacht ik) weet ik mij nog te herinneren; ook zo'n kalkgebied met veel grotten en onderaardse stromen, maar hier in St Naum was het toch wel van een andere orde van grootte.
Toen we afgelopen week aan het wandelen waren kwamen we een Macedonische jonge vent tegen, net zo'n wandelaar als wij, die ons kon verklaren waar dat water vandaan kwam. Hij vertelde dat je bovenop de hoogste berg kon komen: de Galicica, waar het park kennelijk naar genoemd is. En sta je daar op de top dan kun je de twee grote meren van Macedonië in één blik vangen: het hoge meer, waarvan ik de naam niet meer weet en het veel lagere, het meer van Ohrid. En nu stroomt er een ondergrondse rivier van dit hoogste meer, door de kalkrotsen (echte Karst dus) naar St Naum en voedt daarmee het meer van Ohrid. Bij Struga, aan de andere kant zagen we bij het passeren met de bus een grote afvoer van water richting de Adriatische zee. Gaat een tikje anders dan bij ons.

28 maart 2014

De ontmoeting met Stephan

Na zdravnje, oftewel proost!
Op een uurtje van het hotel Belvédère hadden we een bijzonder indrukwekkende ontmoeting met een Macedonische meneer, Stephan geheten. Hij sprak behoorlijk goed engels en, zeker Roos, kon hem goed begrijpen. Hij liet mij zijn zelf-gestookte rakia proeven; of het Everts' roem was, zo lekker. En ook zijn zelf bereide wijn smaakte prima op zo'n twintig meter afstand van waar de wijnstokken hadden gebloeid! Hij vertelde over zijn werkzaam leven als postbode. Hij was van 1949, een jaar jonger dan ik. We hadden beiden direct een heel vriendschappelijk gevoel. Roos heeft foto's gemaakt van ons beiden, terwijl we een nazdravnje oftewel een proost uitbrachten, en ook van de 34-jarig ezel die hij met zorg en liefde inzette in zijn landbouw werkzaamheden; het dier stond geduldig te wachten, terwijl de/het muilezel/muildier achterna gezeten moest worden omdat "het" wegliep. Het woord "ecologisch" en genieten van een zelf bereid drankje stonden bij Stephan ook hoog in het vaandel; dat, en het genoegen van de middelbare leeftijd schiep direct een band. Roos gaat hem de foto sturen; we kregen zijn adres in Racha, gewoon zijn naam en Racha, Macedonië is kennelijk voldoende. Dat is toch wel de menselijke maat. Ik denk niet dat het noemen van naam en woonplaats in NL zou volstaan om iemand te vinden; postcode is toch wel het minimum. Had Stephan niet nodig tijdens zijn werkzaamheden; wanneer hij (lopend!) in een dorp kwam blies hij op zijn posthoorn en kwamen de mensen kijken of er post voor hen was. Dat is nog eens de menselijke maat.

27 maart 2014

Nieuwe paden en frisse lucht

Vrouwlijke jeneverbesboom met bessen
De vrijdag van onze Macedonische trip was een "eitje"; we kenden de route weer op ons duimpje en de paden stonden nu ook op de GPS omdat we er al gelopen hadden de dag tevoren; verlopen was er dus niet meer bij.
Net als de dag eerder gingen we ieder uur even in ons blote vel in de zon zitten om alvast een beetje te bruinen voor het nieuwe seizoen. Dus kallumpies aan; we namen er de hele dag voor. Weer door Alshani waar we een moeizaam maar vriendelijk gesprek hadden met een meneer met een ezel; we passeerden weer het hotelletje van Anita. Daar was nu geen leven in de brouwerij; nog veel te vroeg in het seizoen zoals we al hadden gemerkt natuurlijk.
Manlijke jeneverbesboom, zonder bessen
Onderweg schoot ik een paar foto's van planten. Die tweeslachtige jeneverbesbomen fascineren me altijd. De vrouwtjesbomen, vol met bessen en de mannetjesbomen helemaal kaal; ik kon hierop ook geen manlijke bloemen ontdekken; heb ook eigenlijk geen idee wat ik me daarbij moet voorstellen, maar in ieder geval geen bessen.
Ook de schone lucht is hier zo manifes; sommige takken zijn helemaal beladen met korstmossen; veelal een teken van bijzonder schone lucht. Kan ook niet anders hier, want auto's of andere viezeluchtverschaffers kunnen hier gewoon niet komen; ik hoop dat in ieder geval niet te hoeven meemaken.
Korstmos, indicator voor schone lucht

26 maart 2014

Weer over de hoogvlakte

Op de hoogvlakte bij Peshtani. Nog dor en kaal na de
droge winterperiode zonder sneeuw. Toppen zijn besneeuwd.
Van onze Macedonisch gastheer hoorden we dat het dit jaar een heel bijzondere winter was geweest; kennelijk was heel Europa getuige van een bijzonder zachte winter. Normaal ligt er in maart een dik pak sneeuw; zelfs in mei kan het hier nog bitter koud zijn. Wij hadden hier geen idee van gehad en waren nauwelijks voorzien van enige warme kleding. Wèl had Roos de week voorafgaande aan ons vertrek het weerbericht bestudeerd en gezien dat het ruim 20 graden was en dat voor "onze week" 25 graden werd verwacht. Pas op de maandag van ons vertrek zou het kouder en bewolkter worden. En dat is werkelijk precies zo gebeurd?! Alleen 'snachts was het koud, maar daar kun je je wel op kleden.
Maar op de donderdag , inmiddels al onze vierde dag gingen we vroeg op pad voor een lange etappe: omhoog naar de hoogvlakte en dan via Alshani, het desolate dorpje Konshko, waar we vorig jaar een depressieve hond hebben gezien, achterom de berg naar hotel Belvédère.
De depressieve hond, vorig jaar in Konshko
De "waypoints" stonden gelukkig nog in de GPS; daar hebben we enige steun van ondervonden; desondanks hebben we ons een paar keer verlopen. Maar op zeker moment herkende Roos de route en kwamen we tegen half zes bij Belvédère aan. Leuk weerzien en we konden voor een bedrag, nauwelijks hoger dan wat we in Peshtani moesten betalen een heel luxe kamer krijgen inclusief het ons bekende, meer dan voortreffelijke ontbijt!
Schitterende blauwe bloemen al zo vroeg in het voorjaar
En terwijl we bij het open haardvuur in de lounge op een taxi naar Peshtani wachtten zaten we ons al op het verblijf alhier te verheugen; we hebben het hier zo naar ons zin gehad vorig jaar.
Maar eerst de forellen bij restaurant Orcana. We hebben weer ontzettend lekker gegeten die avond. Orcana kan ik iedereen adviseren die naar Ohrid gaat; leuk plaatsje en voortreffelijk oorspronkelijk eten. Dat hadden we vorig jaar ook al geconstateerd en vernomen van NLers die daar vaker kwamen en daar altijd gingen eten.

25 maart 2014

Peshtani

Roos en Maria op de foto
Het was ons vorig jaar goed bevallen, dat kleine vissersplaatsje Peshtani, met de klemtoon op de eerste lettergreep. Roos had via Facebook contact gehouden met Maria, degene die ons daar bediend had, maar ook economie had gedaan.
Met de bus vanuit Skopje naar Debar via het prachtige Mavrovo natuurpark, dat was ons aangeraden door iemand die wij spraken in ons appartementencomplex in Skopje. En Roos had het Mavrovopark ook op haar wensenlijstje staan. Onderweg, vanuit de bus heeft Roos ongelooflijk scherpe foto's kunnen maken. Bergbeekjes, diepe kloven, hoge wanden, best spectaculair voor ons platlanders ook al was het onvergelijkbaar met de dodenrit die ik vorig jaar in Albanië heb meegemaakt. Er lag sneeuw op de toppen van de bergen; onderweg kwamen we zelfs sneeuw tegen. Daar hadden we niet echt op gerekend; we dachten dat het lekker warm zou zijn in dit subtropische land.
In Debar aangekomen hebben we even kunnen bekomen van de rit door de bergen en toen met de volgende bus door naar Ohrid busstation. We wilden zo snel mogelijk naar onze eindbestemming Peshtani. We moesten ruim een half uur wachten voor de bus naar Peshtani, voldoende tijd om even wat banaantjes in te slaan en die op een paar aldaar staande stoelen "op te nuttigen". En daar werden we verrassend in goed Nederlands aangesproken door een Macedonische meneer. Hij had als maatschappelijk werker in NL gewerkt. We hebben genoeglijk met deze meneer gesproken; hij verlangde erg terug naar Delft; dat vond hij zo'n fijne stad. Ik kon dat slechts beamen; in de jaren dat ik in Delft heb gewerkt heb ik het niet alleen naar m'n zin gehad maar ook de stad erg leren waarderen; ik kom er nog graag en regelmatig.
En toen het laatste stukje naar Peshtani met een gezellig volle bus Macedoniërs. We werden middenin het stadje afgezet en liepen naar het restaurant Orcana waar we vorig jaar een paar keer hadden gegeten. De buurman van het restaurantje stond in de tuin en wist Roos te vertellen waar Maria woonde. Hij liep naar de straat om dat te wijzen, kwam z'n zuster tegen en die liep met Roos mee naar het huis van Maria?! Hij vertelde mij dat het dorp nog in winterslaap verkeerde en dat er geen restaurants open waren en hotels of andere overnachtingsmogelijkheden evenmin. Maar direct hield hij een jonge vrouw op een scooter aan; bleek een Nederlandse te zijn, dochter van een echtpaar dat bestaat uit een Peshtanische meneer die in NL heeft gewerkt en zijn NLse vrouw. Zij hebben een hele nering opgezet voor NLse toeristen met appartementen, huurauto's, excursies e.d. De dochter belde even met het thuisfront en we konden daar voor de nacht terecht. Dat was dus allemaal snel geregeld.
Heerlijke forellen uit het meer van Ohrid
Het was geen geweldig onderkomen en de prijs was het ook niet waard, maar we konden in ieder geval gerust aan een wandeling beginnen; vrijwel rechtstandig de heuvels op; wat een klim. We hadden niet zo gek veel tijd maar hadden in ieder geval met enige moeite de opgang naar de hoogvlakte gevonden voor de volgende dag. Dan zouden we via Alshani en de hoogvlakte naar hotel Belvédère gaan om te kijken of we daar terecht konden voor 2 nachten. Voor donker waren we weer in het dorp Peshtani voor de maaltijd.
Roos had Maria ontmoet en het bleek dat het restaurant voor ons tweeën zou open gaan; dat was wel erg lief van de eigenaresse die ook kookt vanuit haar eigen keuken denk ik.
Was ontzettend gezellig en we hebben heerlijk gegeten; ik had weer de worst met bonen schotel die me vorig jaar ook zo goed had gesmaakt en Roos iets anders. De volgende dag wilden we er wel weer eten (nogal wiedes; verder was alles dicht!) en dat kon.
We wilden graag forel uit het meer eten; aldus zeggen een lekkernij; deze forel is endemisch in het Ohrid meer. We mochten kiezen uit de drie nu nog ingevroren reusachtige vissen. Bescheiden als wij Hollanders zijn kozen we natuurlijk de grootste: 1 kilogram.

24 maart 2014

Skopje en haar beelden

Eén van de vele beelden die Skopje opluisteren
Vanavond laat zijn we terug gekomen van een weekje Macedonië. Met Wizzair waren we een week geleden naar Skopje gevlogen en vanavond, keurig op tijd, weer terug. Vorig jaar waren we ook naar Macedonië, ergens in mei dacht ik en we hadden het er zo naar ons zin gehad, met name vanwege de prachtige natuur met z'n vlinders en bloemen, dat we wel weer wilden. Lekker warm land; vlak boven Griekenland. We vroegen ons af waarom Corendon en Arkefly pas in april/mei met hun geregelde dienst op Macedonië begonnen; gelukkig ging Wizzair iedere week, zij het via Skopje. Onze voorkeur ging uit naar de omgeving van het meer van Ohrid, het Galicica park; fraai wandel en natuurgebied.
Alexander de Grote
Op het vliegveld werden we opgewacht door iemand van het appartementencomplex waar we drie dagen hadden gereserveerd. 'sAvonds wat gegeten in het centrum van de stad en de volgende dag de stad verder verkend. Viel ons nogal tegen; erg veel verkeer en merkwaardig veel standbeelden. We hebben ons appartement een dag laten schieten en met de bus naar Ohrid, via een ander natuurpark, het Mavrovopark. Een prachtig natuurgebied met hoge bergen en hard stromende beken. We gingen vanuit Ohrid direct door naar het dorpje waar we wilden verblijven voor een paar dagen. En daar hoorden we wat een ongehoorde mazzel we hadden. Normaal ligt er in maart/april nog een dik pak sneeuw in Macedonië; zelfs in mei kan het er nog behoorlijk koud zijn. Het was dit jaar, net als in NL een ongehoord warm voorjaar. En daar hebben we erg van genoten deze dagen in Macedonië.

23 maart 2014

Groene stammen en sporenelementen

De stammen van deze bomen zijn helemaal groen
door de alg t.g.v. de gebonden stikstof in de lucht
Inmiddels weten we niet beter: alles in de natuur is groen en niet alleen in de natuur; ook stenen kennen de groene aanslag die je overal op de bomen ziet.
Het viel mij vooral op toen ik de hunebedden in Drenthe na zoveel jaren weer zag; helemaal bedekt met een groene waas.
Het wordt veroorzaakt door algen die groeien dankzij gebonden stikstof in de atmosfeer; van nature komt dit nauwelijks voor maar wordt tegenwoordig in de atmosfeer gebracht door de landbouw, industrie en het autoverkeer. Verzuring van de (zand)gronden met uitloging van mineralen wordt ook veroorzaakt door de gebonden stikstof die wordt omgezet in nitraat en daardoor de bodem verzuurt. Dat heeft nogal wat gevolgen voor de natuur. Er wordt door ervaringsdeskundigen al gesuggereerd dat één van de oorzaken van het teruglopen van de fauna wordt veroorzaakt door een tekort aan sporenelementen in de flora die uiteindelijk de basisvoedsel voorziening vormt voor alle leven.
Vorige week maakte Peter B. me erop attent dat er nauwelijks meer sprinkhanen en krekels voorkomen in grasvelden. Het was mij nog niet opgevallen omdat dit soort ontwikkelingen altijd zo geleidelijk gaan, maar het is helaas wel een feit; nu ik ermee geconfronteerd werd realiseer ik me dat ik ook zelden meer van die wegspringende rakkers zie. En sprinkhanen waren typisch een bulksoort die als basisvoedsel voor vele vogelsoorten dienden. 't gaat niet goed met de natuur!

22 maart 2014

Berkenwater in m'n nek

Een tranende berk
Onder deze berk staat een bankje; leuke plek om even te zitten; er is ook een vijver bij. Doen we eigenlijk niet vaak, maar vorig jaar zaten we hier van het zonnetje te genieten; een dag met een blauwe heldere lucht ergens in april denk ik. We zaten daar en tot m'n verbazing kreeg ik een druppel op m ń hoofd; kon geen regen zijn want het was zoals ik al schreef een heldere lucht. "Zeker een vogelenpoepie", dacht ik nog even, maar het was wel nat, maar niet drekkig.
En even later weer een grote druppel op m'n hoofd en dat ging maar door. Het waren druppels die van de boom vielen. Ik heb het er maar op gehouden dat de sapstroom op gang was gekomen door de invloed van de langere dagen en de zon. Aangezien er nog geen bladeren waren (het was een bijzonder koud voorjaar geweest) kon het vocht niet verdampen en zocht het op een andere manier haar uitweg via de takken. Het leken wel tranen, vergoten vanwege het koude voorjaar.

21 maart 2014

De strontleeuwerik

Tank met stront die met een injector de grond in wordt gespoten
Vroeger had je van die enorme fonteinen van stront om de drijfmest over het bouwland te verspreiden. Dat stonk verschrikkelijk en de gebonden stikstof (ammoniak dampen) kwamen in grote hoeveelheden in de atmosfeer terecht; dat kon niet meer. Niet alleen de vreselijke stank voor omwonenden maar ook de verzuring van omliggende gebieden, met name de natuurgebieden was onacceptabel. Toen werd verzonnen om de stront in de grond te injecteren; je moet die vuiligheid ergens laten nietwaar.
Toen ik vorige week donderdag door het Limburgse landschap wandelde hoorde ik tot mijn genoegen maar ook wel een beetje tot mijn verbazing tot twee keer toe een veldleeuwerik zingen. Eén keer zag ik hem zelfs! Het was in een gebied waar de stront bijna over het wandelpad stroomde; overal van die gleuven in het land op zo'n tien centimeter afstand van elkaar en daarin allemaal stront in een bepaalde maat ingedroogd. En het stonk van nabij zodanig dat ik er een smerige smaak van in m'n mond kreeg.
Je kunt je toch niet voorstellen dat zo'n vogel dit nog als een leefbaar gebied kan ervaren. Het is maar de vraag of zijn longen en lever de grote hoeveelheid ammoniakdamp kan opnemen en uitscheiden die zo'n dier daar inademt. Maar het tweetal zong er lustig op los; ik had met ze te doen.
Uit mijn jonge jaren herinner ik me nog het gezang van tientallen leeuwerikken tegelijk op dit soort velden. Ook in Luxemburg heb ik nog velden met heel veel leeuwerikken gehoord en gezien. Maar in ons eigen land kom je ze nauwelijks meer tegen helaas alleen in natuurgebieden, maar ook niet veel meer. Ik zou er als leeuwerik ook de schijt van krijgen en ergens anders heen gaan!

20 maart 2014

Vreemd verschijnsel in het bos

Vreemd hangende tak in een boom
Omgevallen bomen zie je wel vaker in het bos, maar dit verschijnsel heb ik nog niet eerder gezien: een loszittende, hangende, balancerende tak in een boom.
Ik stond in een hellingbos, vorige week in Zuid Limburg aandachtig te luisteren naar een mij onbekend vogelgeluid; ik dacht dat het een roofvogel geluid was; deed me denken aan het geschreeuw van uilen zoals ik dat gehoord heb in de Gargano vorig jaar. Ab en Dick maakten me er toen op attent. En ook van de CD van de vogelbescherming met vogelgeluiden merkte ik dat uilen merkwaardige schreeuwgeluiden produceren. Ik zal eens gaan luisteren of het geluid van deze roofvogels erop staat.
Maar terwijl ik zo aandachtig stond te luisteren zag ik deze rare tak en ik kon het niet laten om hem te fotograferen. Zal bij de eerste de beste storm wel naar beneden komen denk ik.

19 maart 2014

Landschapskunst in Twenthe

Gevlochten heg om het vee tegen te houden
Lange tijd werd vee binnen perken gehouden met behulp van dichte heggen van meidoorn of met vlechtkunst ondoordringbaar gemaakte heggen. Je ziet ze helaas niet vaak meer, maar een enkele keer toch wel.
In Albanië heb ik ze vorig jaar nog echt in functie gezien; arme lieden die voor prikkeldraad of schrikdraad geen geld hebben en die natuurlijk nog wel over de kunst van het maken beschikken. Want dat dreigt natuurlijk te verdwijnen; het is echt een ambachtelijke kunst om dit soort heggen te fabriceren.
Gelukkig is er steeds meer aandacht voor het behouden van oorspronkelijke ambachten en kunsten; denk maar aan Slowfood voor het behoud van oorspronkelijke voedingsmiddelen en oudheidskamers voor het behoud van kennis van de historie van een omgeving of plaats. Doet mijn conservatieve aard goed dit soort zaken.

18 maart 2014

Met Joke naar Holten

Dit café-restaurant staat bij het station van Holten; ik kom er al vele jaren, zij het niet erg frequent. Ik weet nog dat de zaak decennia geleden werd gedreven door een zeer timide jonge meneer die werd gedomineerd door zijn moeder. Deze moeder kon ontzettend lekkere gehaktballen bereiden aldus ging het verhaal en dat moest ik natuurlijk een keer uitproberen; niet beter dan die van mijn eigen moeder maar inderdaad van voor de horeca bijzonder goede kwaliteit!
Maar mijn leukste herinnering was toch wel dat ik hier op de fiets was met Joke. Ze was toen een jaar of vier denk ik; zat nog in een fietsstoeltje voorop (of moet ze dan jonger zijn geweest?). Ik heb wat door het land gecrosst met die twee oudsten van me. Bij de geboorte van Arja heb ik een fietstocht gemaakt op Anneke's fiets vanuit huis, via Baarn (het eerste stukje mocht de kleine Hugo mee) en toen weer naar huis. De fiets bleef telkens staan in de fietsenstalling van het station. 's Middags met Joke verder van Baarn naar Barneveld; daar kon ik de fiets onderbrengen bij een rijwielhandelaar. De volgende dag van Barneveld naar Apeldoorn via de Veluwezoom. Het was daar dat ik de twee veldmuisjes zag die met lucifers hadden gespeeld. En daar heb ik de fiets weer op de trein gezet.
Van Holten weet ik mij behalve die timide meneer en die gehaktballen niet zo gek veel meer te herinneren; alleen dat bezoek met de kleine Joke.

17 maart 2014

Vreemd insect knaagt op beton

Een maand geleden, ik was op weg naar de "kistjesdag" van de NEV toen ik getroffen werd door de aanblik van een wel erg groot insect. Op deze foto komt het niet zo goed uit, maar deze betonkraker lijkt ontzettend op een insect met een enorme bek, net als een bidsprinkhaan; alle functionaliteit als een soort reusachtige extensie aan een verder normaal geproportioneerd lijf.
Om mij heen zag ik allemaal oudere heren, duidelijk net als ik op weg naar de bijeenkomst die verderop in Utrecht plaats zou vinden. Ik zag ook Frits waarmee ik in het bestuur van de sectie Thijsse heb gezeten en maakte hem attent op de merkwaardige gelijkeis van dit apparaat met insecten.
Het verbaast me sowieso hoe ontzettend veel functionaliteit is toegevoegd aan de basis van een hijskraan. Een zelfde ontwikkeling heeft zich in de bouw voorgedaan als in de landbouw. Ook daar zie je machines, vaak op basis van de ouderwetse tractor met uitgebreide functionaliteit. En in de bosbouw waar het zware zaagwerk is overgenomen door apparatuur die nog net geen gezaagde planken achterlaat maar wel volledig gestripte en op maat gezaagde stukken stam. Pet af voor onze ingenieurs.

16 maart 2014

Sinaasappels in de wasmachine

Roos en Evi aan het spelen. De Kenwood doos op
de achtergrond
Vrijdag was Arja weer gezellig bij mij op bezoek met de twee kinderen. Eerst moesten de hechtingen uit m'n vel gepeuterd worden, vervolgens snel naar de markt nog wat fruit, broodbeleg en aardbeitjes voor Gijs gekocht. Naar de bieb om een gereserveerd boek op te halen en toen naar het station; eerst een zitje op m'n fiets. Ik kon het niet over m'n hart verkrijgen om zo'n "veilig" zitje met riemen alsof je het kind wilt vastsnoeren, te kopen. Die zgn. veiligheidsmaatregelen zijn in mijn ogen zo krankzinnig dat ik daar niet aan toe wil geven. Dus een volstrekt onbruikbaar ding op m'n fiets laten monteren waar ik alleen maar last en Gijs geen baat bij heeft. ... (een drieletterwoord).
Snel naar Utrecht met de trein en daar kwamen ze al aan op perron 1. Weer terug en door het bos naar huis gelopen. Gijs viel om van de slaap en Evi zat rustig om zich heen te kijken in de wagen.
Binnen de kortst mogelijke tijd moest ik alles van de grond halen en donderden de kinderen daar andere zaken voor in de plaats op de grond: het leek wel een explosie, maar leuk toch!
Ik perste sinaasappels uit op de Kenwood; gaat altijd met veel lawaai gepaard hetgeen Gijs de opmerking ontlokte: "sinaasappels in de wasmachine". Die houden we erin!
Wat een kleine teentjes heeft ze toch
De doos van de Kenwood heb ik bewaard voor Gijs om mee te spelen. Had ik natuurlijk niet aan gedacht maar Gijs vroeg ernaar: "Roos, kun jij mij helpen met de doos". Lief hoor, en daar verstopte hij zich en ROos lekker met hem rommelen met de doos open en dicht en heen en weer. Je doet weer net zo gek als vroeger met die kleintjes.
In de loop van de middag vertrokken ze weer voor verder bezoek bij Suus, een goede vriendin van Arja. En daar ging ze weer, bepakt en bezakt, via de kippen bij Peter naar Suus.
De rotzooi was in een mum van tijd weer opgeruimd. We maakten nog even een rondje door het bos; lekker even uitwaaien.

15 maart 2014

Een jongensdroom

Informeel overleg tijdens de pauze van de vergadering
Vandaag was er een bijeenkomst van de Mierenwerkgroep waar ik al een behoorlijk aantal jaren deel van uitmaak; ik heb zelfs een poosje in het bestuur gezeten. Het doet me altijd zo'n plezier om tussen mensen te zitten die net als ik gek zijn op de natuur. Ik had het op mij genomen om het verslag van de vergadering te schrijven.
Na opening door de voorzitter gaf Cees van A. een interessante lezing over parasitosen bij mieren. Ieder organisme kent andere organismen die op de een of andere manier gebruik of misbruik maken. Bij de mens kun je denken aan vlooien, lintwormen, bloedzuigers, muggen, malaria, maar ook commensalen, bv bacteriën die op de huid leven en darmbacteriën waar je als mens niet buiten kunt. Van parasitose spreek je als de gastheer er slechter van wordt of er zelfs aan dood gaat.
Bij mieren is dat niet anders. Cees kan het naar eigen zeggen niet laten om ook buiten dit onderwerp e.e.a. te vertellen. Zo noemt hij sluipwespen die het hebben voorzien op de "melkkoeien", de luizen die door de mieren worden gebruikt als producenten van suikerhoudend voedsel. Deze wespen komen er vaak niet onbeschadigd vanaf en hebben meestal beschadigde antennes en vleugels door de aanvallen van de mieren die hun "vee" beschermen.

Ook de parasitaire mieren worden genoemd; de commensalen die a.h.w. inwonen in het nest van andere soorten, maar ook sociale parasieten die van het voedsel dat door de hoofdbewoners wordt verzameld meegenieten door nagebootst bedelgedrag. En dan natuurlijk de slaven houdende soorten, de poppenrovers, waarbij gemixte kolonies ontstaan.
Een sprekend voorbeeld van een echte parasiet is een leverbot die niet alleen een slak als tussengastheer heeft, maar ook een mier die in een bepaalde fase merkwaardig gedrag vertoont: gaat in een bloem hangen zodra zich een groot dier in de omgeving ophoudt; dat eet vervolgens de bloem met mier en leverbotparasiet op en sluit daarmee de kringloop die deze parasiet in leven houdt. De natuur heeft merkwaardige kostgangers.
Schimmels komen ook voor als parasitair op mieren waarbij gedragsverandering optreedt. Mijten en Wormen zie je ook bij mieren; merkwaardig grote wormen die het hele achterlijf lijken te vullen.
Endoparasitoïden leven op larven of poppen van mieren. Cees laat een aantal fraaie filmpjes zien die gemaakt werden door dhr Gomez, gewoon tijdens zijn lunchpauze op een parkeerterrein in Madrid. Een sluipwespje dat z'n naam eer aan doet; legt het eitje in een pop op het moment dat een werkster met de pop buiten het nest loopt; de werkster merkt er ogenschijnlijk niets van en loopt gewoon door. Maar ook een razendsnel wespje dat de volwassen werksters in het achterlijf prikt en een eitje deponeert.
Een in het begin getoonde foto van een sluipwesp die lange sprieten en poten heeft kent zo zijn raadsels: hoe komt zo'n beest onbeschadigd het nest uit wanneer hij/zij is "uitgekomen"? Waarschijnlijk wordt deze door de mieren zelf naar buiten gesleept voordat hij is uitgekomen en op de afvalhoop gelegd die veel mierensoorten aanleggen.

Na de pauze hield Jan-Peter Oudenampsen een ontzettend leuk verhaal over de ontwikkeling van een jongensdroom naar een handelszaak (mierenboerderij.nl) in mierenhobby artikelen.
Hij vertelde hoe hij in mieren geïnteresseerd was geraakt door toedoen van zijn grootvader en zijn vader vanwege de kolonie van bladsnijdersmieren (Atta mieren) in het Noorderdierenpark in Emmen. Ik herinner mij ook nog wel die rijen mieren met een parasol van bladsnijdsel achter elkaar in een enorme glazen bak aldaar. En hoe hij vervolgens materiaal wilde kopen om zelf mieren te gaan houden en hoe dat van kwaad tot erger uit de hand liep en er nog maar net plek was voor zijn gezin tussen alle materiaal waarvoor kennelijk veel belangstelling bestaat onder het algemeen publiek. Het deed mij zo denken aan mijn eigen eerste schreden op mierengebied dat begon met het boekje van Raignier: het leven der mieren. De daarin aangegeven gipsnesten, het wonderlijke gedrag van mierenkoninginnen, de verschillende soorten. Alleen had Jan-Peter het allemaal uitbundig in de praktijk gebracht. En het gipsnest zoals hij dat nu zelf fabriceert en in de markt aanbiedt ziet er schitterend uit en lijkt op het eerste gezicht bijzonder praktisch!

14 maart 2014

Stilte

Vanmorgen werden de hechtingen verwijderd die vorige week waren gezet na het uitspitten van twee moedervlekken. Derhalve zat ik weer in de wachtkamer en bladerde wat in een tijdschrift gedurende het wachten. Deze keer geen Seasons met een advies voor lekker eten, maar een artikel over stilte-wandelingen in de stad Utrecht. Via een "app" konden wandelingen gemaakt worden in alle buurten van Utrecht waarmee de stilte kon worden opgezocht.
Het deed me denken aan gisteren toen ik wandelde door het prachtige Limburgse land. Het was wel niet stil; vogelgeluiden alom, maar geen auto's en geen landbouwmachines, zelfs geen vliegtuiggeluiden. Ik genoot er zo ontzettend van en voelde me zo'n gelukkig mens dat ik daar op zo'n mooi moment mocht zijn.
Er zijn niet veel plekken meer in ons overbeautoode land waar het echt stil is. En zijn het geen auto's dan zijn het wel "sportvliegtuigjes" of motorzagen die de stilte verdrijven. De buitendijkse gebieden in het noorden zijn nog echt stil en sommige dalen in Limburg, soms op de Veluwe, maar ook in het oosten van het land en in het plassengebied. En daar kun je zo ontzettend van genieten!
Als ik jaren geleden in Kautenbach (Luxemburg) uit de avondtrein stapte en op het station stond na vertrek van de trein, dan viel de absolute stilte over me heen. Slechts heel zacht gedruis van de Clerf kon je horen, verder niets. En dan 'swinters die bevroren watertjes langs de rotsen als je naar het hotel liep; betoverend decor dat bij deze stilte hoorde.
Echte stilte in de natuur ervaar ik als het mooiste geluid.

13 maart 2014

Met Stendhal naar Schin op Geul

Karakteristiek voor Zuid Limburg,
maretakken in een boom
Vanmorgen om 9.30 zat ik in het zonnetje op het bankje van het station Schin op Geul, het plaatsje waar mijn goede vader zo gek op was. En terecht, het ligt daar mooi in het dal van de Geul met het Gerendal en andere niet nader genoemde dalen met holle wegen, landbouwgebied en hellingbos.
Die lieve Roos had me een dag "vrij" gegeven, want eigenlijk moet ik donderdagmiddag bridgen. Maar het is zulk prachtig weer dat ik daar absoluut geen zin in had; met dit weer binnen zitten ervaar ik als een straf. Dus om 5.00 uur de wekker en om 6.28 de trein naar Utrecht. De reis duurde relatief kort omdat ik het boek "La chartreuse de Parma" (in het Nls hoor) van Stendhal bij me had; geweldig boeiend geschreven verhaal dat speelt in een spannende tijd; trein reizen en lezen zijn een formidabele combinatie waarmee "tijdswinst" valt te maken
Ik was gisteravond vroeg naar bed gegaan en lag al om 21.00 uur te slapen; voelde me dan ook helemaal fit. Lekker door de kou met muts op en handschoenen aan; de vogels gingen tekeer, de schemering brak al door; de lente komt er aan!
IJverige hommelkoningin verzamelt nectar en stuifmeel
In Limburg was de lente al lang uitgebroken; de bermen stonden vol met bloeiend spul: paardenbloemen, vergeet-me-nietjes, hondsdraf, vogelmuur, maarts viooltje, klein hoefblad en nog meerdere planten die ik niet kan benoemen. Na de eerste helling heb ik m'n kleren verwisseld voor zomer-outfit; de hele dag heb ik in korte broek en T-shirtje gelopen alsof het zomer was. Met de Garmin-GPS heb ik een zigzag route uitgestippeld; er lopen zo veel paden door het Limburgse landschap dat je altijd wel weer iets anders kunt lopen.
Op het bankje boven Gulpen heb ik in een half uurtje zitten zonnen; aan voorbijgangers heb ik gevraagd of ze me op de foto wilden zetten; op 13 maart in korte broek in de zon?!
Bankje boven Gulpen
De route voerde me nog door Scheulder en Stokhem, twee plaatsjes waar ik vaak geweest ben. Uiteindelijk weer terug naar het station van Schin. Arja belde me nog terwijl ik vlakbij hotel Bemelmans stond. Ik had de trein van 14.27 en was om 17.00, moe maar voldaan weer op station Bilthoven. Heerlijke dag geweest! En Roos had nog gebridged vertelde ze mij; ze was gevraagd om in te vallen en dat deed ze graag.

12 maart 2014

Eugénie Grandet van Honoré de Balzac

Het eerste boekje dat ik via Boekwinkeltjes.nl had besteld lag zaterdagmorgen reeds bij me in de bus; degene bij wie ik het had besteld kwam aan de deur leveren bij degenen die in een straal rond Utrecht woonden. Ik kon er dus zaterdag in de trein naar Zandvoort direct in beginnen. Het was een leesadvies van Stephen Vizinczey of hoe je die naam ook schrijven moet in zijn fraai kritisch boek: "Waarheid en leugen in de literatuur".
Balzac schetst in "Eugénie Grandet" een leugenachtig, achterbaks milieu rond de dochter van een door goud geobsedeerde gierige rijkaard; 'smensen natuur wordt in dit, al zo'n kleine 200 jaar oude boek grondig gefileerd; de slechtheid in al zijn aspecten komt aan de orde.
Natuurlijk speelt het verhaal zich af in een wereld die wij niet meer kennen; paarden, dienstbodes, de diligence en geschreven brieven zijn dingen voor ons uit een grijs verleden; dit neemt niet weg dat het boek zeer leesbaar blijft; de verhaallijn van bijzondere klasse. Ik heb het boek met veel genoegen uitgelezen. De greep van de stervende vrek naar het vergulde kruis om de nek van de priester die de gang naar de hemelpoort voor de oude vast op een kier zet, kwam ik al eens eerder tegen in een boek van Dostojewski meen ik. Schitterend gevonden; goudzucht.
Ik heb het door ouderdom muf ruikende boekje in één ruk uitgelezen en ben nu begonnen in Stendhal, ook zo'n gelauwerd schrijver die overigens in zijn eigen tijd niet de verdiende waardering heeft gekregen. Ik ben benieuwd.

11 maart 2014

De matenasche scheidkade?!

Huib, toch een keurige meneer, opperde mij om een wandeling te maken die begon bij de "matenasche scheidkade". Hij geneerde zich er wel een beetje voor omdat de naam nogal vuig overkomt. Een merkwaardige uithoek van NL, maar bij nader inzien wel een erg mooi, mij vrijwel onbekend polderlandschap met als verste punt het plaatsje Wijngaarden, waar we beiden nog nooit van gehoord hadden.
We begonnen bij station Sliedrecht Baanhoek, naar bleek de plek waar Roos' vader de scepter zwaaide over de waterzuiveringsinstallaties aldaar en waar zij ook met hem op het spaarbekken watermonsters heeft genomen; voor haar bijzondere herinneringen die ze me 'savonds nogmaals uit de doeken deed. Daarvan waren Huib en ik ons overigens niet bewust. Baanhoek was een kleine plek met huizen in een stuk fabrieksterrein. Maar nadat we de snelweg hadden overgestoken begon een fraai hollands polderlandschap, de Alblasserwaard meen ik. En daar hebben we weer ouderwets lopen genieten van de omgeving en weer bijgepraat zoals dat gaat onder (wandel)vrienden.
's-Avonds hebben we gebridged; ging eigenlijk heel aardig ondanks mijn rozige kop van twee dagen wandelen. Gezellig de laatste tafel met Patrick en Gerrit.

PS Het kan overigens nog gekker

10 maart 2014

Lesbos en spekbacon

Oude waterverdedigingswerken aan de voormalige
Zuiderzeekust bij Hindeloopen
Vandaag hebben we een wereldreis gemaakt van Oppenhuizen via Sneek, Stavoren en Hindeloopen naar Workum en weer terug naar huis.
Om 5.15 ging de wekker en om 6.30 de stoptrein naar Zwolle. Via Heerenveen met de bus naar Oppenhuizen waar we een afspraak hadden met Herman om wat over de verschillende mogelijkheden van Lesbos te praten. Herman ken ik van de vogelreis die ik vorig jaar heb gemaakt op Lesbos onder de bezielende reisleiding van Herman en Ruud. Het belangrijkste is wel dat er volop B&B's zijn op Lesbos en dat je er ook OV hebt. Verder had Herman een aantal contacten voor ons die kennis hebben over de wandelmogelijkheden op Lesbos, met name "Lopen op Lesbos". Dat was precies wat we wilden weten. Ik heb met zoeken op Internet nog een site gevonden met veel links naar andere website over Lesbos.
Na een uurtje vertrokken we weer en gingen te voet naar Sneek. Mooie stad; even de waterpoort opgezocht en met de trein naar Stavoren. Het Friese kustpad begint daar; die wandeling heb ik vaak gedaan; was leuk om het weer terug te zien en nu met verrekijker. Tal van vogels zagen we waaronder een paartje zaagbekken. Ik was helemaal trots dat ik ze kon onderscheiden; deze nieuwe hobby begint toch wat in te dalen.
Het waaide behoorlijk hard; toen de wind ons via het water aanwaaide werd het zo koud dat we onderaan de dijk moesten gaan wandelen om niet te veel af te koelen. En dan kom je aan in Hindeloopen; toch wel één van de mooiste stadsgezichten die ik ken uit ons onvolprezen landje. Op een zeker moment konden we een ruime stadsfoto maken waar geen enkele auto op te bekennen was; heel bijzonder!
We haalden keurig de trein van 16.15 naar Workum en daar gingen we natuurlijk naar slager Blom. "Slager Blom zelf!", zei ik verheugd toen daar in een verder lege winkel slager Blom achter de toonbank stond. We hadden een ontzettend leuk gesprek. Hij maakte mij duidelijk hoe je de spekbacon moest eten: "dun gesneden op brood". Dus net als naegelholt, dun gesneden en dik op de boterham.
Tot slot lekker een happie gegeten bij een restaurant in de stad Workum en met de trein van 19.15 weer terug naar het westen. Het was een hele onderneming, maar we hadden er van genoten.

09 maart 2014

Fairy tales

Uiteindelijk moesten we ons nog haasten om op tijd in het Opera/Ballet theater te zijn. We gingen vanmiddag naar een matinee voorstelling van het Nationaal Ballet. Met de trein naar Amsterdam en via het Rokin richting Waterlooplein. Het was toch druk! Vooral toeristen denk ik, met duizenden door de binnenstad. Het gaat dan voetje voor voetje voor je gevoel. Maar het viel mee; zo groot is de Amsterdamse binnenstad nou ook weer niet. Aan het eind van het Rokin linksaf naar de Amstel en daar lag het schitterende gebouw dat vroeger de Stopera werd genoemd.
Het eerste stuk voor de pauze was een ballet naar de Midzomernachtsdroom van Shakespeare; wist ik veel. Ik had geen idee welke balletten er zouden worden gedanst maar ik ken ook het verhaal achter de midzomernachtsdroom niet. Roos vertelde het mij in de pauze; een zo krankzinnig sprookjesverhaal dat het geen wonder was dat ik het verhaal achter het ballet niet had begrepen. Ik vind dat ook niet zo belangrijk; een ballet is voor mij toch vooral het genieten van de schoonheid van beweging. Net als bij opera's zijn de verhalen achter de balletten meestal idioot. Neemt niet weg dat het een genoegen is om ernaar te kijken en ervan te genieten.
We zaten op het 2e balkon iets van het midden. Het orkest (ja, hier wel een orkest en geen geluidsband zoals laatst in Utrecht?!) zette in en de prachtige klanken kwamen zodanig bij me binnen dat ik er kippenvel van kreeg. En we hadden een prachtig uitzicht op de dansers. Dit theater is toch wel van weergaloze kwaliteit. Ondanks dat ik het verhaal niet begreep heb ik erg van de Midzomernachtsdroom genoten. De muziek van Felix Mendelssohn is natuurlijk ook heel mooi.
Na de pauze werd de Vuurvogel gedanst op de muziek van Strawinsky. Een vrij moderne choreografie; erg mooi. Nu had ik me de moeite genomen om het verhaal van de vuurvogel van tevoren tot me door te laten dringen; het ballet komt daardoor wel beter bij je binnen merkte ik.
Erg van genoten.
Na afloop slenterden we nog wat door de stad en hebben we koffie met iets lekkers gegeten op het kabouterterrasje dat Roos vorig jaar had ontdekt en waar we toen zo'n leuk jong stel uit Duitsland hebben ontmoet.
Heerlijk dagje weer. Fijne stad dat Amsterdam!

08 maart 2014

Naar Zandvoort aan de zee

Hugo schept zijn beroemde macaroni met spek
en kaas voor marjorie. Smaakt ouderwets lekker!
Eigenlijk hadden we vandaag riet moeten ruimen; we konden helaas niet met Adriaan meerijden en we hadden al uitgerekend dat we dan zo'n twee en een half uur onderweg zouden zijn; dat werd ons toch echt te bont. Dus overslaan; volgende keer naar Texel voor de afsluiting van het seizoen.
Roos had zin om lekker langs het strand en door de duinen te wandelen. Het was vandaag een prachtige zonnige dag; het leek wel of de maand mei was aangebroken. Zandvoort leek ons het handigste; makkelijk te bereiken met de trein en je zit in een mum van tijd op het strand.
Maar nee, eerst het dorp in en een gebakken vissie scoren. De firma Guijt aldaar verkoopt kibbeling die is gemaakt van kabeljauw; dat is toch wel het lekkerste. We kochten een grote portie. Dat bleek een heel pond te zijn en dat was zelfs voor ons tweetjes wat te veel. Op een bankje bij de viskraam zaten we van de eerste zon te genieten en van het bakje vis. Leuk uitzicht daar op het pleintje van Zandvoort. We waren nog eerst bij het café de klikspaan langs geweest; daar was ik in vroeger jaren een paar keer geweest; het was destijds een gezellig eetcafé; nu was het een rookcafé; tot mijn verbazing zat men binnen gewoon te roken?! Geen eetcafé meer in ieder geval.
Na de vis door het dorp slenteren; Roos moest nog even een schoenenwinkel in voor een paar laarsjes; niet geslaagd dus op naar het strand. Heerlijk tegen de wind in richting Bloemendaal gewandeld. Zon alom, allemaal wandelaars, gezellige drukte op het strand. Aangekomen bij strand Bloemendaal hebben we een kop warme chocolademelk genomen met een overheerlijk stuk gebak. En vervolgens door de duinen gestruind. We dachten dat er paden liepen maar dat was niet het geval; het waren wildpaden van herten. Ik zag met m'n verrekijker nog wel een vogel die ik voor een roodborsttapuit vrouwtje heb gehouden, maar ja, wie ben ik?!
Je kon niet echt in het duin wandelen dus zijn we via het wandelpad langs de weg richting Overveen gegaan. Na enkele kilometers was er een stuk waterinfiltratieduin en daar hebben we nog een uurtje op een bankje in de zon zitten genieten alvorens we de trein weer in doken.
We hoefden niet te koken; Hugo en Marjorie zouden langs komen om iets op te halen en Hugo zou zijn beroemde spek met kaas pasta maken. Verbazend hoe veel we met z'n viertjes hebben weg gewerkt. Het was heerlijk; smaakte als ouderwetse macaroni met ham en kaas.
En Marjorie had nog een heelijk dessert gemaakt. Ze vertrokken weer iets over negen uur en een half uur later lagen we te pitten. Vermoeiend zo'n dag wandelen in de zon.

07 maart 2014

Ruig bier

In ons plaatselijk leugenaartje stond de aankondiging van "Ruig bier", een lokaal geproduceerd bier dat vanavond gepresenteerd zou worden in het restaurant "bij de buren" in Groenekan. Als echte "foodies" moesten we daar natuurlijk het onze van weten dus Roos en ik op naar "de buren".
Toen we bij het restaurant aankwamen stond de lokale omroep al iemand voor de deur, in de schijnwerper te interviewen; het werd allemaal serieus aangepakt. We kwamen binnen, precies om half tien, het in het krantje aangegeven aanvangstijdstip; het was nog rustig; dat zou het komende uur drastisch veranderen. We kregen een glas van het nieuwe bier aangeboden. We konden nog plaats nemen aan een tafel; daarna werd het staan voor degenen die na ons kwamen. We proefden van het bier: verrassend, kruidig. Ik vond het licht naar bloemen smaken; deed mij denken aan van die zon-overgoten bermen van wandelpaden in het voorjaar in de Dordogne; tijm, blaassilene, graslathyrus. Maar, aldus zeggen van de brouwer was het slechts hop, natuurlijk ook een bloesem die de smaak aan het bier had gegeven.
Een mooi bier, met veel karakter. Een pluim voor de brouwer, die overigens niet de naam Ruig draagt; ik vroeg hem nog of hij oorspronkelijk uit Oostzaan kwam; de naam Ruig is zo'n echt Oostzaanse naam, net als de Dood, Hottentot en Onrust, de naam van mijn Oostzaanse voorvaderen.
Het werd steeds kabaliger; toen we de laatste druppels hadden genoten gingen we er vandoor door de stille nacht van ons dorp.

06 maart 2014

Professioneel leesadvies

Stephen Vinczenzey heeft mij, zoals ik in mijn Blog van gisteren schreef, een professioneel leesadvies gegeven. Wereldliteratuur; Stendhal is duidelijk zijn grote favoriet, maar ook Balzac en Dostojewski en Heinrich von Kleist, iemand waar ik nog nooit van gehoord had en die reds op 34-jarige leeftijd een eind aan zijn leven maakte.
In de bibliotheek was erg weinig verkrijgbaar van genoemde schrijvers; kennelijk worden ze niet of nauwelijks meer gelezen in deze moderne tijd waarin de nieuwste boeken steeds prominent op tafels liggen en die je als "sprinter" maximaal een week kunt lenen. De hier boven genoemde adviezen zijn allemaal in de 19e eeuw geschreven. Ik herinner mij nog met hoe ontzettend veel genoegen ik destijds Madame Bovary heb gelezen van Flaubert en Oorlog en Vrede van Tolstoj. Net als die boeken van Jean Auel kan ik zo wegdromen in die wereld van paarden, lange jurken en dienaars die met briefjes door de stad gaan i.p.v. e-mailtjes. Die trage eeuwen spreken mij wel aan. Ik verheug me dan ook erg op Balzac, Stendhal en die andere prominente schrijvers van wereldliteratuur.
Omdat ze niet bij de bieb verkrijgbaar waren heb ik www.boekwinkeltjes.nl maar eens geconsulteerd en daar heb ik voor een paar tientjes een hele verzameling besteld. Dus voorlopig zat te lezen. 

05 maart 2014

Loflied op de rijpe vrouw

De titel van de Blog van vandaag is ontleend aan het eerste boek van Stephen Vizinczey. Roos had het voor mij geleend van de bieb. Het is een fijn boek om te lezen; warme liefdevolle beschrijvingen van de eerste schreden op het pad van de seksualiteit van een jonge knul.
Het is een autobiografisch boek van deze in 1956nvoor de Russen gevluchte Hongaar, die op de dag af 15 jaar ouder is dan ik zelf. Ik heb mij wat meer verdiept via de achterflap van het boek en zag dat hij hoogleraar was in de literatuur. Hij bleek ook een boek te hebben geschreven onder de titel: "waarheid en leugen in de literatuur", een verzameling essays en commentaren. En dat heb ik zojuist in de bieb opgehaald. Het geeft mij een leesadvies uit professionele hoek. Bij eerste lezing zag ik dat hij een groot bewonderaar is van Stendhal; die ga ik dus maar eens grondig lezen. Is weer eens wat anders dan die 2e wereldoorlog.

04 maart 2014

Een dynamische tunnel van vieze lucht

Gistermorgen, om 6.10 op weg naar het station overal het gezang van roodborsten die hun territorium met gezang afperken, merels die hun melodieën over de duisternis sproeien, maar vooral heerlijke frisse lucht; een sprookje gelijk, een klein beetje zoals de wereld die wordt beschreven door Jean Auel.
Vergelijk dat eens met de toestand enkele uren later. Lawaai van de auto's; sinds de verkeerstunnel onder het spoor functioneert is Bilthoven een prachtige doorgaande route geworden voor het autoverkeer; iedere auto laat haar uitlaatgassen achter.  Vooral wandelaars en fietsers, die zich niet in een afgesloten compartiment bevinden zoals automobilisten, mogen van de stank van de uitlaatgassen genieten. Telkens weer een auto, of nog veel erger, zo'n stinkende tweetact motor van die zogenaamde snorscooters die je op het fietspad met grote snelheid passeren. Ik ervaar al die uitlaatgassen als een dynamische tunnel van vergiftigende gassen die je als fietser of voetganger moet volgen. Ik probeer die tunnel altijd zo veel mogleijk te vermijden; de lezer moest eens weten hoe ik omrijd wanneer ik in de spits met de fiets van het station naar huis rijd.
Gelukkig hebben we in ons dicht bevolkte landje nog genoeg natuurlijke ruimte waar je in het algemeen wel het kabaal van het verkeer hoort maar de gore dampen niet hoeft in te ademen. Dat is dan ook mijn favoriete habitat.

03 maart 2014

De jufferen Lunsingh

Het bord bij de weg
Vorige week woensdag las ik in de wachtkamer bij de huisarts in het blad "Seasons" over een hotel-restaurant ergens in Drenthe in de wereldplaats Westervelde. De hele entourage, inclusief de malle naam "De jufferen Lunsingh" sprak mij aan. In een boerenomgeving, het modieuze gebruik van streekproducten, een jonge beheerder, mooie foto's. Dus stelde ik Roos voor om er heen te gaan; maandag en dan wandelen, dineren en overnachten. Zo gezegd, zo gedaan; Roos reserveerde maar zag tot haar schrik dat ze dinsdag een afspraak had om wilgen te gaan knotten, dus moest ze de reservering weer ongedaan maken.
Dat zat mij niet lekker; voor je het weet zijn de jufferen in de vergetelheid geraakt door alle drukte waarmee wij ons omringen (har har, natuurlijk bedoel ik gewoon de vergeetachtigheid die hoort bij de leeftijd). "Laten we maandag gaan lunchen in Westervelde", stelde ik voor. En zo geschiedde. Mijn plan was om naar Norg te gaan, te gaan wandelen in de Langeloër duinen en dan door te lopen naar het restaurant. Voor de zekerheid had ik nog even gebeld en we konden terecht.
Bij de verdere voorbereiding de avond tevoren ontdekte ik de topografische kaart van het gebied die ik meer dan twintig jaar geleden had aangeschaft. Westervelde ligt eigenlijk prachtig bij Norg maar ook bij het Fochteloërveen. En met een topografische kaart kun je je goed oriënteren.
Fochteloërveen; één van onze favoriete habitats
Natuurlijk weer om 6.30 uur ingecheckt met ons Dalvrij Abonnement. In Assen aangekomen hadden we alle tijd om de route van de verschillende bussen te bekijken en we veranderden ons plan. Uiteindelijk hebben we de bus genomen naar Veenhuizen en hebben we een forse wandeling gemaakt over het Fochteloërveen en door naar Westervelde; een prachtige wandeling met fraai weer; wel een koude wind, maar geen regen.
Aangekomen bij het restaurant heb ik nog eerst droge kleren aangetrokken. Vervolgens hebben we toch lekker geluncht! Het restaurant voldeed volledig aan onze verwachtingen; de kok kon er wat van. De bus terug vanuit Zuidervelde bracht ons keurig voor 16.00 uur op tijd in Assen voor de Intercity terug naar huis. Vervolgens heb ik bijna het klokje rond geslapen.

02 maart 2014

De kindertjes van Frankrijk

Rudolf licht iets toe over de componist Diepenbrock
Gisteravond vroeg Margreeth mij wat ik zoal deed nu ik niet meer werkte. Dan noem je een voor de hand liggend rijtje van activiteiten op als wandelen, musea bezoeken, bridgen, koken, tuinieren, vakantie vieren en natuurlijk van muziek genieten. En dat laatste was vandaag weer aan de orde; wat heb ik toch een ontzettend leuk en afwisselend leven!
Vandaag was er een bijzonder concert van de Vrienden van het Lied, ditmaal in Teteringen, bij Breda. Uitvoerenden waren Irene Maessen, sopraan en Rudolf Jansen aan de vleugel. Ik ben al jaren bewonderaar van Rudolf; in mijn laatste studentenjaren had hij een wekelijks weerkerend programma op de radio en dat heb ik langdurig gevolgd. Toen ik hem daar een keer over aanspraak wist hij zich dit programma niet meer te herinneren, het was ook wel lang geleden ergens eind zestiger jaren.
Het programma van vandaag bestond volledig uit Franstalige liederen; vooral Debussy en Ravel, maar ook Diepenbrock, een door Rudolf bewonderde componist.
Ik vond het een prachtig programma en heb erg genoten van de interpretatie van Irene en Rudolf; de begeleiding was razend moeilijk en natuurlijk speelde Rudolf het schijnbaar moeiteloos. Het leuke van deze concerten is de ongedwongenheid; er wordt tekst en uitleg gegeven; de gedichten die ten grondslag liggen aan de liederen worden in vertaling voorgedragen. Ik kende geen enkele van de uitgevoerde liederen.
Het laatste lied was van Debussy; ook de tekst had hij zelf geschreven. Het was naar mijn mening vooral een akelig nationalistische tekst die overigens wel ging over het lijden van de Franse kinderen onder het geweld van de vijandige acties. Het eindigde in een oproep tot glorie van Frankrijk; het leek wel of ik de Gaulle zelf hoorde.
Na afloop spraken we met de uitvoerenden. Dat is ook zo'n leuk aspect van deze concerten; de uitvoerenden mengen zich onder het publiek. Zo konden wij onze blijken van waardering uitspreken tegen beiden. Rudolf was erg onder de indruk van het laatste lied; dat er nu weer zo'n ellende in de wereld is in Syrië en in de Oekraïne trok hij zich erg aan: "die arme kinderen".

01 maart 2014

Gezellig met oud-collega's

Een gezellige reünie van de oude DHV collegae
Wat hebben we altijd fijn gewerkt en pret gehad daar bij de DHV in Schiedam en later Vlaardingen; het gelach was vaak niet van de lucht. Maar we hebben ook goed werk afgeleverd. Ach, we hadden niet zo'n groot personeelsbestand als veel van onze collega-DHV's; dat wilde ik ook niet vanwege het joodse gezegde: "ik wens je veel personeel", oftewel  zorgen. Klein, maar fijn dat was mijn devies en vooral een perfect kantoorautomatiseringssysteem; en dat hadden we; scheelt veel rompslomp.
Mattees had me enkele weken geleden een uitnodiging gestuurd om de opening van zijn nieuwe praktijkgebouw in Hoek van Holland mee te beleven; ik had hem in geen jaren meer gezien en was vast van plan om te gaan, zeker toen ik hoorde dat Sandra ook zou komen. Maar daar stak een virus een spaak in het wiel; ik voelde me al een paar dagen beroerd en naar ik later hoorde was ook Sandra geveld door een griepje. Maar Mattees had iets nog veel leukers in petto: een gezellige avond met alle oud-collegae van de DHV bij Mattees thuis. En dat was vanavond!
Een hele onderneming naar de andere kant van het land, maar dat deed ik graag. Natuurlijk was ik de eerste, keurig op de aangegeven tijd. En even later kwam Sandra en niet veel later het luidruchtige drietal meiden, Margreeth, Lydia en José,  inmiddels natuurlijk moeders van pubers en José zelfs grootmoeder.
De sfeer zat er direct in en we hebben weer ouderwets zitten kakelen; wat vond ik het leuk om er weer zo lekker tussen te zitten; was toch wel één van de leukste werkkringen die ik in mijn afwisselingvolle loopbaan heb mee mogen maken!
Dankjewel Mattees en ik kom binnenkort weer naar de Hoek om verder te praten.