26 april 2015

Het derde vermoeden van Evert

Oesters bevatten veel van het sporenelement zink
Een vroeger wel voorkomende aandoening door een tekort aan een sporenelement was "krop" of "struma", een dikke keel (vandaar de naam krop als van een duif) doordat de schildklier opzwelt. De schildklier produceert een hormoon waar jodium onderdeel van uitmaakt, het thyroxine; zit er onvoldoende jodium in de voeding dan doet de schildklier er alles aan om toch voldoende thyroxine te maken, zwelt op, hypertrofieert zoals dat wordt genoemd. De boodschap die ik hiermee wil overbrengen is dat een tekort aan een sporenelement kan leiden tot hypertrofie van het orgaan dat dit sporenelement nodig heeft voor een optimaal functioneren.

Nu betreft mijn derde vermoeden niet de hypertrofie van de schildklier maar van de prostaat, dat manlijke orgaan dat is gepositioneerd rond de pisbuis en dat het grootste deel van het vocht van het ejaculaat produceert. Als dit orgaan hypertrofieert, opzwelt, drukt het de pisbuis gedeeltelijk dicht en kun je maar moeilijk plassen als man. En omdat het gevoel van te moeten plassen bij mannen ook nog eens wordt bepaald door diezelfde prostaat heb je bij oplopende druk van de urine ook steeds het gevoel dat je "moet"; een bekende "oudemannenkwaal".
Voor de duidelijkheid, de spermacellen worden door de testikels geproduceerd en samen met het prostaatvocht geëjaculeerd, maar daar gaat het nu niet over.

Zink is net als jodium (en selenium en nog enkele andere elementen) een sporenelement; je hebt het absoluut nodig voor goed functioneren van het lichaam doch slechts minimale hoeveelheden. Normaliter haal je dat uit de dagelijkse voeding; die moet dat dan natuurlijk wel voldoende bevatten!
Het sporenelement zink wordt vooral gebruikt door de prostaat; wat dit orgaan er precies van maakt weet ik niet en kan ik ook niet achterhalen. En nu is mijn vermoeden dat er onvoldoende zink in de dagelijkse voeding zit; dat je er dus te weinig van binnen krijgt en dat de prostaat z'n uiterste best doet om toch datgene te doen wat van het orgaan verwacht mag worden en daardoor vergroot, hypertrofieert. Het gevolg is de bekende "oudemannenkwaal".

Dat er te weinig zink in de voeding zou zitten heb ik overigens niet zelf bedacht maar hoorde ik jaren geleden van een relatieve deskundige: door uitputting van onze landbouwgronden en de overmatige toepassing van kunstmest nemen de planten te weinig zink op uit de bodem en voorzien ons daardoor van te weinig van dit essentiële element.
Ook vanuit natuurbeheer hoor ik vergelijkbare verhalen dat de insecten het slecht doen omdat er een tekort aan sporenelementen in de planten worden opgenomen in dit geval door uitloging van de veelal zandgrond door de zure regen en de stikstofdepositie.

Voor de zekerheid en omdat dit vermoeden al jaren geleden bij mij is opgekomen slik ik al decennia lang Davitamon 30 waarin alle benodigde sporenelementen voorhanden zijn. En ..... ik eet zeer regelmatig een zoute haring omdat ik tijdens een congres desgevraagd ten antwoord kreeg dat zeevis zink bevat en daarbij werd de haring aanbevolen, voorwaar geen straf.
De voedingsgids noemt slechts oesters als bron van het sporenelement zink. Op de boerenmarkt op vrijdagmiddag in Utrecht staat "de eerlijke visser", Jan, met z'n immer ongeschoren gezicht en met mandenvol grote en voordelige oesters. Probeer maar eens!


Geen opmerkingen: