28 maart 2015

Apatietvorming en autokatalytische kringprocessen

Apatiet is een bepaalde kristalvorm van calciumfosfaat. Dit mineraal komt veel voor; er zijn hele bergruggen die bestaan uit apatiet. De karakteristiek kristalstructuur van apatiet vind je wonderlijk genoeg terug in het biologisch calciumfosfaat dat onderdeel vormt van de botvorming. Naar ik heb begrepen is er van spontane apatietvorming bij menging van calcium - en fosfaationen geen sprake; daar is meer voor nodig. In de biologische vorming van apatiet zijn dat natuurlijk de enzymen die dat voor elkaar krijgen.
Dit enzymatisch proces heeft zich mijns inziens ontwikkeld uit zo'n geëmergeerd autokatalytisch proces waar apatiet uiteindelijk het product van was.
Dus in de prebiotische fase ontstond waarschijnlijk een enorme hoeveelheid apatiet in een zich verder ontwikkelend dissipatief systeem, een autokatalytisch kringproces. De ontwikkeling werd gestuwd door de afkoeling.
Ergens tien vijftien jaar geleden las ik een artikel waarin groeiend apatiet werd beschreven, een bijzonder fenomeen waarbij ik mij realiseerde dat hier wellicht nog sprake kon zijn van zo'n autokatalytisch kringproces; apatiet kan zich niet spontaan vormen ook al is het substraat aanwezig, vandaar.
Het autokatalytisch proces van apatietvorming is er maar één van de vele maar de enige die ik zo duidelijk ook kan duiden in levende systemen, maar zo zijn er heel veel processen geweest waarvan een deel samen is gegaan en tot biologische levensvormen heeft geleid.

Een goed voorbeeld van een autokatalytisch kringproces is de citroenzuur cyclus. Wanneer je de vorming van alle aminozuren vanuit de tussenproducten van de citroenzuurcyclus in aanmerking neemt, die tenslotte ook weer de basis vormen van de enzymen van de citroenzuurcyclus zelf dan begin je langzaam maar zeker te doorgronden hoe ongelooflijk complex dit in elkaar zit. Maar wanneer je dan terugdenkt aan wat ik in m'n eerste blog hieromtrent schreef over de bijna oneindige complexiteit en chemische potentie van het oerdissipatieve systeem waarmee alles begon: het oververhitte sterrenplasma met daarin alle chemische elementen in hyperreactieve staat dan ontstaat (emergeert) toch ook de gedachte dat die enorme complexiteit van een biochemisch systeem daaruit ontstaan kan zijn. Hoe dat precies in zijn werk is gegaan zullen groter geesten dan ik ongetwijfeld beter kunnen beredeneren. Eerst zal het besef moeten doordringen hoe alles kan zijn begonnen en hoe dissipatie en afkoeling de drijvende krachten kunnen zijn geweest tot de uiteindelijke ontwikkeling van het leven uit die complexe chemische materie.

In mijn volgend Blog probeer ik een brug te slaan naar de uiteindelijke fase, de ons bekende afgekoelde wereld, vol organisch-biologisch leven dankzij de warmte en de straling van de zon.

Geen opmerkingen: