05 oktober 2014

Dat is toch geen natuur

Industrieel oogsten van mais
Bij mijn wandelingen loop ik bij voorkeur door groene gebieden; uitzonderingen zijn mijn wandelingen met mijn architectenvriend Peter C., maar daar leer ik van en het is weer eens iets anders. Maar voor mij geldt toch: "Ich mag das GrĂ¼n so gern". Langs en door bossen, velden en landwegen. Over dijken, zandwegen, bloemrijke bermen, door bossen, in de Eifel langs stromend water, dalen met voormalig functionerende watermolens; ik vind dat allemaal zo mooi en schoonheid is toch wel een heel belangrijk item voor mij.
En helaas moet ik constateren dat ons NLse platteland almaar lelijker is geworden; merkwaardig genoeg neemt de natuurwaarde feitelijk niet af; er treedt versnippering op; fraaie, maar vaak piepkleine natuurgebiedjes temidden van de tweedimensionale landbouwindustrie.
Ik zie liever dit; het kan nog
Nauwelijks meer koeien in de wei en de koeien die je ziet zijn gemutileerd, ze zijn onthoornd zoals onze befaamde communicatie-wetenschappers deze mutilatie ongetwijfeld hebben gemunt; grootschalige verbouw van mais, geen bloem meer in de weilanden maar slechts tapijten van Engels raaigras dat industrieel wordt gemaaid; rechte scherp ingesneden sloten met levenloos water. Fraai is anders.
Scherp ingesneden sloten waar geen mens of dier meer
in of uit kan komen.
Herman P., onze gids bij de vogelreis in Lesbos en voormalig landbouwvoorlichter beaamde e.e.a. en zei: "Ja, zo'n boer wil ook in een mooie auto rijden en fatsoenlijk wonen", ja dat is zijn goed recht, neemt niet weg dat ik deze ontwikkeling bijzonder betreur.

Geen opmerkingen: