Roos had me voor vanavond uitgenodigd voor een dansvoorstelling in het kader van het Holland Festival. Onderweg liet ze me de folder zien: chereografie van de Keersmaeker op muziek van een contemporaine, Franse componist waarvan ik nog nooit had gehoord; dat beloofde wat.
Ik heb het niet zo op die moderne, nog niet uitgeschudde moderne kunstuitingen; vraag me altijd af wat hier over 25 jaar nog van resteert; denk dan aan die arme Schönberg die nog steeds niet breed wordt gewaardeerd.
Roos had prachtige plaatsen voor ons ingekocht; we zaten op rij 7 en hadden prachtig uitzicht op het enorme toneel van het theater in de Stopera. Er stonden stoelen en een vleugel opgesteld. De gong ging en iedereen zocht zijn/haar plaats op. Plotseling kwam een zevental muzikanten gedecideerd het toneel op en ging zonder poespas zitten met de instrumenten in de aanslag; geen welkomstapplaus?!
De fluitist dirigeerde met een hoofdbeweging en daar zette de ultramoderne muziek in; beetje minimalistisch, voortdurend zich herhalende toonreeksen met afwisselende ondertonen. Naar mijn gevoel was de vleugel merkwaardig genoeg niet zuiver gestemd, nee hij was gewoon vals. Kon me niet voorstellen dat een valse piano de bedoeling was. Het was voor mijn oren volstrekt ontoegankelijke muziek. Plotseling liepen alle musici weg van het toneel; alleen de pianist bleef doorspelen op zijn valse piano. Er kwamen dansers op die aanvankelijk heel minimalistische bewegingen maakten en af en toe ook helemaal stil stonden. Ook de pianist verliet het toneel. In een doodse stilte bewogen de dansers; in de zaal hoorde je het gepruttel van Stoma's.
Het bewegen ging zo langzaam dat mij het zelfde gevoel bekroop als bij het toneelstuk van Wim T. Schippers: toneelstuk voor vijf herdershonden, waarbij de toeschouwers een toneel voorgeschoteld krijgen met een bankstel waar een stel honden wat liggen en heen en weer lopen. Het publiek bleef muisstil daar waar ik op z'n minst wat gegiechel had verwacht.
Later kwamen de musici er weer bij; musici en dansers mengden zich; de valse vleugel werd rondgedraaid en over het toneel geschoven, iedereen bewoog in een soort langzame maalstroom, onderwijl de malle muziek producerend. Het fascineerde me wel maar ik vroeg me ook af wat lieden van niet-westerse culturen hier nu wel van zouden vinden.
Na een zeer minimalistische eindsprint eindigde het geheel plotseling en was er sprake van een geheel donker toneel. Het duurde wel 15 seconden voordat een aarzelend applaus opklonk.
Dat is bij de Mattheus passion wel anders; dat is een stuk waar applaus eigenlijk ongepast is, maar de laatste klank is nog niet weggestorven of een donderend, alle sfeer vernietigend applaus klinkt op.
Maar ook nu kregen dansers en musici terecht een donderend applaus en de tegenwoordig obligate staande ovatie. Ik was toch wel blij dat ik deze manifestatie mocht bijwonen hoewel niet echt mijn goesting; dankjewel Roos!
Ik heb het niet zo op die moderne, nog niet uitgeschudde moderne kunstuitingen; vraag me altijd af wat hier over 25 jaar nog van resteert; denk dan aan die arme Schönberg die nog steeds niet breed wordt gewaardeerd.
Roos had prachtige plaatsen voor ons ingekocht; we zaten op rij 7 en hadden prachtig uitzicht op het enorme toneel van het theater in de Stopera. Er stonden stoelen en een vleugel opgesteld. De gong ging en iedereen zocht zijn/haar plaats op. Plotseling kwam een zevental muzikanten gedecideerd het toneel op en ging zonder poespas zitten met de instrumenten in de aanslag; geen welkomstapplaus?!
De fluitist dirigeerde met een hoofdbeweging en daar zette de ultramoderne muziek in; beetje minimalistisch, voortdurend zich herhalende toonreeksen met afwisselende ondertonen. Naar mijn gevoel was de vleugel merkwaardig genoeg niet zuiver gestemd, nee hij was gewoon vals. Kon me niet voorstellen dat een valse piano de bedoeling was. Het was voor mijn oren volstrekt ontoegankelijke muziek. Plotseling liepen alle musici weg van het toneel; alleen de pianist bleef doorspelen op zijn valse piano. Er kwamen dansers op die aanvankelijk heel minimalistische bewegingen maakten en af en toe ook helemaal stil stonden. Ook de pianist verliet het toneel. In een doodse stilte bewogen de dansers; in de zaal hoorde je het gepruttel van Stoma's.
Het bewegen ging zo langzaam dat mij het zelfde gevoel bekroop als bij het toneelstuk van Wim T. Schippers: toneelstuk voor vijf herdershonden, waarbij de toeschouwers een toneel voorgeschoteld krijgen met een bankstel waar een stel honden wat liggen en heen en weer lopen. Het publiek bleef muisstil daar waar ik op z'n minst wat gegiechel had verwacht.
Later kwamen de musici er weer bij; musici en dansers mengden zich; de valse vleugel werd rondgedraaid en over het toneel geschoven, iedereen bewoog in een soort langzame maalstroom, onderwijl de malle muziek producerend. Het fascineerde me wel maar ik vroeg me ook af wat lieden van niet-westerse culturen hier nu wel van zouden vinden.
Na een zeer minimalistische eindsprint eindigde het geheel plotseling en was er sprake van een geheel donker toneel. Het duurde wel 15 seconden voordat een aarzelend applaus opklonk.
Dat is bij de Mattheus passion wel anders; dat is een stuk waar applaus eigenlijk ongepast is, maar de laatste klank is nog niet weggestorven of een donderend, alle sfeer vernietigend applaus klinkt op.
Maar ook nu kregen dansers en musici terecht een donderend applaus en de tegenwoordig obligate staande ovatie. Ik was toch wel blij dat ik deze manifestatie mocht bijwonen hoewel niet echt mijn goesting; dankjewel Roos!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten