Onder deze, wat zwaar aangezette titel, heb ik van Douwe, de oudste zoon van Roos, een stripboek geleend. Het is niet zomaar een stripboek; de auteurs zijn wetenschappers: Apostolos Doxiades, Christos Papadimitriou, met de tekenaars Alegos Papadatos en Annie di Donna. Gek boek, dat ik vrijwel in één adem, slechts onderbroken door de broodnodige nachtrust, heb uit proberen te lezen. Het viel niet mee want het was bepaald geen "comic" maar een op luchtige wijze geïllustreerd overzicht van de ontwikkeling van de logica.
De dag tevoren waren Roos en ik op bezoek bij mijn vriend Huib en zijn vrouw. Op de tafel lag een boek van de hand van Bertrand Russell, "Geschiedenis van de filosofie"; aldus Huib een fraai overzicht dat teruggrijpt naar de Grieken en tot onze tijd reikt; kennelijk een blijvend fascinerend gedachtenterrein. Huib vertelde een hilarisch verhaal over een filosoof in de Griekse tijd; deze Griek was tot de slotsom gekomen dat hij een God was. Om dat te bewijzen stortte hij zich in de krater van de Etna. God of niet, er is in ieder geval nooit meer iets van vernomen, concludeerden wij grijnzend.
Douwe is al jaren geïnteresseerd en in zijn gedachten bezig met al die vragen rond onze existentie, bewustzijn e.d. allemaal filosofische kwesties. En zo kwamen wij te spreken over Russell vanwege dat boek bij Huib. Zonder enig zoeken haalde Douwe voor mij deze strip tevoorschijn; zo kwam ik ertoe om eindelijk eens iets over de filosofie te gaan lezen. Ergens diep wist ik wel dat filosofie en wiskunde uit elkaar voortkwamen, tenslotte komt wiskunde voort uit het denkproces van de mens en heeft zij geen basis in de materie om ons heen zoals de natuurwetenschappen. Het zelfde geldt natuurlijk voor de filosofie; ook dat is een spruit van het menselijk brein. Met veel verwachting heb ik dan ook dit, door haar vorm toegankelijk werk tot mij genomen.
Het betreft het levensverhaal van Bertrand Russell, iemand die ik slechts kende als vredesactivist. Maar de man was tevens filosoof, wiskundige en vooral ..... logicus. Uit de strip krijg ik sterk de indruk dat logicus zijn en waanzinnig zijn, erg dicht bij elkaar ligt; velen eindigden hun bestaan in klinieken of onder verzekerde bewaring; dat Wittgenstein zijn zoektocht naar de waarheid heeft overleefd vanwege zijn nadrukkelijke wens tot een bijna dood ervaring, mag een wonder worden genoemd. Neemt niet weg dat ik door deze strip enig inzicht heb gekregen (maar vooral bevestiging) in de filosofie.
De vorm is komisch; de schrijvers van de strip en zelfs de tekenaars spelen zelf ook een rol in de strip; zij overleggen met elkaar over vorm en inhoud en zelfs over de belevenissen van al degenen die een rol spelen in de verhaallijn. Wittgenstein, Gödel, von Neumann, alle groten in de logica kom je tegen en daarnaast een aantal mij onbekenden, die vaak wonderlijke rollen hebben gespeeld in het proces van logica en het verkennen van de grondslagen van de wiskunde.
Nuchter als ik als Bèta-wetenschapper ben, kan ik er geen chocola van maken. Tien jaar bezig zijn met de grondslagen van de wiskunde die door Euclides al in de vorm van axioma's werden vastgelegd is voor mij klinkklare onzin. Het is voor mij dan ook niet echt te bevatten waar men zich mee heeft bezig gehouden. Volgens mij heeft Bertrand Russell zich er vooral doorheen geslagen omdat hij een groot "womanizer" was; dan kun je alles lang volhouden.
Mijn standpunt aangaande de filosofie is niet veranderd; ik deel de mening van Maarten 't Hart die kort door de bocht stelt dat filosofie en flauwekul met de zelfde letter beginnen.
2 opmerkingen:
Mag ik wel aannemen dat je de wiskunde onder de Beta wetenschappen rekent? of vind je dat onlogisch haha
Je hebt gelijk, ik kan beter over natuurwetenschappen spreken; daar valt de wiskunde buiten.
Een reactie posten