Zijn naam kende ik slechts van de kade die naar deze voormalig burgemeester van Amsterdam is genoemd. Daarnaast was hij in de 18e eeuw tevens een van de bewindhebbers van de VOC. In een brief die deze hoogwaardigheidsbekleder schreef aan een collega las ik dat hij kritisch kijkt naar het ontbreken van wetenschappelijke interesse binnen zijn kring; informatie die hij van verre - het koloniaal gebied van de Nederlanden - tot zich krijgt via lieden uit het veld belandt steeds in de onderste laden van de administratie van de VOC.
Ik heb daar over wat zitten peinzen zeker nadat Andrea Wulf mij zo treffend attent had gemaakt op de niet aflatende wetenschappelijke interesse van de broeders Humboldt, Goethe en anderen die zich lieten voeden met wetenschappelijke waarnemingen vanuit alle hoeken van de wereld met briefwisselingen; de VOC liet haar informatie in de onderste lade.
Ik vroeg mij dan ook af of dat waar was en inderdaad heb ik nooit een standaardwerk in handen gehad over bijvoorbeeld de levenswijze van de Khoi San, de oorspronkelijke bevolking van Zuid Afrika, destijds energiek door van Riebeeck et al veroverd en tot de groentetuin gemaakt voor de VOC schepen die onderweg waren naar de Oost. Het boek "Stemmen uit zee", geschreven door een Zuid Afrikaan was het eerste dat ik hierover las; het Rijksmuseum heeft ook een tentoonstelling aan deze tijd gewijd. Maar van NLse auteurs ken ik geen overzichtsboek hieromtrent, geheel in lijn met wat Nicolaas destijds al schreef.
04 augustus 2022
Nicolaas Witsen
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten