Het was heerlijk wandelweer; met m'n nieuwe jas een drietje gewandeld. Het was zelfs wat warm, maar na Italië voelde de wind toch wel koud aan. Lekker door de ritselende herfstbladeren lopen met het sonore geluid van de onvermijdelijke bladblazers op de achtergrond.
Aangekomen bij de speelweide zag ik op het bankje een merkwaardig beeld: een klein jongetje, naar mijn schatting 2-3 jaar oud stond doodstil gebogen over de bank. Het leek sterk op van die grappige kabouterbeeldjes die je soms bij mensen in de tuin ziet; zo'n kaboutertje dat naar binnen staat te kijken. Nu leek het net een kaboutertje dat gebogen over de bank stond; ik dacht vanwege het doodstille staan inderdaad dat ik gefopt werd en dat het een kabouterbeeldje was. Maar nee, het jongetje ging staan en keek verbaasd op; zijn jonge ouders speelden als twee jonge kinderen met elkaar een soort "krijgertje"; al gillend van de pret holde moeder achter vader aan en probeerde hem in te halen; vader liep steeds weg en dat bleef maar doorgaan. Het jongetje deed aan deze "onzin" niet mee en ging tot mijn verbazing weer gebogen over het bankje in de zonderlinge houding staan.
Ik keek dit zonderlinge tafereel eens aan en vervolgde mijn weg waarbij ik de spelende en lachende ouders en het bewegingloze jongetje passeerde. Daar hoorde ik het blikken geluid van de PDA; het jongetje bekeek een kinderfilmpje o.i.d. vermoed ik. Ik ervoer dit als de omgekeerde wereld.
Roos benoemde het fenomeen als "Die umwertung aller Werte", een uitspraak van Nietzsche aldus Roos.
Aangekomen bij de speelweide zag ik op het bankje een merkwaardig beeld: een klein jongetje, naar mijn schatting 2-3 jaar oud stond doodstil gebogen over de bank. Het leek sterk op van die grappige kabouterbeeldjes die je soms bij mensen in de tuin ziet; zo'n kaboutertje dat naar binnen staat te kijken. Nu leek het net een kaboutertje dat gebogen over de bank stond; ik dacht vanwege het doodstille staan inderdaad dat ik gefopt werd en dat het een kabouterbeeldje was. Maar nee, het jongetje ging staan en keek verbaasd op; zijn jonge ouders speelden als twee jonge kinderen met elkaar een soort "krijgertje"; al gillend van de pret holde moeder achter vader aan en probeerde hem in te halen; vader liep steeds weg en dat bleef maar doorgaan. Het jongetje deed aan deze "onzin" niet mee en ging tot mijn verbazing weer gebogen over het bankje in de zonderlinge houding staan.
Ik keek dit zonderlinge tafereel eens aan en vervolgde mijn weg waarbij ik de spelende en lachende ouders en het bewegingloze jongetje passeerde. Daar hoorde ik het blikken geluid van de PDA; het jongetje bekeek een kinderfilmpje o.i.d. vermoed ik. Ik ervoer dit als de omgekeerde wereld.
Roos benoemde het fenomeen als "Die umwertung aller Werte", een uitspraak van Nietzsche aldus Roos.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten