Lezen is toch wel een belangrijke tijdspassering voor mij als niet-bezitter van TV. Merkwaardig genoeg heb ik dan het gevoel dat de boeken die je tegelijk onder handen hebt een soort onderling verband houden. Zo las ik de laatste weken het boek "Dier, Bovendier" van Frank Westerman tegelijk met "Bernhard" van Annejet van der Zijl. Tussendoor zag ik een artikel over Peter Sloterdijk, de grote Duitse filosoof en door hem getriggered heb ik "Alzo sprak Zarathoestra" van Nietsche uit de bieb gehaald (omdat er niets van Sloterdijk te leen was).
En dat gaat dan raar genoeg almaar over rasverbetering, zuiver bloed, blauw bloed. Vooral Westerman maakt steeds de link van de rasverbetering van de Lipizzaner paarden naar het Nationaal Socialisme. Annejet van der Zijl geeft heel helder weer hoe de Duitse adel zich gedroeg als een door God geschonken bovenlaag in de maatschappij die het bestond om de onderlaag aan zich te onderwerpen. Walgelijk gewoon.
Mendel versus Lysenko, ratio (wetenschap) versus een totalitair systeem (communisme). Voor mij als voormalig wetenschapper heb ik met verbazing gekeken naar die discussie over Lamarck versus Mendel en de discussies die daarover in Rusland werden gevoerd.
En dan Nietsche met zijn zgn. Übermensch. Ik kon zijn lijn absoluut niet volgen, maar dat er überhaupt maar sprake kan zijn van een Übermensch is in mijn ogen zo'n klinkklare onzin.
In mijn wetenschappelijke tijd maakten we gebruik van zuiver ingeteelde muizenstammen. Door "rasveredeling" middels maximale inteelt door generaties lange broer-zus voortplanting werden muizen verkregen die allemaal absoluut gelijk waren (op spontaan ontstane mutaties na natuurlijk) en overigens ook heel vitaal; iedere eigenschap, iedere allele was homozygoot aanwezig en dus "goed", d.w.z. compatibel met vitaliteit. Iedere stam had zo haar eigenschappen. DBA/2 muizen waren lichtbruin en wat klein van formaat, C57Bl/10 was aanzienlijk forser. C3H was weer wat anders bruin van kleur, enzovoorts. Ook karakterverschillen kon je tussen de stammen waarnemen. Eén van de witte stammen, Balb/c was bijzonder agressief; vooral de mannetjes beten elkaar tot bloedens toe. Dus maak mij niet wijs dat karakter niet overerfelijk zou zijn!?
Maar kruiste je een dergelijke stam met een wilde muis, dus één die voor veel genen heterozygoot was, dan ontstond door heterose wel een heel vitale "Nachwuchs". Muizen die wel een meter hoog konden springen en beten als wilden. Inteelt is dus niet bepaald een voorwaarde voor een Übermaus. De gedachte aan het moedwillig creëren van een Übermensch vervult mij met walging. Ook Frank Westerman is die mening toegedaan aldus zijn meesterlijk werk.
En dat gaat dan raar genoeg almaar over rasverbetering, zuiver bloed, blauw bloed. Vooral Westerman maakt steeds de link van de rasverbetering van de Lipizzaner paarden naar het Nationaal Socialisme. Annejet van der Zijl geeft heel helder weer hoe de Duitse adel zich gedroeg als een door God geschonken bovenlaag in de maatschappij die het bestond om de onderlaag aan zich te onderwerpen. Walgelijk gewoon.
Mendel versus Lysenko, ratio (wetenschap) versus een totalitair systeem (communisme). Voor mij als voormalig wetenschapper heb ik met verbazing gekeken naar die discussie over Lamarck versus Mendel en de discussies die daarover in Rusland werden gevoerd.
En dan Nietsche met zijn zgn. Übermensch. Ik kon zijn lijn absoluut niet volgen, maar dat er überhaupt maar sprake kan zijn van een Übermensch is in mijn ogen zo'n klinkklare onzin.
In mijn wetenschappelijke tijd maakten we gebruik van zuiver ingeteelde muizenstammen. Door "rasveredeling" middels maximale inteelt door generaties lange broer-zus voortplanting werden muizen verkregen die allemaal absoluut gelijk waren (op spontaan ontstane mutaties na natuurlijk) en overigens ook heel vitaal; iedere eigenschap, iedere allele was homozygoot aanwezig en dus "goed", d.w.z. compatibel met vitaliteit. Iedere stam had zo haar eigenschappen. DBA/2 muizen waren lichtbruin en wat klein van formaat, C57Bl/10 was aanzienlijk forser. C3H was weer wat anders bruin van kleur, enzovoorts. Ook karakterverschillen kon je tussen de stammen waarnemen. Eén van de witte stammen, Balb/c was bijzonder agressief; vooral de mannetjes beten elkaar tot bloedens toe. Dus maak mij niet wijs dat karakter niet overerfelijk zou zijn!?
Maar kruiste je een dergelijke stam met een wilde muis, dus één die voor veel genen heterozygoot was, dan ontstond door heterose wel een heel vitale "Nachwuchs". Muizen die wel een meter hoog konden springen en beten als wilden. Inteelt is dus niet bepaald een voorwaarde voor een Übermaus. De gedachte aan het moedwillig creëren van een Übermensch vervult mij met walging. Ook Frank Westerman is die mening toegedaan aldus zijn meesterlijk werk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten