Sloten, een pareltje tussen de weilanden en de meren |
En toen naar Lemmer, waar ik gebleven was met mijn wandeling van het Zuiderzeepad. Het einde komt naderbij. Lemmer is zo’n plaats waar je echt geweest moet zijn, maar niet heus. Wel werd ik geleid over een sluis met twee fraaie gebouwtjes. Ik durfde niet over die sluis; misschien was hij wel glad, maar die bouwseltjes waren waarschijnlijk wel het mooiste dat Lemmer te bieden had; wat een treurigheid op zo’n winter maandagmorgen.
Bij Lemmer ligt het bekende van Wouda gemaal, een enorm stoomgemaal om aldaar de polders droog te malen. Precies om 10.00 uur liep ik daar langs op de enige dag dat het gesloten is ter bezichtiging; andere dagen dan de maandag is het voor publiek geopend. Korneel had mij een bezoek aan dit gemaal aanbevolen; zal er wel niet van gaan komen want Lemmer heb ik na één keer wel gezien. Even verderop een paar prachtig wit versierde bomen; een kort moment dacht ik aan een wel erg ver gaande kerstversiering totdat ik de vogels zag; de bomen waren volkomen ondergescheten door een kolonie aalscholvers.
De rest van de wandeling was door de weilanden; eindeloos verre horizonten, sloten, weilanden totdat ik bij een scheepsopslagbedrijf kwam. Gek gezicht al die werkloze plezierjachten op houten stellages; hier en daar nog een dapper wapperend vlaggetje; lege kajuiten waarin je je moeiteloos de gestalten van de stoer gepette “kapiteins” kon voorstellen; nu als lam geslagen vogels op een rijtje te wachten op betere tijden.
De beroemde brug van Sloten |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten