Het was woensdag 9 februari prachtig weer en dus alle reden om een stuk Zuiderzeepad te gaan wandelen. Eigenlijk zou ik met broer Jan gaan wandelen in de buurt van "Het grote Bos" in Driebergen. Door problemen op zijn fabriek ging dat helaas niet door. Dus hup in m'n uppie naar Hilversum en met bus 108 naar Blaricum; daar was ik de vorige keer geëindigd. De aansluiting was snel gevonden.
Prachtig dorpje dat Blaricum. Allemaal hulsthagen langs de wegen; het heeft veel weg van Engeland, maar ook hier en daar een boerenbedrijf middenin het dorp. Erg fraai. Eenmaal buiten het dorp aangekomen, verder langs de Gooyersgracht richting Eemnes. Daar onder de snelweg en door Eemnes, een raar dorp met een schitterende kerk. Op het plein heb ik wat gerust en een paar mandarijntjes gepeld. Eemnes loop je uit en je belandt direct in het buitengebied. De polder is wijds en groen en wordt begrensd door de Eem. De sloten werden er uitgediept. Er staan wat bankjes langs de poldervaart maar die waren niet te gebruiken vanwege de prut die door de grote kraan was opgetast op de oever. Even verderop het pareltje van de Eem: Eemnessersluis. Lekker boterhammetje gegeten met hagelslag. Ik was het zo zat om altijd kaas op brood te eten, dus had ik hagelslag meegenomen en een gesmeerde boterham. Ik liep nog een dame tegen het lijf die mij vertelde dat er in de heg drie soorten mussen zaten: de huismus, ringmus en heggemus. Inderdaad zag ik de ringmus en de "gewone huismus". Ik mocht het woord "gewoon" niet van haar gebruiken. Vanaf Eemnessersluis over de Eemdijk richting Eembrugge. Natte oevers, verre uitzichten en vooroorlogse boerderijen waren mijn deel. Bij Eembrugge liep ik het industriegebied binnen met een grote opslagplaats voor poldermateriaal. Ik had het wel gezien, mijn enkel deed zeer van m'n nieuwe schoenen en nam het fietspad naar Baarn. Volgende keer maar vanuit Baarn de volgende étappe naar Spakenburg.
Prachtig dorpje dat Blaricum. Allemaal hulsthagen langs de wegen; het heeft veel weg van Engeland, maar ook hier en daar een boerenbedrijf middenin het dorp. Erg fraai. Eenmaal buiten het dorp aangekomen, verder langs de Gooyersgracht richting Eemnes. Daar onder de snelweg en door Eemnes, een raar dorp met een schitterende kerk. Op het plein heb ik wat gerust en een paar mandarijntjes gepeld. Eemnes loop je uit en je belandt direct in het buitengebied. De polder is wijds en groen en wordt begrensd door de Eem. De sloten werden er uitgediept. Er staan wat bankjes langs de poldervaart maar die waren niet te gebruiken vanwege de prut die door de grote kraan was opgetast op de oever. Even verderop het pareltje van de Eem: Eemnessersluis. Lekker boterhammetje gegeten met hagelslag. Ik was het zo zat om altijd kaas op brood te eten, dus had ik hagelslag meegenomen en een gesmeerde boterham. Ik liep nog een dame tegen het lijf die mij vertelde dat er in de heg drie soorten mussen zaten: de huismus, ringmus en heggemus. Inderdaad zag ik de ringmus en de "gewone huismus". Ik mocht het woord "gewoon" niet van haar gebruiken. Vanaf Eemnessersluis over de Eemdijk richting Eembrugge. Natte oevers, verre uitzichten en vooroorlogse boerderijen waren mijn deel. Bij Eembrugge liep ik het industriegebied binnen met een grote opslagplaats voor poldermateriaal. Ik had het wel gezien, mijn enkel deed zeer van m'n nieuwe schoenen en nam het fietspad naar Baarn. Volgende keer maar vanuit Baarn de volgende étappe naar Spakenburg.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten