19 april 2018

Mijn oude vader wist het al

Een aanrader van Dick
Het moet ergens tussen 1952 en 1954 zijn geweest; we woonden (nog) in Zaandam. Mijn vader had me gewaarschuwd voor radioactiviteit dat in regenwater zou zitten; mij toen nog niet bekend onder de term "fallout", de restanten van "atoomproeven" in de atmosfeer uitgevoerd en door de wind meegevoerd naar verre, onze streken. Ik had ondanks zijn waarschuwingen wel eens stiekem een druppel regenwater geproefd; aan een ijzeren draad hingen waterdruppels en daarvan proefde ik er eentje; ja ja, ongehoorzaam! De smaak van radioactiviteit was voor mij die metaalsmaak aan dat regenwater.
Toen al vroeg ik mij af waar ons drinkwater dan wel vandaan moest komen; als regenwater vol met radioactiviteit zat dan moest dat kennelijk ergens anders vandaan komen?!
Maar nu ben ik - daartoe aangezet door mijn goede vriend Dick - een boek aan het lezen over de samenstelling van onze atmosfeer: "Ceasars' last breath", decoding the secrets of the the air around us; een bijzonder boeiend boek waarvan Dick al terecht zei dat je nauwelijks kunt stoppen met lezen als je eraan begonnen bent. En dat proces heb ik nu onderbroken om deze blog te schrijven; dat heeft zo zijn reden.
Halverwege het boek begint de schrijver over de contaminatie van onze atmosfeer door toedoen van deze atoomproeven en de gruwelijke consequenties daarvan; de directe sterfte van mens en dier samenhangend met proeven in de atmosfeer en de effecten op langere termijn: met name kanker in diverse vormen. Wat me vooral treft is de misinformatie (ja toen zeker ook!!) die door de officiële instanties over de bevolking werd uitgestrooid; verwaarloosbare effecten?!
Mijn oude vader informeerde zich ongetwijfeld toen al met de door hem al zo geroemde NRC, de Nieuwe Rotterdamse Courant en waarschijnlijk daaruit had hij zijn informatie. Hij was zich bewust van die zo prachtig onder het tapijt verdwenen informatie over de gevaren die de atoomproeven met zich mee brachten. Als ik mij realiseer dat hij toen ook nog maar een jonge vent was van zo'n jaar of dertig krijg ik nog meer bewondering voor hem dan ik al had.
Ook later- ik was een jaar of tien denk ik - had je bij schoenenwinkels röntgenapparatuur staan waarmee je dwars door schoen en voet heen kon zien of de nieuwe schoenen goed pasten. Mijn moeder had ons zonder aarzelen aan deze nieuwigheid blootgesteld; ik herinner mij nog dat groene beeld van mijn voetbotjes in die nieuwe schoenen?! Mijn vader verbood dat onmiddellijk en terecht; deze apparatuur was snel uit de winkels verdwenen; kennelijk had men toen snel door dat dit niet ongevaarlijk was.

Geen opmerkingen: