24 november 2010

Een warme koelkast

Schitterende koeien die Lakenvelders. Zijn inmiddels bevorderd tot Presidium van Slow Food. Volgens de officials is dit ras vanouds een soort sierras, gehouden op landgoederen. De hier gefotografeerde kudde graast winter en zomer in het mij zo vertrouwde Houdringhe bos, waar ik regelmatig mijn "drietjes" wandel. 'sWinters worden ze bijgevoerd; ouderwetse veekoeken en wat hooi is hun deel. Bij koude gaan ze dicht bij elkaar staan op de voederplek en verroeren zich nauwelijks. Dankzij hun dikke vacht en in de zomer opgebouwde speklaag zijn ze goed bestand tegen de koude. Zelfs op de uiers groeit een stevige haardos. Helaas loopt er tegenwoordig geen stier meer in de kudde. Daarom ook geen kalveren dit jaar. Misschien wel omdat er een keer een wat al te jonge vaars was gedekt met als gevolg een nauwelijks levensvatbaar, zeer klein gebouwd kalf van een te jonge moederkoe.
De eigenaar van de kudde heb ik afgelopen winter gesproken. Hij heeft me verteld wat de Lakenvelder vroeger voor functie had. En dat was een heel ander verhaal dan als sierkoe op landgoederen. Het was, aldus deze eigenaar, een zogenoemde huiskoe. Werd 'smorgens vroeg gemolken; kwam een flinke liter uit en de rest was voor het kalf. Dan kreeg moederkoe een klap voor de kont en werd "het bos ingestuurd" om haar kostje bij elkaar te zoeken. Dat ze weinig eisen stellen aan de voeding is mij wel duidelijk. Op het weiland waar ze inmiddels al jaren grazen staat een wat triest gras en vooral veel Jacobskruiskruid, dat ze overigens laten staan. Een weinig voedingrijk geheel dus. Maar ze hebben er voldoende aan want ze zien er voortreffelijk uit. Alleen bij sneeuw worden ze wat bijgevoerd met hooi als gezegd, maar verder nooit.
'sAvonds kwam moederkoe weer terug om opnieuw wat melk af te staan. Een warme koelkast eigenlijk; altijd verse melk!

Geen opmerkingen: