29 maart 2013

Noordpolderzijl

Het Zielhoes te Noordpolderzijl
M'n volkorenmeel was nagenoeg op; alle reden om weer naar Groningen te gaan, naar mulder Pot in Kropswolde. En dat combineer ik dan met een wandeling in het Noord Groningse land, waar ik zo langzamerhand erg aan verknocht begin te raken; die stilte, die wijdsheid, die stoere kleigrond die een hele winter heeft liggen wachten.
Dus weer om half zes uit de veren en om kwart voor negen in stad Groningen. Eerst naar de Groninger markt; koffie drinken en meteen maar noten en rozijnen ingeslagen; die waren ook op en ik kon natuurlijk niet naar de vrijdagmarkt in Bilthoven. Kopje koffie met een hazelnootgebakje en dan is het leven weer heel draagbaar voor een pensionado. Met het boemeltje naar Warffum, verrekijker omgegord en op naar Noordpolderzijl, het noordelijkste haventje van ons land. Stelt niet zo gek veel voor, maar ik wilde er weer eens heen. In het wandelboekje van het wad- en wierdenpad, dat door Noord Groningen loopt stond dat je bij het Zielhoes, het voormalig polderhuis en al enkele decennia een horeca gelegenheid, mocht kamperen.
En dat heb ik jaren geleden ook een keer gedaan. Met m'n kleine trekkerstentje, m'n bultrugje zoals ik het altijd liefkozend duidde, op een verder geheel verlaten grasveldje; het waaide stevig om niet te zeggen hard zodat het tentdoek 'snachts op m'n neus landde. De volgende ochtend in het Zielhoes koffie gedronken en een heel wonderlijk verhaal gehoord. Het ging over een voormalig dienstmeisje dat naar ik meen op haar sterfbed iets had verteld dat haar van het hart moest. Zij had gewerkt bij zo'n rijke herenboer; de boerderij beschikte over een grafkelder, althans de kist/sarcofaag van de jong overleden echtgenote van de boer was voor het dienstmeisje toegankelijk. En dwaas als ze was had ze een keer de kist een stukje open geschoven, zo ging het spannende verhaal terwijl ik een broodje garnaal verorberde en koffie slobberde zo'n 25 jaar geleden. Tot verbazing van het dienstmeisje zag de al lang geleden overleden vrouw er gaaf uit, tot een heel licht briesje of andere beweging de schijn deed verdwijnen; het gezicht stortte helemaal in elkaar; er resteerde slechts een doodshoofd. Het dienstmeisje was zich natuurlijk helemaal wild geschrokken en had het nooit eerder durven vertellen. Nu zij al met één voet in het graf stond moest ze het toch van zich af praten kennelijk.
De mens heeft natuurlijk een skelet voor de algehele stevigheid en de aanhechting van de spieren. Daarnaast heeft het nog een ragfijn skelet, een soort matrix, dat stevigheid en onderling verband geeft aan de weefsels en de cellen in de weefsels; de naam daarvan weet ik niet meer helaas. Die matrix blijft kennelijk staan als een lichaam onder bewegingloze omstandigheden verteert. Ik heb een dergelijk verhaal ook gelezen in een boek van Gabriel Garcia Marquez of Isabel Allende en die hebben dat ook vast niet zelf verzonnen maar weten het uit verhalen.
Daar moest ik aan denken toen ik vanmiddag stil mijn boterhammetje zat te kanen op een bankje voor het Zielhoes; dat was helaas gesloten; ik had me zo verheugd op het weerzien van het interieur na zoveel jaar en natuurlijk op het broodje garnalen.
Vervolgens terug gelopen naar Usquert en onderweg lekker vogels gespot met de verrekijker. Leuke combinatie van hobbies dat wandelen en vogels kijken. Van Usquert naar Kropswolde en toen via Groningen weer terug naar huis. Had geen zin meer om de Nordic Art voor de vierde keer te gaan bekijken hoe mooi die tentoonstelling ook is. Is er overigens nog tot half mei.

Geen opmerkingen: