28 juni 2016

Over discordanties, puddinggesteente en stromatolieten

De discordantie bij faglioni
Daar had ik naar uitgekeken: de stromatolieten, één van de allereerste levensverschijnselen. Het zijn organismen die overigens nog steeds op merkwaardige plaatsen in de wereld voorkomen. Het zijn een soort matten van microörganismen die fotosynthese kennen en ook slib vasthouden. Daardoor kennen zij een dag-nachtritme. Het is niet te geloven maar wetenschappers hebben daardoor kunnen vaststellen dat 540 miljoen jaar geleden de aarde een stuk sneller draaide; een jaar kende toen iets van 400 dagen, aldus de informatie uit de groei van die oeroude stromatolieten.
Maar eerst gingen we die dag op weg naar een discordantie, een geologische structuur waar twee lagen van verschillende leeftijd over elkaar heen zijn geschoven. Destijds is in Siccar point de eerste keer op overduidelijke manier een dergelijke geologische structuur ontdekt die de wetenschapper Hutton in verband bracht met de oeroude leeftijd van de aarde. Paul toonde ons nu in Nebida een duidelijke hoekdiscordantie; imposant hoor.
Puddinggesteente; gekke naam
In dit gebied heeft de aarde als een enorme betonmolen alle gesteenten vermorzeld en door elkaar heen gehusseld. Het resultaat lag ruim ontsloten als een dikke laag lossig gesteente langs de kustweg die hier werd aangelegd. De weg was niet zo erg druk en gaf ons de gelegenheid om aan het gesteente te vingeren en er een foto van te maken. Het heeft een merkwaardige naam: pudding gesteente omdat het zo'n mix van van alles is kennelijk.
Aangekomen in het plaatsje faglioni gingen we lekker aan de koffie. Op weg naar de koffie wees Paul mij op het gesteente bariet, bariumcarbonaat. Onder hoge druk en met water als "smeermiddel" gaan allerlei metaalionen in oplossing en concentreren zich. Met lekenwoorden is dat het proces dat tot verrijking van gesteenten tot ertsen leidt.
Paul toont mij een streep bariet tussen het
andere gesteente. Bariumcarbonaat.
Na de koffie gingen we naar de stromatolieten, naar die structuren waar ik zo naar had uitgekeken. Schitterend, als een uitgestrekte streepjescode lag daar het resterend gesteente, het restant van iets dat 540 miljoen jaar geleden had geleefd ergens op aarde en nu met de tectonische bewegingen op deze plaats op de aardbol was gestrand om wreed door een geologische hamer weer aan het daglicht te worden blootgesteld. Dat vind ik een merkwaardige gedachte die natuurlijk nergens op slaat.
Tot slot gingen we nog even heerlijk zwemmen. Paul had nog een quizvraag voor ons. Er was hier sprake van een dal en hij vroeg ons wat we hier misten. Hij hielp ons wat op weg door als Socrates te vragen hoe een dal gevormd wordt. Ja, door water, een beek of rivier en nu zag je geen bedding meer.
Als een geologische barcode zijn de stromatoliet
zichtbaar. Een fascinerend gezicht vind ik.
De beek liep kennelijk onder de grond. Paul had tijdens het zwemmen geproefd dat het zeewater minder zout was dan enkele dagen eerder elders waarop André in lachen uitbarstte omdat hij zojuist van de restauranthouder had gehoord dat de uitgang van het toilet hier het ongezuiverde rioolwater direct in zee loosde. Maar hij voegde daar met zelfspot aan toe dat hij wel eens een gekristalliseerd mineraal had willen determineren door te proeven; de inlandse gids had later verteld dat dit de plek was waar olifanten altijd urineerden. Het leven van een geoloog is niet altijd even smakelijk ha ha.
Roos zette Paul en mij voor de PROIRA-blog samen op de foto terwijl we in zee zwommen.
Daarna vertrokken we naar de agriturismo; een arcadisch plekje waar we opnieuw heerlijk zouden gaan eten.

Paul van Olm en Ferry van Elven in de zee bij Sardinië

Geen opmerkingen: