29 december 2019

Grijs repelsteeltje onder m'n zolen

Radio Kootwijk
Vanmorgen wilde ik mijn wandelschoenen invetten. Daartoe moeten ze wel eerst van zand en andere ongerechtigheden ontdaan worden. Tot mijn verbazing ging het zand er helemaal niet van af. Mijn laatste wandeling was met Ab op het Kootwijker zand, het gebied dat dankzij de gebonden stikstof depositie overwoekerd is met het grijs kronkelsteeltje, een uitheemse mossoort die ik uit balorigheid het grijs repelsteeltje noemde.
Bij de wandeling was het vrijwel onmogelijk om de duinen te betreden omdat je uitgleed door de kleverige smeerboel; leek wel koeienstront met al dat zand tussen de troep. 
Het zand kreeg ik met de grootste moeite van het bovenleer van de schoenen. Echter de zolen zaten vol met die kleverige smeerboel. Zelfs na enkele dagen lopen zit het nog tussen de ribbels van de zolen.
En dan nog beweren dat de natuur helemaal geen last heeft van die stikstofdepositie die vooral veroorzaakt wordt door de landbouw, met name de veeteelt sector. Tegenwoordig worden de gier (urine) en de stront (mest) gemengd opgeslagen waardoor ammoniak wordt gevormd door de bacteriƫn. De ouderwetse stalmest waarbij de gier en de met stro gemengde mest apart worden opgewerkt ontstaat aanzienlijk minder ammoniak, hierbij ontstaat de "ouderwetse" gezellige plattelandslucht die door Roos' vader "Landluft" werd genoemd. Vind ik ook zo lekker ruiken. Bij boer Dirk in de stal rook het altijd naar Landluft.

Geen opmerkingen: