30 november 2014

Bebroede kippeneieren

In mijn begintijd in de wetenschap heb ik het jarenlang zonder coach moeten stellen; heeft ontegenzeggelijk ook haar voordelen, maar zeker ook nadelen; je weet gewoon te weinig en kunt de waarde van zaken niet stutten met kennis.
Mijn allereerste wetenschappelijke schreden zette ik op het gebied van de virologie. Mijn toenmalige chef en hoogleraar vanT had mij aangetrokken voor het opzetten van de Toxoplasmose serologie op het microbiologisch lab van de VU. Dat had ik dankzij de kennis en inzet van mijn ervaren hoofdanaliste Coby denB snel voor elkaar. Daarna had vanT eigenlijk niets meer voor mij en op mijn vraag:"wat nu verder?" gaf hij mij iets vaags als zoek maar uit of je een methode kunt ontwikkelen om uit te maken welk type dit Herpes Simplex Virus (HSV) is. Daarvan had je twee types, 1 en 2 en het monster dat vanT voor mij had zat er een beetje tussenin naar zijn eigen bevindingen; een kweekmethodiek op babymuizen en bebroede kippeneieren. Hij entte bebroede kippeneieren op het amnionvlies met patiëntenmateriaal; aan de vorm van de pokken die ontstonden na enkele dagen kon hij zien welk type virus het was en of er überhaupt sprake was van een Herpes virus in het materiaal.
VanT was veterinair; het werken met dieren was zijn lust en zijn leven; vrijwel alle diagnostisch werk deed hij zelf; cavia's enten met patiëntenmateriaal voor het aantonen van TBC bacteriën; het verbloeden van de cavia's d.m.v. hartpunctie, enten van muizen en als genoemd de eieren. Al doende leerde ik veel van hem en vooral van Coby natuurlijk. En zo ook van Marijke, laborante of analiste, dat weet ik niet meer; zij had ervaring met weefselkweek en zo gingen we met z'n drieën aan de gang. Merkwaardige tijd, want er was aan de universiteiten geld in overvloed; ik kon doen wat ik maar bedacht. Was voor een beginnend academicus best een uitdaging.


29 november 2014

Kinnesinne en pikkerij

In dat "geinige" boek van Bill Bryson, "A short history of nearly everything", wordt hier en daar behoorlijk de draak gestoken met de wetenschappelijke gewoonten. De wetenschap kent bijzonder vreemde kostgangers; ik noemde al Cavendish, maar ook de beroemde Newton en vele anderen.
Wat mij stevig stoorde maar ook heel bekend voorkwam was kinnesinne en pikkerij, helaas gebruikelijk in de wetenschappelijke wereld, althans voor zover ik die in die kleine tien jaar dat ik er deel van mocht uitmaken. Het is natuurlijk altijd een competitieve werld geweest: wie publiceert een belangrijke vondst het eerst; wie krijgt een doorbraak op zijn/haar naam. Maar om nou zo ver te gaan dat je de vondsten van anderen inpikt zonder zelfs diens naam te noemen vind ik gewoon schandalig. En dat is mij toch meerdere malen overkomen helaas. Niet dat ik zelf iets van een ander zou pikken; dat is mij volstrekt wezensvreemd; ik vind het heel belangrijk dat je 'smorgens bij het scheren een eerlijk persoon in de spiegel kunt begroeten.
Maar ook kinnesinne; het een ander iets niet gunnen. Ook dat lijkt mij te zijn overkomen hoewel ik niet kan onderscheiden of dat misschien ook onkunde is geweest. Ik ga dat toch eens van mij afschrijven hoewel ik er nauwelijks last van heb gehad; eigenlijk door het lezen van Brysons' boek ben ik mij er weer bewust van geworden.

28 november 2014

De alchemist van Coelho en het boek voor de jeugd

Enkele weken geleden heb ik het boek "De alchemist" van Paul Coelho in één adem tijdens een lange treinreis uitgelezen; een heen en weertje naar Friesland meen ik. Dit om aan te geven dat ik het een heel boeiend boek vond. Het verhaal begon wat vreemd en ik wilde het boek al wegleggen voor zover je dat kunt doen met een e-pub, maar toch verder gelezen en daarna pakte het mij volledig.
Dat had ik vroeger met Hubert Lampo ook zo sterk; de eerste 50 pagina's waren soms taai ongerief, maar op een zeker moment kreeg de verhaallijn je te pakken en droomde je volledig weg in de gefantaseerde magisch realistische wereld. Zo ook met Coelho. 
Het verhaal speelt voor het grootste deel in de islamitische wereld; de hoofdpersoon, een herder in Andalucië reist met vele onderbrekingen naar de pyramiden in Egypte om een schat te vinden die hem door een magisch persoon is voorzegd. En uiteindelijk blijkt die schat toch vooral hetgeen te zijn waar hij altijd zo tevreden mee was: zijn bestaan als herder.
Het verhaal deed mij zo ontzettend sterk denken aan een verhaal dat ik in mijn prille jeugd heb gelezen in "Het boek voor de jeugd". Ik kon het dan ook niet laten om dit boek via boekwinkeltjes.nl aan te schaffen. Had nogal wat voeten in de aarde; ik sprak met de verkoper af dat ik het zou komen afhalen in den Haag, maar moest daar van af zien door tijdsproblemen. Toen bleek dat het bij de buurvrouw was afgegeven door de postbeambte; het kon uiteraard niet door de brievenbus en buurvrouw kreeg ik maar niet te pakken. Maar enkele dagen geleden kreeg ik het oude boek in m'n handen; het was van 1937 en het verhaal heb ik direct opgezocht en gelezen. Het speelt eveneens in de islamitische wereld en beschrijft de tegenstelling tussen een persoon die slechts het goede wil en zijn tegenvoeter. Uiteindelijk bereikt "de goede" op een schitterend beschreven manier het paradijs nadat hij alles heeft over gehad voor zijn naasten, inclusief de tegenvoeter. De overeenkomst was misschien niet heel groot maar toch wel duidelijk: het zoeken naar een onbekende schat, op aanwijzing van een magische persoon en uiteindelijk bij je zelf terecht komen.
Wat me ook opviel was het prachtige gebruik van de aanvoegende wijs in dit verhaal en waarschijnlijk in meer verhalen in dit oude boek. Wordt niet veel meer gebruikt; ik weet nog dat ik een keer in een e-mail had geschreven: "het zij zo" en hem toen gecorrigeerd terug kreeg met: "het zei zo". De persoon in kwestie kende waarschijnlijk de hele aanvoegende wijs niet; je hoort hem inderdaad vrijwel nooit meer gebruikt worden. Ach ja, so sei es.

27 november 2014

Negatieve geotropie

Zo worden bananen gekweekt
Onze gids Wim, bij de excursie van gisteren heeft ons bijzonder uitvoerig verteld over het voornaamste exportproduct van La Palma: de banaan, platanos in het Spaans. Nu kun je er niet omheen kijken in La Palma; overal staan bananenplanten met enorme trossen groene bananen in allerlei afmetingen. Ook in de supermarkten liggen deze bananen; iets kleiner dan we in NL gewend zijn maar ook veel lekkerder; stevig vruchtvlees en goed van smaak. Wij begrijpen niet waarom deze europese bananen niet in onze NLse winkels te koop zijn.
Deze monocultuur maakt het gebruik van bestrijdingsmiddelen helaas noodzakelijk, aldus onze gids; zij bestaat al meer dan honderd jaar. De bananenplant plant zich vegetatief voort; de grote plant, de madre (moeder) draagt de vrucht; een nieuwe plant komt al voort uit de wortels en wordt de zoon, hijo genoemd. De inmiddels dode oude plant is de grootmoeder, abuela. Zodra de bananentros is geoogst gaat de moeder dood en komt de zoon in bloei. Het hele proces duurt anderhalf jaar en kost veel aandacht begrepen wij.
Wim: "waarom zijn de bananen krom?"
En toen kwam natuurlijk de hamvraag waarom de bananen krom zijn. Tja, niemand wist het en ik kon het natuurlijk niet laten om op te merken dat hij anders niet in zijn schil zou passen, vrij citerend naar André van Duin als ome Joop.
Maar nee, onze tweede astronaut, André Kuipers heeft uitgezocht dat het in dit geval gaat om "negatieve geotropie". Ik kon me zo slecht voorstellen dat in het ruimtevoertuig zo'n enorme bananenboom gedurende anderhalf jaar bestudeerd zou zijn. Dat was ook niet het geval, maar onze gids Wim had deze term graag overgenomen om het omhoog groeien van de bananen te benoemen.
We moesten er een beetje om lachen eerlijk gezegd want het is slechts een Latijnse beschrijving van het fenomeen en natuurlijk geen verklaring.

26 november 2014

Het noorden van La Palma

De excursie van vandaag ging over het noorden van La Palma. Om half negen vertrok de bus vanaf de afgesproken plek. De gids, Wim, een joviale Belg met onvervalst vlaamse tongval zou ons de hele dag vermaken. Hij bleek over een ongehoorde hoeveelheid kennis te beschikken; ik heb een heleboel nieuwe dingen gehoord, bijvoorbeeld over het ontstaan van de regenboog. De weerspiegeling van het gebroken licht via de achterkant van de waterdruppeltjes was voor mij nieuw. Ik had me er wel altijd over verbaasd eigenlijk maar me nooit vermoeid met de ware toedracht van het ontstaan van dat verbond van de hemel met de mens Als toegift kregen we wel zo'n prachtige regenboog als dessert.
De excursie duurde de hele dag. Ze voerde langs peilloze diepten. De ravijnen hier zijn enorm. Ze zijn ontstaan in de bijna twee miljoen jaar die het eiland oud is en vanwege de relatief grote hoeveelheid water die hier beschikbaar is zijn de dalen enorm uitgesleten. Een bijzonder imposant landschap waar onze chauffeur Matthias ons kundig doorheen loodste.
Het eiland bleek nog veel mooier dan wij gisteren voor mogelijk hadden gehouden. Laurierbossen, cactussen, aardbeibomen, drakenbomen, uitzichten over de oceaan, de geologische verschijnselen het was imposant en prachtig. We kregen wel waar voor ons geld; veel wandelen was er niet bij, maar het programma was geweldig. Geheel verzadigd kwamen we weer in ons appartement.

25 november 2014

Vroeg naar bed

Gisteren hebben we een vermoeiende dag gehad. Middenin de nacht, om 00.10 of daaromtrent namen we de bus naar Utrecht CS, door naar Amsterdam CS, Amsterdam Sloterdijk en de bus naar Schiphol om daar om een uur of 3 in te checken voor La Palma. Op Schiphol was geen mens te bekennen, althans geen passagiers. Wel beveiligers en andere employees van de luchthaven. We namen plaats op gemakkelijke stoelen en hebben lekker wat liggen slapen; volgens Roos zat ik te slapen met m'n neus op m'n knieën, en zo voelde het ook; van lekker uitrusten is geen sprake. Precies op tijd, d.w.z. om 6.00 uur vertrokken we naar La Palma. Ik geloof dat ik nog tijdens de start weer in slaap ben gevallen want vijf minuten later werd ik definitief en redelijk uitgeslapen weer wakker om 8.00 uur. Het is niet zo ver; lekker gelezen in om 10.15 kwamen we aan en kregen we nog een uur lokale tijd terug: 9.15 uur. En nog weer een uurtje later zaten we in ons voorteffelijk apartementje in Concajes heet het hier geloof ik.
Het was prachtig weer en we hebben direct een zonnebad genomen waarbij ik overigens onmiddellijk weer in slaap viel; heerlijk zo in het warme zonnetje. Toen we genoeg zon hadden genoten hebben we de omgeving eens verkend en een leuk restaurantje uitgezocht waar we op een NLse tijd konden gaan eten. Daarna een bijeenkomst bezocht van de TUI dame, met film over het eiland La Palma en een overzicht van de excursies. Een excursie geboekt voor de woensdag, vervolgens heerlijk gegeten nog een glaasje wijn, naar bed en laat opgestaan.
Vanmorgen weer van het zonnetje genoten. Roos had eigenlijk direct op pad gewild, maar ik wilde lekker van de zon genieten en dat hebben we gedaan. Daarna aan Roos' wandeldrift teogegeven en een schitterende wandeling gemaakt. Het is een bijzonder fraai eiland; zo op het eerste gezicht wel het mooiste eiland van de Canarias althans voor zover wij die kennen. Het is hier zo groen. Dat komt doordat hier zoveel water voorhanden is. Het regent hier het meest van de Canarias.
Na de wandeling hebben we ergens op de bus moeten wachten; er was een prima tentje en daar hebben we een paar tapas gegeten; tapas betekent schoteltje met iets kleins; nou hier kon je een kleine ton mee bedekken, kortom stevig gegeten en het smaakte me prima met een biertje.
Met de bus naar het appartement, nog een wijntje op het terras en vervolgens hebben we bijna 12 uur geslapen tot we om 7.15 zonder wekker besloten op te staan vanwege de excursie.

24 november 2014

Hoef niet naar Texel

Mijn perfect gelukte taai-taai
Eerder liet ik al weten dat het maken van de taai-taai was gelukt deze keer. Al doende leert men en ik had alle ervaringen en het advies van bakker van Ingen verwerkt in een nieuwe procedure om taai-taai te maken en die is helemaal gelukt tot mijn grote genoegen.
Eerlijk gezegd had ik daar niet op durven rekenen en daarom had ik al gepland om naar Texel te gaan naar bakker Timmer, de enige plek die ik ken en waar je de ouderwetse taai-taai kunt kopen; ouderwets, dat betekent voor mij zoals die bij mijn grootmoeder Sientje in Zaandam smaakte. Het werd snijtaai genoemd en werd gekocht in grote stukken van zo'n vier centimeter dik; heerlijk van smaak.
Nu ik het weet is het niet zo moeilijk meer zoals met alles. Ik vind het leuk om het te delen met degenen die van taai-taai houden en het ook eens zelf willen proberen. Ik heb alle poespas en wat ik als chemicus als flauwekul beschouw weggelaten en kennelijk terecht want het smaakt voortreffelijk.
Het recept is gebaseerd op het onvolprezen kookboek van Pellaprat.
Ik heb een Kenwood keukenmachine; dat is wel nodig voor dit deeg; een gewone keukenmixer krijgt het niet voor elkaar; met de hand kneden kan wel als het uiteindelijke deeg niet te heet is, dan brand je je handen, is het daarentegen te koud dan is het deeg zo stijf dat je het met de hand niet meer kunt kneden. Daarom is een keukenmachine eigenlijk wel nodig.
Ook is een high tech oven nodig; je moet de temperatuur digitaal, althans tot op 10 graden nauwkeurig
kunnen instellen. Begin er anders niet aan.

I Het honing/glucose mengsel
Neem een pan en doe daarin 500 gram honing en 500 gram druivensuiker (glucose). Voeg 100 ml water toe en verwarm het mengsel al roerend. Hoeft niet te koken; de glucose moet goed zijn opgelost en het mengsel moet wel goed warm zijn, maar niet gloeiend heet! Je moet het niet meer vast kunnen houden, maar het hoeft niet te koken.

II Het meel/kruiden/bakpoeder mengsel
Neem 550 gram roggebloem (moeilijk te verkrijgen; natuurwinkels en graanmolens). Doe het in een zeef en zeef het boven de roerkom van de keukenmachine. Daarna met 500 gram patentbloem het zelfde proces. Totaal heb je dus 1050 gram goed gezeefde bloem. Vergeet dat zeven niet je krijgt anders klontjes! Doe vervolgens de taaikruiden door het meelmengsel: ongeveer 40 gram gemalen anijs, 10 gram kardamom, een theelepel gemalen kruidnagel en een theelepel fijngemalen nootmuskaat. Meng ook 30 gram bakpoeder door het geheel. Goed droog mengen voordat je het honingmengsel toevoegt!

Nu voeg je het goed warme honingmengsel toe en je laat de keukenmachine het werk doen; goed mengen. Merkwaardig genoeg ontstaat een stevig deeg dat niet echt aan je handen kleeft.
Ik heb het vervolgens op een vuurvast glazen plaat met bakpapier erop uitgespreid in een laag van ruim 2 centimeter.

III Het bakproces
Dit is heel belangrijk om een goed resultaat te verkrijgen. Op allerlei sites staat dat je het bij 200 of zelfs bij 220 graden moet afbakken. Als je dat doet krijg je een product waar je je tanden op breekt; het smaakt wel naar taai, maar is te donker en veel te hard. Bakker van Ingen gaf mij de truc. Afbakken bij aflopende temperatuur. Hoe heb ik dat gedaan?

Verhit de oven eerst tot 220 graden. Zet nu de glasplaat met het taai-taai deeg in de oven. Zet een wekkertje op 5 minuten. Zet na 5 minuten de oven op 210 graden, opnieuw na vijf minuten op 200 graden en ga zo door tot de totale baktijd van 30 minuten waarbij je eindigt op 170 graden.
Haal het uit de oven, maak los van de glasplaat en het bakpapier en laat het op een rekje afkoelen. Probeer er twee dagen af te blijven want dan is de taai-taai op z'n lekkerst. Ik kan er niet afblijven, maar gelukkig heb ik heel veel gemaakt en ik deel het maar mondjesmaat uit.


23 november 2014

Het Renkums beekdal

Op zoek naar insecten
Gisteren vergaderde de sectie Thijsse van de Nederlandse Entomologische Vereniging. Toen deze sectie werd opgericht was ik deelnemer van het eerste bestuur: secretaris. Na enige jaren heb ik dat bestuurslidmaatschap over kunnen dragen aan Jan tH, professioneel bosecoloog. Een plezierige club van natuurliefhebbers die van het NEV bestuur de opdracht heeft aanvaard om de kennis en kunde die binnen de leden van de NEV leeft op de een of andere manier in te zetten voor de verbetering van natuurgebieden. Dat blijkt allemaal niet zo eenvoudig, maar inmiddels bestaat de sectie alweer een jaar of 6-7 en heeft haar plek binnen de NEV gevonden.
Vandaag stond het afscheid van een ander bestuurslid van het eerste uur op de agenda. Ray, de webmaster, tevens penningmeester, stopt er mee. Nou, hij heeft zijn sporen verdiend; het opzetten van de website, opnemen en publiceren van interviews met lieden die iets interessants kunnen vertellen over de natuur in de vorm van podcasts en laatste product, natuurwandelingen met entomologische/ecologische toelichting, het is niet niks. We hebben hem daar dan ook collectief met nadruk voor bedankt.
Na afloop hebben we met een aantal mensen nog een excursie gedaan door het dal van de Renkumse beek, een sprengenbeek, dus door mensenhand aangelegd. Om te voorkomen dat het aangeboorde water direct wegzakt in de zandgrond is de beekloop destijds (17e-18e eeuw) voorzien van een leemlaag. Dat heb ik geweten; door het verminderd scherp gezicht vanwege de varioluxbril kon ik niet zo scherp recht voor m'n voeten zien en ik had zandgrond verwacht, net als elders op de Veluwe; dus gleed ik uit met m'n hand in de bramen en broek in de vuiligheid. Geeft niks. Was een gezellige onderneming en toen gauw naar huis naar het volgende programmaonderdeel: "Ein Deutsches Requiem" van Johannes Brahms.

22 november 2014

Vol zicht op Menno

Menno op de voorgrond en de imposante bariton
terwijl hij de schitterende aria laat horen
Inmiddels alweer 11 jaar geleden, 2003, het jaar dat mijn vader ziek werd en overleed heb ik het zelf mogen zingen; het buitengewoon indringende "Ein Deutsches Requiem" van Johannes Brahms. Destijds kwam het wel heel emotioneel bij me binnen met name daar waar de bariton zingt: "Herr, lehre doch mich, dasz ein Ende mit mir haben musz". Destijds had ik de eer en het genoegen deze aria te mogen zingen tijdens de repetities zodat het koor op tijd in kon leren zetten. Poeh, dat kwam binnen toen in de repetitietijd bleek dat mijn vader niet lang meer te leven had.
Daarna heb ik dit prachtige werk nog wel eens beluisterd via Youtube; niet erg vaak. Maar nu had Menno vW ons uitgenodigd om te komen luisteren naar een uitvoering van het Dudok ensemble waarin hij speelt en dat in de Jacobikerk te Utrecht een uitvoering zou verzorgen. Daar gaven wij graag gehoor aan.
We waren wat vroeg vanwege de dienstregeling van de bus; maar goed ook want om kwart voor acht liep het al behoorlijk vol. Bij binnenkomst liepen we nog een stel bekenden tegen het lijf. Toen we een plaats zochten hadden mensen enorme aantallen stoelen op aantrekkelijke plekken zogenaamd gereserveerd. Ik protesteerde daar hevig tegen zoals je van iemand met een rustig karakter mag verwachten. Het was dat Roos me terug trok anders was ik er gewoon gaan zitten.
We liepen nog verder naar voren en toen bleek dat de allervoorste rij onbezet maar ook ongereserveerd was. En daar namen wij plaats en naar bleek zaten we daardoor op nog geen 3 meter afstand van Menno, degene waarvoor we feitelijk gekomen waren. Dat is onzin natuurlijk want je komt voor de muziek.
En ai, wat was die muziek mooi. Ik merkte dat ik als in trance zat te luisteren. Als je een dergelijk stuk in het koor als zanger hoort dan hoor je eigenlijk maar de helft van de muziek; de solisten hoor je slecht omdat je tegen hun rug aan staat te luisteren; het orkest hoor je niet in balans omdat je tussen het overweldigend geluid van je medezangers staat. Maar nu, helemaal vooraan konden we iedere nuance horen. Koor en orkest moesten even op gang komen, maar toen klonk het allemaal krachtig en zuiver; de sopranen met hun heldere stemmen; schitterend!
Maar het mooiste waren toch de stukken met de solisten; daar klonk het eerst stoere: "Herr, lehre doch mich" van de stevig uitgevoerde bariton en daarna een stuk meer timide opnieuw deze strofe. Hij deed het zo mooi en dan die compositie met het koor als tegenstem en de guirlandes van toonreeksen uit het orkest; ik heb er zo van genoten. De sopraan, een frêle jonge vrouw, met een stevig, loupezuiver en emotioneel geluid tegen het orkest in; mensen kinderen, die "Traurigkeit" kwam binnen hoor.
Bij het laatste stuk kon je merken dat het koor vermoeid begon te raken; het is ook wel een heel zwaar stuk voor het koor; enorme dynamiek, lastige overgangen, het vergt nogal wat van de zangers.
Menno zat buitengewoon geconcentreerd te spelen; we hadden mooi zicht op zijn inspanningen en op zijn prachtig instrument met karakteristiek gebeeldhouwd uiteinde. Ik weet nog dat hij mij jaren geleden vertelde dat hij dat had laten beeldhouwen, naar ik meen een portret van een van zijn kinderen.
Na de laatste toon bleef het publiek gelukkig nog even stil, maar toen klonk dan ook het terechte klaterende applaus en kwam de, tegenwoordig obligate staande ovatie. Wij konden helemaal vooraan gewoon rustig blijven zitten. Het had ook wel iets dwaas in dit geval, want dirigent, solisten en het orkest stonden op het zelfde niveau als het publiek, dus kon niemand goed zien voor wie hij klapte.
We hebben Menno direct kunnen spreken natuurlijk; hij kwam op ons af en wij konden ons genoten plezier direct met hem delen.
Na afloop hebben we nog een lekker biertje gepakt in de stad; gezellig einde van een grappige dag waarin ik 'smorgens nog met een stel natuurliefhebbers oeverloos had zitten vergaderen en een excursie gemaakt door het Renkums beekdal.

21 november 2014

Nog meer koeienstront

Ergens volgend jaar wordt de melkquotering opgeheven; de boeren mogen dan zo veel melk produceren als ze maar kunnen is mijn vermoeden. Gisteren stapte ik op de bus bij de halte "Zwarte boer" in Leuvenum. Daar vlak achter is een boerderij, voorheen eigenlijk een boerderijtje, met een klein aantal koeien in een ligstal zo te zien, met wat klein grut als ganzen, eenden en konijnen in de voorweide.
Maar nu zag ik dat er een forse stal werd gebouwd op het erf; vast vooruitlopend op het loslaten van de quotering.
Nu produceren koeien naast melk ook altijd een forse hoeveelheid stront. Ik weet niet wat ik van deze ontwikkeling moet denken in ons kleine landje waar we nu al niet weten waar we met al die koeienstront heen moeten. Nog meer maisvelden? Het land wordt er niet fraaier van vrees ik. De nieuwe tijd, net wat u zegt!

20 november 2014

Het herstel van de Leuvenumse beek

Dit stukje pad vind ik altijd zo mooi. Moest nodig eens op
de Blog worden gezet, zeker nu in de herfst.
Vandaag weer eens mijn favorietje gewandeld: het Hulshorsterzand, de Leuvenumse beek en door naar restaurant "de Zwarte Boer" in Leuvenum. Je kunt daar om 14.49 en om 15.19 de bus nemen naar Harderwijk zodat ik op tijd, dus voor 16.00 uur kan inchecken.
De trein van 9.30 naar Nunspeet en onderweg gestudeerd op ons bridgesysteem. Een paar discussiepunten genoteerd. Het is gek, maar ik vind het bestuderen van het bridgesysteem ontzettend leuk, maar aan competitie spelen heb ik een broertje dood. En ook aan iedere week verplicht moeten spelen.
In Nunspeet aangekomen heb ik er stevig de pas in gezet want ik wilde niet alleen op tijd de bus in Leuvenum halen maar ook bij de Zwarte Boer brood met kroket gaan eten. Die kroketten waren daar vroeger zo legendarisch lekker, dat ik wel eens wilde kijken of de nieuwe eigenaar die kwaliteit ook serveerde. Dat zou overigens tegenvallen; de gelegenheid is er misschien wel aangenamer en in ieder geval moderner op geworden, maar de kroketten waren lekker, maar niet zo lekker als "vroeger".
Heerlijk om weer over het Hulshorster zand te lopen. Natuurlijk weer een paar steentjes meegenomen voor een volgende vakantie; ik laat altijd (als ik er aan denk tenminste) een zwart en een wit steentje van het Hulshorster zand achter op de plekken waar we met vakantie heen gaan.
Even verderop het eenzame huis met de boom met het enorme gezwel; doet hem kennelijk niets want hij heeft dat gezwel al zo lang ik hier kom en dat is zo'n dertig jaar inmiddels. En dan het tweede deel van het Zand met het merkwaardige apparaat waar je een muntje kunt slaan middenop het zand; een kunstwerk aldus de info. Even op het bankje gezeten en een stuk taai taai gegeten dat ik had meegenomen.
Het grondwater staat veel hoger dan voor het herstel
van de originele beekloop. Hier staat een deel van
het bos onder water.
En dan verder en langs de Leuvenumse beek. Natuurmonumenten heeft de laatste jaren de voorheen kaarsrechte gekanaliseerde en van een stuw voorziene beek onder handen genomen. Oude bochten zijn hersteld, er is zand aangevoerd om de beek hier en daar ondieper te maken, de rechte stukken zijn afgedamd en de stuw is verwijderd. Het effect is overduidelijk; de beek staat stukken hoger dan vroeger, het grondwater is gestegen; hier en daar staan grote stukken bos onder water. Een prachtig resultaat dus. Als Natuurmonumenten nu nog de moed kan opbrengen om grote stukken bos te kappen zou ik het helemaal prachtig vinden.
Bij de beek stond een ouder echtpaar en ik merkte op dat het zo mooi was geworden. Zij vonden het helemaal niet mooi en vonden het "vroeger" mooier. Wel vroegen ze mij of het nuttig was, hetgeen ik volmondig beaamde; het grondwater, vissen, insecten, vogels noem maar op, het zal ongetwijfeld allemaal verbeteren. Zal nog wel even duren, maar het begin is er.
Ruim op tijd kwam ik in de buurt van Leuvenum; heb nog even op een bank met fraai uitzicht gezeten om nog wat in Bryson te lezen en toen op naar de kroketten.

19 november 2014

... wou dat ik dat ook durfde

Vandaag weer met Korneel een etappe gelopen van het Friese Woudenpad en wel de laatste etappe die werkelijk door Friesland loopt; door de wouden is teveel gezegd. Het laatste stuk ging door Drenthe en in die laatste kilometers hebben we meer bos, heide en zelfs een vennetje gezien dan in alle etappes tot dusver, misschien met uitzondering van de omgeving van Beetsterzwaag. Neemt niet weg dat ik de kennismaking met het Friese landschap alleszins de moeite waard vond, net als die stukken van het Zuiderzeepad door Friesland.
Maar voordat we Friesland verlieten liepen we van Nijeberkoop door de weilanden en langs houtopslag over zandpaden en smalle schelpenfietspaadjes; op een zandpad kwamen we een prachtige paard en wagenstel tegen; Korneel vroeg of we een foto mochten nemen hetgeen de koetsier graag toestond; hij was terecht trots op zijn paard.
En zo liepen we verder, al koutend en wat al dies meer wat je zo als wandelaar met de omgeving uitwisselt, maar in een landelijke omgeving is dat alleszins gepermiteerd. Ik had namelijk weer stevig in de bonen gehapt en zelfs als ontbijt 'smorgens bonen gegeten.
Wij verlaten Friesland. Zie grenspaal.
Wat Korneel en mij toch primair bindt is onze liefde voor het wandelen in combinatie met onze genoeglijke herinneringen aan de militaire dienst, die Korneel beroepshalve vervuld heeft en ik slechts twee maanden feitelijk, maar waar ik wel met erg veel genoegen aan terug denk. Het is grappig hoe dit thema telkens weer opduikt in onze gedachtenwisseling. Zo sprak ik over mijn merkwaardige activiteit als officier van kazernepiket in een kazerne waar ik heg noch steg kende en ook geen instructie had gekregen. Op een keer had ik met een drietal soldaten de vlag gehesen en kennelijk niet hoog genoeg waarop de kazernecommandant mij vroeg waarom de vlag halfstok hing. Wat een bizarre wereld was dat voor mij als nauwelijks opgeleid vaandrig.
Maar al bonen-trompetterend liepen wij verder: "hier buiten is veel meer ruimte", was ons beider devies. Korneel vertelde in dit kader over een gebeurtenis in Libanon waar hij destijds actieve dienst deed binnen de vredesmacht. In die tijd was lang niet iedereen gewend aan het olijfolierijke, van specerijen en knoflook voorziene voedsel aldaar, met alle gevolgen van dien; niet echte diarrhea maar voorzichtigheid was geboden. Korneel had daar geen last meer van en blies 'smorgens zijn ochtendreveille, waarop zijn maat die nog gestrekt lag op het veldbed zei: "ik wou dat ik dat ook durfde". Terwijl ik dit schrijf zit ik nog te hikken van het lachen; wat een verhaal, maar wel toepasselijk. Mijn vader zou zeggen: "wie niet beter weet, lacht om een scheet", en ja, hij heeft ongetwijfeld gelijk, "I'm a vulgar guy", om maar eens de film "Amadeus" te citeren.

18 november 2014

Wat muziek met je doet?!

Johannes Brahms
Het overkomt me niet wekelijks, zelfs niet jaarlijks maar heel af en toe luister ik naar muziek die me op de een of andere, mij duistere manier zodanig raakt dat de tranen me over de wangen lopen. Niet dat ik er dan droef van word, want de tranen komen heel spontaan. De Altrapsodie van Brahms deed de tranenvloed eigenlijk altijd stromen als ik ernaar luisterde, onafhankelijk van de zangeres. Ik dacht in het begin dat het kwam door mijn gevoelens naar de jong overleden (in 1953) alt Kathleen Ferrier; haar stem herkende ik als klein kind al direct op de radio en heb ik eigenlijk altijd zeer gewaardeerd. Pas de laatste tijd begin ik mijn mening wat te nuanceren en realiseer ik me dat er veel betere uitvoeringen zijn van de liederen die zij ook ten gehore heeft gebracht. Maar een pracht stem blijft het!
Maar het gebeurde me ook een keer bij het beluisteren van een hobo intro bij een cantate van Bach; ik weet niet eens meer welk BWV nummer het was, maar kom hem vast wel weer een keer tegen. Het verbaasde me destijds ontzettend; gewoon bij instrumentale muziek met terts intervallen; ik kan de melodie nog zo voorzingen.
Ik zou graag willen weten wat er op dit gebied door groter geesten dan ikzelf is bedacht in het kader van de emotionaliteit van muziek. De psychologie van het muziek ervaren.
Van Sjoerd kreeg ik een titel: "The music Instinct" van de hand van Philip Ball. Maar eens kijken of ik het kan bemachtigen.
Foto gecopieerd van wikimedia

17 november 2014

Bill Bryson

Een ontzettend leuk leesadvies kreeg ik van Cyria: "A short history of nearly everything", van de hand van Bill Bryson. Het bevat werkelijk alles waar ik in mijn ruim 60 levensjaren in geïnteresseerd ben geweest; van de ontwikkelingen rond de atoomtheorie, de platentectoniek, de catastrofetheorie, de algemene relativiteitstheorie, astronomie, fysica en noem maar op. En hij doorspekt het met anecdotes en heeft vaak zulke rake beschrijvingen zoals "het belangrijkste wetenschappelijke artikel ooit dat onontdekt is gebleven", hoe komt hij er op. En hij schetst hoe het veld van de wetenschappers door zonderlingen was en ongetwijfeld nog is gestoffeerd, zoals lord Cavendish die zo verlegen was dat je niet eens direct het woord tot hem kon richten. Toen een bewonderaar zijn adoratie op de drempel van de lords' huis naar hem uitsprak vluchtte hij zijn tuin in om zich een dag niet meer te laten zien. Maar Bill beschrijft ook een hufter die allerlei bevindingen van anderen naar zich toe wist te trekken. En bovenal de uitvinder van tetra-ethyl lood, maar ook van de CFK's die zich ongetwijfeld als de grootste vervuiler op wetenschappelijk gebied had mogen betitelen. Het is een absolute aanrader voor degenen die geïnteresseerd zijn in de roddel van de wetenschap en ondertussen die zelfde wetenschap nog een keertje lichtvoetig gepresenteerd willen krijgen.

16 november 2014

Zwanenzang en dans in Leeuwarden

Igor in zwanenhouding
Vandaag zijn Roos en ik naar een recital geweest van Vrienden van het Lied in Leeuwarden. Igor Bogaert, bariton en zijn begeleider Jan Willem Nelleke aan de piano verzorgden een programma met Schwanengesang van Schubert, de serenade uit Liederen en dansen van de dood van Moussorgski en verder liederen van Ibert, Barber, Hahn en Fauré. En, hou je vast, een wereldpremière van een lied, gecomponeerd door de pianist zelve, een heuse Nelleke dus. Het waren deels liederen die iets te maken hadden met zwanen; leuk en verrassend thema.
'sMorgens had ik de cyclus van Moussorgski beluisterd via Youtube; prachtige indringende liederen waar een zware mannenstem zo goed in tot zijn recht komt; echt Russisch.
Om 12.00 uur met de trein naar Leeuwarden. Roos had via een aanbieding 2 supplementkaartjes 1e klas gekocht zodat we heel relaxed konden reizen; voor mij ouderwets plezierig want in mijn werkzaam leven reisde ik altijd 1e klas. Eenmaal aangekomen in Leeuwarden konden we het niet zo heel gemakkelijk bereiken; we kwamen nipt om 14.56 bij het adres, enigszins verregend. Ik was verkouden maar tijdens het concert had ik gelukkig geen neiging tot hoesten.
Eerst 7 liederen van Schwanengesang; deze heb ik vroeger voor een deel ook met Roos uitgevoerd waarbij zij natuurlijk zong en ik haar op de piano begeleidde. Heerlijk om die muziek weer te horen; als vanzelf deden mijn vingers mee met de begeleiding.
En vervolgens de serenade van Moussorgski; Igor, hij heeft natuurlijk zijn naam mee leek geknipt voor deze muziek; dynamisch en bewogen bracht hij het lied ten uitvoer.
Vervolgens twee Don Quichotte liederen van Ibert. Tijdens de pauze zagen we eigenlijk pas hoe goed het concert werd bezocht. Had Aat Klompenhouwer, voorzitter van de VvhL aangegeven dat sommige regionale concerten door wel erg weinig mensen werden bezocht dan was daar in Leeuwarden geen sprake van. Roos en ik konden op vrijwel de laatste plaatsen gaan zitten omdat we zo laat binnen kwamen; de prachtige grote kamer en suite met vleugel was geheel gevuld met muisstil publiek. Na een kopje koffie ging het programma verder met opnieuw Schwanengesang. Onwillekeurig moest ik aan vorige week zaterdag denken toen Roos en ik naar het Zwanenmeer van Tsjaikovski waren wezen kijken en luisteren, het prachtige ballet met een bewerking van choreograaf von Dantzig. Allemaal behoorlijk zwanig de laatste tijd, nu ook al in de muziek.
Terwijl ik zat te luisteren probeerde ik de tekst te volgen via het programma en realiseerde me dat ik dit antieke Duits eigenlijk niet echt begreep. Zelfs ons lievelingslied: "Aufenthalt" heb ik tekstueel nooit begrepen. Ik haalde de sfeer van een lied vrijwel geheel uit de begeleidingsmuziek en dat klopte eigenlijk vrijwel altijd met de tekst; dat kenmerkt die fantastische liedcomponisten als Schubert, Schumann en Mozart waar wij destijds veel van hebben gedaan. Maar dit ter zijde.
Ik genoot opnieuw van de Schubert liederen maar ook van Barber, Fauré en Hahn met drie liederen over le Cygne, de zwaan.
Roos in gesprek met Jan Willem Nelleke
En toen de wereldpremière van het lied: "Ik heb de zwaan benijd", van de hand van Jan Willem Nelleke. Mooie pianistische inleiding, golvende muziek, duidelijk een zwaan die op het water dobbert. Igor haalde er zelfs een woordenboek bij om dit dobberen te illustreren met feitelijkheid. Hij zong het lied uit en ging fladderend als een weinig sierlijke zwaan de deur uit. De muziek liet toen enkele maten Tsjaikovski uit het Zwanenmeer horen. Ik moest verschrikkelijk lachen om dit komisch einde van een toch wel ernstig programma. Moussorgski's lied was nogal zwaarmoedig en dat zelfde geldt natuurlijk voor de laatste liederen als "Die Doppelgänger" van Schuberts' Schwanengesang. Geestig.
Na het applaus kwam als toegift "Die Taubenpost", het lied uit Schwanengesang dat was overgeslagen. Daarmee was de cyclus toch compleet.
Na afloop een gezellige nazit met borrel en heerlijke quiches. We hebben uitvoerig gesproken met zanger en begeleider. Igor was zelfs bereid om voor de foto nogmaals te poseren in zijn "elegante" zwanenhouding. Ook spraken we nog met de organisatoren over de grote opkomst hier in Leeuwarden.
Tevreden liepen we naar het station; waren we eerst van plan om in de stad nog een hapje te gaan eten daar hebben we uiteindelijk van afgezien vanwege de heerlijk quiches die we achter de kiesjes hadden. Waren we toch nog een beetje bijtijds thuis. Ik snotterde ontzettend en vond het ook wel best zo.



15 november 2014

De moeraswerkgroep

Vandaag zat ik weer in het gebouw van Naturalis, net als vorige week bij de NEV vergadering. Nu ging het om een moerassymposium, georganiseerd door de moeraswerkgroep van de KNNV. Ab had me hier opmerkzaam op gemaakt en het was tegen betaling ook toegankelijk voor niet-leden. En daar zaten we op de voorste rij.
Leuk zo'n dag tussen al die mensen die ook zo gek zijn op de natuur. Of het nu insectenliefhebbers, vogelliefhebbers of landschapbeheerders zijn, het is altijd plezierig volk en de baarden zijn oververtegenwoordigd. Ik zeg wel eens gekscherend: "mijn habitat is tussen die baarden". Dochter Joke vindt het ook altijd zo grappig die aardige mannen met baarden, kortom biologen, net als zij.
Feitelijk ben ik ook een halve bioloog, biochemicus nietwaar en ik voel me sterk aangetrokken tot de natuur ook al heb ik van geen enkel onderdeel erg veel verstand.
Het ging nu over een heel oud nederlands landschapstype dat door toedoen van de mens vrijwel verdwenen is; veengebieden, de moerassen. Eigenlijk ging het over alle wetlands die we in NL kennen.
Enkele decennia geleden had ik bij ons in de buurt gezien dat er in het gebied naast het Tienhovenskanaal gegraven werd. Niet zo zachtzinnig, maar met grote machines werden sloten vergraven en veen weggegraven. Het was ons een raadsel wat er zou gaan gebeuren in dit Westbroekse gebied.
En vandaag bleek dat dit het startschot was geweest voor het ontstaan van de moeraswerkgroep van de KNNV, nu 20 jaar geleden, vandaar dit jubileumsymposium. Het ging om de aanleg van de Westbroekse zodden, de "achtertuin" von ons, ik geloof zelfs dat het bij onze gemeente hoort, maar dat terzijde. Ik wandel er regelmatig en ben onder de indruk hoe snel hier fraaie natuur is ontstaan door toedoen van SBB! Er broeden zwarte sterns, je ziet er lepelaars en allerlei andere vogels. Ik vind het een prachtplek.
De lezingencyclus was "pretty tough"; ik vond het een hele klus om het enigszins te vatten. Veel afkortingen en vaktermen. Enkele sprekers met didactische vaardigheden wisten me toch wel duidelijk te maken dat de interpretatie van resultaten van metingen nog niet zo eenvoudig is en dat de oorzaak van bevindingen niet altijd voor de hand ligt.
Al met al heb ik begrepen dat de waterkwaliteit in NL enorm is verbeterd in de afgelopen 25 jaar, maar dat vooral de fosfaat concentratie nog veel te hoog is. Voor veenvorming is dat ongewenst. Alleen in de Weerribben zijn de omstandigheden optimaal.
Maaibeheer zoals wij doen met de werkgroep Kwadijkse Vlot is in ieder geval een van alle kanten geadviseerde werkwijze. Door dergelijk beheer ontstaat er een zeer dichte mat van rietwortels tot twee meter diep die het vervuilde boezemwater tegen kan houden aldus één va de sprekers. Daardoor kunnen er heel onverwacht bijzondere habitattypes ontstaan middenin sterk vervuild boezemwater. Magisch verhaal. Ik heb genoten hoewel ik na de lunch moeite had om m'n ogen open te houden.

14 november 2014

Open Biltse bridgekampioenschap

Ja ja, ik heb weer eens meegedaan met bridgen. Had het bijna een half jaar niet gedaan; geen kaart aangeraakt. Roos had me enkele manden geleden gevraagd of ik mee wilde doen aan dit toernooitje dat door ons bekenden zou worden georganiseerd. We doen hier wel vaker aan mee. Na enige aarzeling had ik ingestemd; ik ben niet zo competitief, maar vooruit.
'sMiddags was ik maar in ons systeem gedoken; zowel het rode boekje van Chris Niemeijer als de site die we voor onszelf hebben geconstrueerd heb ik doorgenomen. En dat vervulde me eigenlijk wel met trots en genoegen: "wat een mooi systeem hebben we toch", dacht ik. En eerlijk gezegd heb ik wel zin om dat verder uit te werken en ook grondig te bestuderen; ik heb alleen geen zin meer om wekelijks te moeten spelen. Maar goed, deze avond moest ik eraan geloven en was best een beetje gespannen; zou het nog gaan?
Het weerzien met al die mensen die ik natuurlijk goed heb gekend in al die drie bridgeclubs waar we lid van zijn geweest was hartelijk. Men had best begrip voor het feit dat ik niet meer zo'n zin in had; men vond het leuk dat ik weer van de partij was. En toen aan tafel.
Het eerste spel begon alweer goed maar niet heus. Ik moest 1 SA spelen en ging drie down; idiote verdeling met een geheel lekke kleur die direct door de tegenstander was gevonden. De rest ging eigenlijk best aardig en we eindigden heel aardig zo rond de 45 % geloof ik terwijl we in de bovenste lijn hadden gespeeld, dus met de sterkste tegenstanders (net als vroeger, want we waren best goed!).
Ik had een heerlijke avond gehad; vond het heel gezellig. We gaan maar eens zo af en toe een weekendje bridgen met Bonaparte of met Dekker bridge. En zomerbridge hier in de Bilt. Ondertussen ga ik lekker studeren en de site bijwerken. Tenslotte blijf ik een echte theoreet.

13 november 2014

Voorkomen is toch beter?

Een oud gezegde luidt: "voorkomen is beter dan genezen". Met nadruk zeg ik oud, want ik heb niet de indruk dat dit gezegde nog begrepen althans toegepast wordt. Het is toch zo langzamerhand wel bekend wat goed voor je is en wat je maar beter kunt laten. Maar als je gewoon om je heen kijkt dan zie je dat dit vaak aan dovemans oren is gericht.
Hoewel de berichten anders luiden heb ik de indruk dat erg veel mensen en met name jonge mensen roken. En daarvan is toch inmiddels wel onomstotelijk bewezen dat het bijzonder ongezond is. Lichaamsbeweging is ook zo'n item. Natuurlijk heb je de enorme toename van fitnessinstituten waar men inpandig en met behulp van allerlei instrumentaria aan het bewegen slaat. Maar in de dagelijkse praktijk maakt normaal fietsen steeds meer plaats voor elektrisch fietsen of die ergerlijke, stinkende tweetakt snorscooters. De roltrap heeft ook de voorkeur van de meeste mensen boven de trap.
Je ziet ook steeds meer oproepen om vooral maar te geven aan allerlei stichtingen die onderzoek doen naar allerlei akelige ziekten zoals kanker en dan wordt bedoeld aan de bestrijding van kanker. Daarbij krijg ik altijd sterk het gevoel dat er aan de verkeerde kant wordt onderzocht: aan de behandelingskant en niet aan de preventieve kant: verandering van levensstijl. Is natuurlijk wel veel heroïscher.
Nu geef ik toe dat kennis aan de preventiekant nauwelijks, althans niet bij de meesten leidt tot gedragsverandering. Gezond eten, veel bewegen, niet roken, de adviezen worden in de wind geslagen. Waarom doen we daar niks aan; is veel goedkoper en misschien wel effectiever. Het zit me zo dwars dat ik er al menig bloggie aan gewijd heb. Neem me maar niet kwalijk.
Mijn gezeur komt voort uit het gevoel dat er steeds meer akelige ziekten om me heen voorkomen en dan denk ik aan darmkanker, aan longkanker, ook bij niet rokers (hoe komt dat?!) maar ook hersentumoren en autoimmuniteit. Hoe komt dat? Welke moderne factoren veroorzaken dit? Toevoegingen aan het voedsel? Vervuiling van de lucht? Moderne bestrijdingsmiddelen? Straling van al die ielepieleapparaatjes? Nou ja, ik houd erover op, maar dat zit me dwars.

12 november 2014

Is het nou nooit genoeg?

Vandaag kreeg ik tot mijn grote verbazing een bedelbrief van het UMC?! u leest het goed, het Universitair Medisch Centrum. Ik moet bekennen dat ik er nog niet helemaal van overtuigd ben dat het geen oplichterij is en dat het bijbehorend banknr. niets met het UMC van doen heeft, maar het ziet er allemaal wel heel echt en overtuigend uit. De hooggeleerde Chrit Moonen, hoogleraar beeldgestuurde moleculaire interventies (ik heb toch lang op school gezeten maar ik kan me bij beeldgestuurde moleculaire interventies net zo min iets voorstellen als bij moleculair koken?!) wil onderzoeksgeld. Neemt niet weg dat het een therapie betreft die nog in de kinderschoenen staat kennelijk en nog niet mag worden toegepast: "onderzoek is noodzakelijk om deze behandeling bij de patiënt te krijgen". Mneer Moonen wil gewoon onderzoeksgeld voor zijn onderzoeksgroep, daar komt het op neer.
Ik werd nijdig toen ik het las; is de zorg niet al duur genoeg; betalen we niet genoeg; er gaat ruim 10% van het BNP in de zorg zitten en waarschijnlijk nog veel meer. En dan nog meer vragen; ik peins er niet over en vind het gewoon schandalig.
Laten we eens meer aan preventie doen door gezonder te leven en geef daar voorlichting over; is een stuk goedkoper en levert meer op aan gezondheidswinst.

11 november 2014

Dag opa

Gijs voor het eerst naar school.
Foto gepikt van de Fb pagina
van vader Walter
Eigenlijk schaamde ik me een beetje, zo lang was ik niet bij dochter en kleinkinderen geweest. Eerst maar een bakje aardbeien gehaald bij groentenman Mike en thuis nog even schoongemaakt; dochter Arja heeft het al druk zat. En toen naar den Haag; gedonder met de trein zodat ik veel te laat naar mijn zin aankwam. Ik was zo benieuwd hoe de kleine Evi zich had ontwikkeld in die tusentijd en of ze misschien bang voor me was omdat ze me zo lang niet had gezien. Maar nee hoor, ik belde aan, de deur ging open en daar stonden ze: "Dag opa", zei Evi tot mijn ontroering; klein droppie en me al zo herkennen; om op te vreten. En natuurlijk de grote Gijs; morgen moet hij voor het eerst naar school; hij wordt al echt groot. Als je zo lang niet bent geweest zie je de ontwikkeling in grote sprongen. Hij was ontzettend veel beter gaan praten kon ik vaststellen.
De aardbeitjes werden verdeeld ook over de andere kleintjes die Arja in het kader van haar gastoudergezin over de vloer heeft; ze zaten met z'n allen te smullen. De volgende keer zal ik twee bakjes schoonmaken, Arja vindt ze ook lekker zag ik; leuk hoor. En dan met het hele spul aan tafel. Ik had een boterham van huis meegenomen, dan heeft Arja daar in ieder geval geen omkijken naar, hoewel in die drukte een ouwe vader wel valt in te passen geloof ik. Ik ben wel trots op haar hoor; ze is alweer 4 maanden zwanger en dan al die activiteit!
Gijs heeft een toren gebouwd
Gijs moest natuurlijk uitgebreid en met woeste sprongen boerenpaard doen bij mij op schoot. De rest ging naar bed, maar kwam er eigenlijk snel weer uit. Maar in die tussentijd hadden Arja en ik gezellig op de bank gezeten terwijl Gijs terecht om aandacht vroeg; hoort erbij. Walter had vergadering gehad en was vroeg thuis dus hem heb ik ook nog gezien en gesproken; hij was zondag net 30 geworden.
En toen op naar het volgende onderdeel van de dag; het Slow Food diner in de Groote Industriële Club, de Olie B. Bommel sociëteit zoals ik hem noem, op de dam van Amsterdam; heel wat anders: verplicht met stropdas en jasje; social talk i.p.v. damespaard, Verdraaid leuke overgang
Het diner was weer gezellig; mijn tafeldame, een lerares Frans vertelde van alles over de ontwikkelingen in Amsterdam en zo meer. Tussen de gangen door was er een lezing over de vervuiling van ons milieu met plastic in alle gedaanten, tot microbeads aan toe. Ik weet hier al 20 jaar van en je kunt het als weldenkend mens natuurlijk ook zelf wel bedenken dat deze onafbreekbare stoffen een tijdbom in de biosfeer vormen, net als de kooldioxide en andere rotzooi die de mensheid als "noodzakelijk" afval beschouwen. Ik merk dat je daar met het ouder worden toch anders om bekommert dan in jonger jaren.
Uitgevloerd zat ik in de trein en rolde ik in m'n bed. Werd pas om 8.15 uur wakker.

10 november 2014

Een schaap gered!

Cyria helpt het schaap op de poten met de handen uit de
mouwen maar in de schapenstront
Als kind hoorde ik al van mijn vader dat een schaap kon sterven als het op z'n rug bleef liggen; het kan zich dan soms niet meer terugrollen. Eén keer heb ik dat meegemaakt, jaren geleden, maar met mijn nadering begon het schaap zo verschrikkelijk te spartelen dat het snel weer uit zichzelf letterlijk op de pootjes terecht kwam. Maar vandaag, tijdens de wandeling van de eerste etappe van het Trekvogelpad met Cyria zagen we in het weiland een schaap op z'n rug: "ach kijk, een dood schaap" zei Cyrai met kennersblik; zij is veterinair. We liepen er naar toe en zagen van dichtbij dat het beest in ieder geval zijn oren nog kon bewegen en zelfs de kop enigszins optilde; dus niet echt dood, hooguit een beetje dood; er was nog hoop. Het lag op de rug, in een greppel en had zich geworsteld in de eigen stront. "Zullen we hem omdraaien?", stelde Cyria voor. E zo gezegd zo gedaan; Cyria pakte hem (het bleek een jonge ram te zijn zoals Cyria met kennersblik vaststelde; ik dacht dat het enorme scrotum een uier was?!) zonder aarzeling bij z'n ondergescheten achterkant (daar moet je toch wel dierenarts voor zijn hoor) en ik bij de schone wol van z'n schouders en zo zetten we hem neer. Het beest leek niet meer in staat om voort te leven; hield zich niet meer rechtop, kukelde steeds weer om, maar onversaagd zette Cyria hem in haar uppie of wij in gezamenlijkheid weer op de poten. Ondertussen bleek het primaat van het leven nog duidelijk in het dier aanwezig te zijn: hij begon te vreten: "hij is in ieder geval nog levenslustig", stelde ik overbodigheidshalve vast. Overigens had hij geen enkele vluchtneiging zoals schapen altijd hebben.
Zwarte ooievaar in de vlucht en uitgesneden van
een foto. Eerder goed in beeld gehad (met de Swarovski!)
voor een adequate determinatie
"Misschien slapen z'n poten door de slechte circulatie", poneerde ik voorzichtig als ondeskundige. Dat was vast een beetje waar want hij bleef steeds beter op de poten. Voorzichtig en onbeholpen begon hij zich enigszins voort te bewegen, eerst nog struikelend, maar allengs beter tot hij uiteindelijk rustig wegkuierde.
"Daar ben ik nou dierenarts voor geworden", zei Cyria terecht met duidelijke beroepstrots, terwijl haar handen ontzettend naar de schapenstront roken. Wanneer ze gedurende de verdere wandeling gesticuleerde kringelde de strontlucht zeer manifest in m'n neus. We moesten daar smakelijk om lachen
We liepen verder en zagen verderop als beloning een zwarte ooievaar; een bijzonderheid voor de lage landen. We kenden hem beiden slechts van Lesbos waar we elkaar tijdens de vogelreis van SNP hebben leren kennen.
Overigens is de etappe van Bergen aan Zee naar Alkmaar ontzettend mooi; door het duingebied maar ook door de velden van Noord Holland; over bruggetjes en dijkjes. Echt de moeite waard en het was vandaag nog schitterend weer ook; dat was met het redden van het schaap, het zien van de zwarte ooievaar toch wel het derde grote genoegen van deze gezellige wandeldag.

09 november 2014

Maria Fiselier in de Zeven Linden

Maria Fiselier en Peter Nilsson
Hedenmorgen, in het programma van Radio 4 vanuit het concertgebouw hadden we haar al gehoord; we hadden haar ook al eerder gezien bij een optreden van “de Vrienden”, oftewel de Vereniging Vrienden van het Lied, de VvhL; Maria Fiselier, mezzo-sopraan, een inmiddels aangestormd talent. Nu zong zij in onze eigen regio, de regio Utrecht. Daarvoor wordt meestal gebruik gemaakt van de leuke, intieme lokatie de Zeven Linden aan de Lagenoord te Utrecht.
Met haar begeleider Peter Nilsson onthaalde ze het tot de laatste plaats bezette zaaltje met liefhebbers op een prachtig concert. Vol dynamiek en met een voortreffelijke dictie vertolkte zij de Wesendonck liederen van Wagner. Roos zat er bij te snotteren zo emotioneel kwam het bij haar binnen. Ik genoot er van; met name “das Treibhaus” spreekt mij zo aan en Maria vertolkte het zo mooi. Zij zette het programma voort met liederen van Debussy; ook het Frans kwam er zo precies uitgesproken uit; knap hoor.
Na de pauze zetten zij ons een Engels programma voor, duidelijk een voorkeur van Peter die een introductie gaf. Twee componisten die getekend zijn door de eerste wereldoorlog; een van hen had een gasaanval overleefd. In de indringende tekst en de navrante begeleiding kon je de ellende horen.
Tot slot, ze kan het niet laten, een hele vrolijke noot; cabaretteske liederen van Britten en “Black Max”. Was nodig na de oorlogsellende.
Maria is niet slechts een voortreffelijk zangeres maar ook een getalenteerde toneelspeelster; haar mimiek en haar enorme stem maken haar geknipt voor de opera.
Na afloop spraken we nog uitgebreid met zangeres en begeleider; dat is nu juist een van de leuke aspecten van de concerten van “de Vrienden”. Ze waren trots op hun pas uitgebrachte debuut CD. Natuurlijk hadden we er eentje gekocht en met zichtbaar genoegen zetten Maria en Peter hun handtekening op de hoes.

08 november 2014

Een club van collectionisten

De NEV in vergadering bijeen
Het was vanmorgen al prachtig weer; echt weer om in de natuur te gaan werken en eigenlijk had ik dat ook moeten doen want de werkgroep Kwadijkse Vlot ruimt riet op de tweede zaterdag van de maand. Echter, ook de NEV vergaderde vandaag en doet dat ook op de tweede zaterdag. En zo zat ik vrijwel de hele dag binnen in luisterstand voor heel interessante lezingen over de stand van zaken m.b.t. het samenvoegen van de collecties van verschillende instituten bij Naturalis en de overdracht van de NEV bibliotheek naar Naturalis. Maar natuurlijk ook inhoudelijke lezingen over insecten.
Een heel bijzondere lezing betrof de "ouderdom" van een bepaalde klasse van insecten, de langpootmuggen. Allereerst al het feit dat je op basis van vleugeltekening van fossielen van tientallen miljoenen, ja u leest het goed, miljoenen jaren oude fossielen kunt classificeren, kunt uitmaken welke (onder)soort het betreft. En dan het uiteenrafelen, het benoemen, kortom het eindeloos nadenken over hoe de evolutie heeft plaatsgevonden. Ik snapte weinig van het verhaal waarin ik zeker vijf mij onbekende woorden vernam, maar was getroffen door het aanschouwen van dit zuiver onderzoekswerk, zonder die bijsmaak van "nieuw middel tegen kanker" of andere zogenaamde maatschappelijke relevantie. Zo zat de wetenschap er "mijn tijd" helemaal bij; zuiver wetenschappelijk onderzoek; kom daar tegenwoordig nog maar eens om.
We kregen ook een kijkje in de nieuwe samengevoegde collectie, bestaande uit 85.000 "laden", opgetast in enorme rijen kasten, gesorteerd en beschikbaar voor wetenschappelijk onderzoek. Om daar orde in te brengen en te houden is voor iemand met mijn karakter een nachtmerrie. Dat gold ook voor de overdracht van de NEV bibliotheek, met 5000 dozen met elk 0,5 meter leesvoer, uiteenlopend van tijdschriften tot antieke handboeken, verzameld in de bijna 200 jaar die de vereniging bestaat. Het is de op 1 na meest uitgebreide entomologische bibliotheek ter wereld. Maar 2,5 kilometer op papier opgeslagen informatie; dat duizelt mij! Ik dacht alleen maar: "hoe ruim je dat op", maar blij van zin ging men er mee aan de slag; fantastisch.
Overigens ontstaat mede hierdoor en de samenvoeging van meerdere bibliotheken van natuurhistorische waarde een hoeveelheid materiaal dat inmiddels 100 kilometer beslaat en dat terwijl er 30 kilometer aan doublures is "gedeselecteerd", een ander woord voor "dubbelen eruit halen" in bibliotheektermen. Dat is overigens de enige vorm van ordening die ik privé graag hanteer en noem het dan opruimen of beter gezegd, wegdoen. Maar goed dat niet iedereen zo'n karakter heeft als ik.
Na afloop gezellig geborreld en met deze en gene staan praten over conservering van voedsel voor de larven door zijdebijen en biologische landbouw.
En vervolgens naar het volgende programmaonderdeel voor vandaag: "Het Zwanenmeer", het onovertroffen ballet van Tsjaikovski. Allemachtig, wat heb ik er weer van genoten met die lieve Roos die voor kaarten had gezorgd. Die muziek raakt me zo diep en de emotiën die in het natuurlijk weer volstrekt irreële verhaal spelen vormen met de muziek zo'n eenheid dat ik voortdurend een brok in m'n keel kreeg en zelfs af en toe de tranen moest bedwingen: rare ouwe emotionele vent. Het is een virtuoos ballet, maar het is toch vooral de muziek die me zo diep raakt merkte ik; een schitterend, zij het vluchtig kunstwerk, inmiddels alweer 135 jaar oud.
Gek om dan weer in de overvolle metro, de Intercity naar Utrecht en de laatste trein naar Bilthoven naar huis te fietsen. We hebben er nog maar een wijntje op genomen en heerlijk geslapen.

07 november 2014

Met het pontje over

Kerkhof van Spanga met klokkenstoel
Vroeg op pad; al om 9.10 uur stapte ik uit in Ossenzijl om de volgende etappe van het Zuiderzeepad te gaan lopen. Het zou droog weer worden, niet erg warm, maar dat geeft niet. Nu had ik de GPS wel goed geïnstalleerd zodat de wandeling van een leien dakje ging.
Het Friese landschap is zo volmaakt anders dan andere omgevingen; veel waterpartijen, riet in overvloed (Ab zou er een nachtmerrie van kunnen krijgen als hij droomt dat hij dit allemaal zou moeten maaien?!) en nauwelijks bomen. Het waaide stevig; zo te voelen een Zuid-Oosten wind; lekker in de rug op het grootste deel van het traject.
Fraai landschap met wonderlijke naam: Rottige Meente
De etappe door de Rottige Meente was schitterend; een nat natuurgebied met veel riet; hier en daar (vakantie?)huisjes; zagen er sprookjesachtig uit, maar er was geen mens te bekennen; te koud waarschijnlijk. Het laatste stuk liep door smalle rietpartijen met aan beide zijden water en langs een breed water. Dat laatste moest ik volgens de GPS ergens oversteken, maar al wat ik zag, geen brug. En toen sloeg de schrik mij om het hart; er stond een waarschuwingsbord voor de schepen: een pontje. 
Pontje met handbediening
“Dat vaart natuurlijk niet”, was mijn eerste gedachte; er was geen mens te bekennen. Maar het was een handbediend pontje dat je met een lier zelf kon bedienen. Eerst haalde ik hem naar de goede kant; een forse inspanning; ik stond ervan te hijgen. Eerst maar een boterham gegeten en wat water gedronken en toen rustig, met de wind in de rug over gevaren. Zo, dat varkentje was gewassen. Het laatste stuk naar de bushalte liep vlotjes en ik haalde prachtig de bus van 14.18 uur zodat ik om 15.01 vanuit Heerenveen de Intercity naar Utrecht kon nemen. Nog even een saunaatje als afsluiting en dan aan de hertencurry; ruikt al lekker en de Bilba-ose bonen die ik gisteravond in de week heb gezet staan te koken.

06 november 2014

En ik wil geen loempia!

In gepeins verzonken voor de vitrine met oeroude
artefacten van Néanderthaler mensen
Alweer de laatste dag van ons bezoek aan Bilbao, maar het was ook genoeg hoor; zo boeiend is deze stad niet ondanks het heerlijke eten. We liepen door de stad en kwamen bij het archeologisch museum; dat wilde ik graag zien. We hoefden pas om 12.00 uur bij het hotel uit te checken dus fijn zonder rugzakken door de stad en door het museum. En dat museum vond ik heel bijzonder! Een fors aantal artefacten, gemaakt door Néanderthaler mensen; een mensensoort die, houd je vast, 100.000 jaar geleden hier in Baskenland woonachtig was; onvoorstelbaar; Nederland bestond toen nog helemaal niet. Ze hebben hier 70.000 jaar gewoond, dus van voor de laatste ijstijd. Daar was ik erg van onder de indruk, meer dan van de artefacten van onze hedendaagse kunstenaars die werden tentoongesteld in het zoveel fraaier uitgevoerde Guggenheim museum waar Bilbao om bekend is.
Prachtige pilaren ondersteunen dit inpandige gebouw.
Interessante architectuur van architect Philippe Starck
(aldus vriend Peter C.)
Terug naar het hotel om onze spullen op te halen en toen naar de lunchplek die Roos had uitgezocht: restaurant Rimbombín. We waren te vroeg; we konden pas om 13.00 uur terecht, dus nog even door de omgeving gelopen en daar kwamen we het cultuurhuis van Bilbao tegen; fascinerend mooi uitgevoerd; ik heb voor mijn architectenvriend foto’s gemaakt van de bijzondere architectuur die aan dit bijzondere gebouw ten grondslag ligt. Er was zo te zien een introductie gaande voor aankomende studenten; opvallend was dat de keuze uitsluitend bèta-wetenschappen betrof en geen communicatiewetenschappen, bedrijfskunde of psychologie.
En toen op naar Rimbombín. Ze hadden foie gras op het menu als voorgerecht; daar kan ik slechts in superlatieven aan terug denken. We hebben er fors gegeten, zodanig dat we later die middag op het vliegveld slechts onderuit gezakt konden zitten dommelen. Roos verkondigde uit de grond van haar hart: “en ik wil geen loempia”. Daar moest ik erg om lachen. Al vanouds beëindigen we een vakantie meestal met een loempia; die bestel ik tegenwoordig vanuit de trein zodat ze klaar staan als we langs komen. Maar deze keer niet.
We waren rond 22.00 uur weer thuis; ik heb nog lekker staan koken, daar had ik zo’n zin in. Hert klaargemaakt met kerrie, knof,ui en appel. De hele nacht heel zacht laten sudderen. Verder heb ik de wandeling voor morgen voorbereid; de volgende etappe van het Zuiderzeepad, dus weer om 5.00 uur op.

05 november 2014

Guernica

Goering decoreert de helden van de Condor bombardementsgroep
Deze plek is toch vooral bekend geworden door het schilderij van Pablo Picasso dat hij schilderde naar aanleiding van het bombardement van de Baskische plaats Guernica. Voor de Duitse Luftwaffe was het een feitelijk vingeroefening voor het bombarderen onder oorlogsomstandigheden.
Bij het bestuderen van de kaart hadden we al gezien dat Guernica niet zo ver van Bilbao vandaan lag. Ik wilde er graag heen om deze plek mee te maken zoals ik dat ook deed met Dresden. Eigenlijk een beetje om voor mezelf de cirkel rond te maken. Het bombardement van Guernica was een voorproef van WO II; centrum Rotterdam bezocht ik vorig jaar, met name de St Laurenskerk die middenin het gebombardeerde deel lag; Dresden bezocht ik enkele jaren geleden, de vuurzee waarmee deze stad werd vernietigd door de geallieerden hoeft verder geen toelichting, maar vormde wel deel van het einde van WO II.
Bord uit Dresden dat het bombardement aldaar heeft
overleefd en aan Guernica gezonden is: de cirkel is rond
Een bijzonder behulpzame dame van de VVV gaf ons goed advies; we bezochten het vredesmuseum waar het bombardement een onderdeel van de expositie was. Verder bezochten we een aardig museum dat over de Baskische geschiedenis en cultuur exposeerde. Wat mij erg trof was een bord met daarop twee rozen dat door een dame uit Dresden was gevonden onder het puin van het bombardement en dat zij naar Guernica had gestuurd als een soort teken van vrede vermoed ik; imposant.
Het voorlaatste advies van onze VVV dame betrof het restaurant waar we fantastisch hebben gegeten; met name de vissoep was de lekkerste die ik ooit heb gegeten.
Uitzicht over de rivier bij Guernica
Daarna hebben we het laatste advies opgevolgd en hebben we een 12 kilometer wandeling gemaakt langs de rivier en door de wetlands in de buurt van Guernica. De rivier stroomde kalm en deed mij denken aan het canal du midi bij Béziers waar we jaren geleden langs wandelden.
‘s-Avonds zijn we nog even fijn de stad in gegaan om nog wat te drinken en een pintxo te scoren. Verder heb ik ook een aantal verschillende soorten bonen gekocht; in totaal 3 pond. Het zijn heerlijke dagen hier in Bilbao ondanks de regen en ‘snachts het knetterende onweer.
Hier moest ik gewoon van kopen!

04 november 2014

Bilbao

De karakteristieke vormen van de architectuur van Frank Gehry
Na de vlucht en een eerste kennismaking gisteravond hebben we vandaag uitvoerig van Bilbao genoten. Natuurlijk eerst naar het Guggenheim museum. Roos gidste ons langs de rivier; het is allemaal niet zo groot dus al snel kwam het karakteristiek gebouw van architect Frank Gehry in het vizier. Schitterende lijnen, enorme raampartijen en een bekleding van metaal; naar ik heb horen verluiden van het bijzondere metaal Titanium. Enkele jaren geleden zag ik bij mijn bezoek aan LA met vriend Peter C. het tweeling gebouw, dus helemaal nieuw was het niet voor me maar ik was er toch weer sterk van onder de indruk.
Het gebouw voelde meer als een kunstwerk aan dan het tentoongestelde. Natuurlijk ligt het aan mij, maar het kon mij echt niet bekoren. Daar waar ik eigentijdse muziek langzaam maar zeker begin te appreciëren ervaar ik de moderne beeldende kunst toch vooral als dwaas.
Deze vormen in het interieur zijn een lust voor het oog,
bergelijkbaar met de pracht van het interieur van
de Sagrada familia in Barcelona


Het meest stuitend vond ik wel het klodderwerk van onze landgenoot Willem de Kooning dat hij zo onbeschaamd de naam “Villa Borghese” had gegeven, juist de naam van een plek met de mooiste kunst die je je maar kunt voorstellen, de beelden van Bernini resp. van Apollo en Daphne, de David, de vlucht van Aeneas uit Troje en de roof van Persephone. Maar ook het enige schilderij van Rothko dat er hing vond ik ronduit bespottelijk; ik heb het nog uitvoerig van nabij bestudeerd vanwege de verschillende verflagen die hij op elkaar zou schilderen teneinde een speciaal effect te verkrijgen. Niets van dat alles, gewoon slordig schilderwerk.
Vervolgens hebben we door Bilbao gewandeld en hebben we een gezellige plek gevonden om te gaan eten; de Baskische keuken bevalt ons heel goed. Nog wat gezworven door de stad en wat etenswaren ingeslagen voor thuis: verschillende soorten gedroogde bonen, een stuk stokvis en een zak knoflook.