30 september 2011

Voor het laatst met z'n allen bij de Griek eten




Anneke gaat in oktober verhuizen naar Schoonhoven. Ze gaat dus Bilthoven na 30 jaar verlaten. Met het gezin gingen we vroeger regelmatig eten bij "de Griek", oftewel Zorba de Griek op het winkelcentrum de Kwinkelier. Dat winkelcentrum hebben we dertig jaar geleden zien bouwen; voorheen was daar een rommelig landje maar nu een volstrekt vervallen winkelcentrum. Wat heeft zo'n gebruiksgebouw een korte levensduur! Het gaat afgebroken worden en er komt een nieuw winkelcentrum met wat meer bewoning heb ik begrepen. Maar nu zit Zorba daar in een voorheen eetstraatje op "de Kwink" waar alle andere restaurantjes inmiddels zijn gesloten. Maar Zorba loopt nog steeds prima.
Ik vond het vertrek van Anneke uit B'hoven een gerede aanleiding om voor het laatst met ons ouwe gezin, dus zonder partners bij de Griek te gaan eten. Ook Gijs was van de partij. We begonnen heel vroeg en iedereen was op tijd.
Ik had als nostalgicus verwacht dat we over "vroeger" zouden praten, maar niks daarvan. Uitsluitend het heden kwam aan de orde. Dat is ook wel goed. Iedereen is goed terecht gekomen na die dertig goede jaren in dit prachtige dorp. En de Griek die griekt gewoon voort; binnenkort ook op een andere locatie. Zo gaan die dingen kennelijk.

Posted by Picasa

28 september 2011

Eten bij Ad

Vanavond een tegenbezoek afgelegd bij Ad D. Deze zomer had hij een keer bij mij gegeten en nu gezellig bij hem. Met de fiets en even zoeken en laat ik daar nu Ronald, de voormalige onderwijzer van mijn zoon Hugo tegen het lijf lopen. Gezellig even mee staan praten, o.z. over clubliefde van voetbal liefhebbers. Hij wist mij precies te vertellen waar Ad woonde.
Even verderop; ik werd al welkom geheten door het hondje, mij al bekend van uit het bos. Leuk beest, luidruchtig in haar enthousiasme (het is een teefje). Ik heb wat met dieren dus al snel was een hechte vriendschap gesmeed en kwam ze met haar speeltjes aanzetten. "Heel bijzonder", vertelde Ad mij, "doet ze niet bij iedereen". Veel mensen zijn een beetje bangig voor blaffende honden. Maar honden hebben altijd een uitgesproken lichaamstaal; kijk maar naar het staartje; als dat kwispelt is er niets aan de hand.
Dat zie ik ook altijd als ik in Spanje aan het wandelen ben; de honden daar gaan natuurlijk tekeer als je langs hun terrein loopt, maar steevast kwispelen ze met hun staart. Als dat niet het geval is, of soms gewoon om even je punt te maken, kun je een steen oprapen; dat gebaar volstaat meestal voor een snelle aftocht. Als je gooit dan weten ze niet hoe snel ze weg moeten komen. Dat heb ik natuurlijk niet gedaan met de hond van Ad.
We hebben heerlijk gegeten en vooral ook wijn gedronken. Het bleek dat Ad een soortgelijke ontwikkeling met het bridgen heeft doorgemaakt als ik. In het begin heel ambitieus en er op uit om vooruit te komen. Ook hij had een vervelende ervaring met een bridge-weekend met vreemden. Hij is daar ook uit gekomen met het gevoel van: "liever in de eigen club of thuis aan de eettafel. Dat gevoel heb ik ook uit de afgelopen zomer over gehouden.

27 september 2011

Risiko spielen



Ergens in de herfst van 1981 waren An en ik in Les Lavandes, een fraaie plek in de Dordogne. We zouden daar met een stel Duitse vrienden een weekje vakantie vieren. Het werden een paar gezellige dagen en 'savonds gingen we "Risiko spielen", een spel dat in NL beter bekend is onder zijn Engelse naam: Risk. In het Duits vind ik het veel aardiger klinken; vooral de opdrachten vind ik meer in de geest van het spel dan wanneer je die in het NL's hoort: "vernichte das rote Armee", klinkt toch prima. Anneke kon zich nauwelijks handhaven in dit spel en galant als ik toen nog was kon ik het niet laten om haar het niet al te moeilijk te maken, dat tot grote ergernis van Eckart. Hij kon ook zo schitterend in het Duits verzuchten: "was würfele Ich heute doch schlecht". Hij vond het ook niet sportief dat ik Anneke niet aanviel. Maar ach, zo gaat het in het echt toch ook in de oorlog?
Nu bij de verhuizing van Anneke kwam het spel dat ik later van Christine kreeg weer tevoorschijn. We hebben het nooit gespeeld en ik breng het nu naar de WVT. Kortom, ik houd grote opruiming.
Posted by Picasa

26 september 2011

Mijn oude overall



Bij zo'n echtscheiding worden de spullen verdeeld. Het moge duidelijk zijn dat ik erg, te erg, aan oude spullen hecht. Zo heb ik mij de afgelopen 4 jaar inderdaad afgevraagd waar mijn oude overall was gebleven. Niet dat ik hem weer wilde gaan dragen. Allereerst heb ik in de loop van mijn leven steeds minder affiniteit met knutselen gekregen en verder vraag ik mij af of ik er überhaupt nog wel in pas. Ik kreeg deze overall namelijk van mijn grootouders toen ik zestien werd, dus 47 jaar geleden.
Toen we ons prachtige huis aan de Hoflaan in Bilthoven verkochten hebben de nieuwe bewoners er een ongelooflijk grote serie foto's gemaakt en die heb ik onlangs door zitten kijken. En wat zag ik daar aan de deur van de schuurdeur hangen, u raadt het al, mijn oude overall. Het laatste wat ik ervan heb overgehouden. Hij is ongetwijfeld en terecht in de vullus (Amsterdams voor vuilnis) gegaan inclusief de oude vlekken die er bij het schilderen van voliëres in de jaren 60 op terecht zijn gekomen. Die oude overall had zijn eigen geschiedenis door de vlekken met verschillende kleuren en natuurlijk het geschenk van mijn al heel lang geleden overleden grootouders.
Posted by Picasa

24 september 2011

Muziek als evolutionair verschijnsel


Door sommigen wordt het muzikaal vermogen van de menselijke soort beschouwd als een evolutionair bijproduct, ontstaan zonder een positieve "drive". Of we zonder muziek zouden kunnen is maar de vraag; gezien het luistergedrag van onze jongeren waag ik dat ook sterk te betwijfelen; de microfoontjes in de oren zijn toch een zeer algemeen verschijnsel. Een leven zonder muziek kan ik me ook niet goed voorstellen. In gesprekken neemt muziek ook vaak een vrij prominente plaats in, maar dat zal niet voor iedereen gelden.
Ik verbeeld mij toch dat de kwalitatieve top van de muziek uit west Europa komt. Met name uit Duitstalige landen en in mindere mate Engeland en niet te vergeten natuurlijk Frankrijk. Bach, Beethoven, Mozart, als de absolute top en dan een brede subtop met Mahler, Chopin etc. en niet te vergeten ook de Beatles.
De bakermat van onze soort was Afrika; de oorspronkelijke Afrikaanse muziek is qua ritmiek mijns inziens ongeëvenaard, daar kan zelfs Bach niet tegenop. Het gevoel voor ritme lijkt de Afrikanen ook wel sterk aangeboren; wanneer je een groep Afrikanen ziet demonstreren of samen oplopen dan doen ze dat steevast in een gezamenlijk, natuurlijk ritme.
Ooit hoorde ik het lied dat bij een Afrikaanse oorlogsdans hoorde. Met veel geduld en moeite was het door een Westerse componist in een partituur omgezet. Allerlei syncopes en onregelmatige maatwisselingen; het was fascinerend om naar een uitvoering door een Europees koor nota bene, te luisteren. Het gevoel bekroop mij hoe het geweest zou zijn indien JS Bach deze muziek gehoord zou hebben. Het zou hem zonder twijfel sterk beïnvloed hebben.
Muziek werd vanouds gebruikt bij het gezamenlijk doen van dingen; denk maar aan oogstliederen. In mijn twintiger jaren heb ik deelgenomen aan een metselcursus; op zaterdagmorgen met zo'n 20 mannen. We gingen lekker aan de gang en aldra klonk het gefluit; als vanzelf ging iedereen aan het fluiten. Ik heb ook wel eens vernomen dat je in de pré radio- en TV tijd op de maandagochtenden het zingen van de huisvrouwen kon horen. Aan de gang gaan en zingen horen gewoon bij elkaar. Co-evolutie heet dat geloof ik.

22 september 2011

Een wedstrijd tussen Ajax en Blauw-Wit


Louis Davids heeft ooit een liedje gezongen over een voetbalwedstrijd. Met zo'n onvervalst jiddisch Amsterdams accent bezingt hij hoe "het liefje" van Jan de Bakker een voetbalwedstrijd ervaart. Op Youtube kun je dit krakende muziekje nog afluisteren. Ware clubliefde was toen net zo gewoon als tegenwoordig. Onlangs sprak ik Ronald, onderwijzer van één van mijn kinderen op de lagere school. We kwamen toevallig te spreken over voetbal en over clubliefde. Hij had dat voor de FC Utrecht omdat hij vroeger met zijn vader naar wedstrijden van Utrecht ging.
In de zeventiger jaren sloeg ik ook zelden een zondagavond uitzending van Studio Sport of Sport in beeld over; als Amsterdammer ging het mij natuurlijk om Johan Cruijf, Johan Neeskens, Piet Keizer, Barry Hulshof en consorten.
En natuurlijk het Nederlandse team dat in 1974 en 1978 tweede werd tijdens de WK's. Jan Jongbloed, de sigarenboer bij ons op de hoek van de Jan Hanzenstraat, speelde als keeper in dit fantastische team. Veel betekenend vond ik overigens dat in beide gevallen de thuislanden kampioen werden. Maar Ajax was voor mij de kampioen.
Maar als ik nu iets over voetbal lees (ik bekijk het vrijwel nooit tenzij ik in de vakantieperiode word geconfronteerd met uitzendingen tijdens WK of EK) dan verbaas ik me over de buitenlandse namen bij de clubs. Alle Nederlands talent speelt in Italië, Spanje of Engeland, terwijl de NLse teams worden bevolkt door de meest exotische namen. Niks tegen die voetballers, maar ik zou me daar als clubfan toch niet mee kunnen identificeren. Johan Cruijf kwam gewoon uit betondorp, onder de rook van het oude Ajax stadion en die anderen waren vaak rasechte Amsterdammers, Ajax was dan ook een onvervalst Amsterdams team.

21 september 2011

Brandend Aluminium

Een nieuwe theorie omtrent de ineenstorting van de Twin Towers na de aanslag op 11 september luidt dat gesmolten aluminium van de vliegtuigen reageerde met het water van de blusinstallaties; de reactie van het aluminium met het water leidde tot een explosie die de ineenstorting van de gebouwen veroorzaakte.
Het is een merkwaardige gedachte dat aluminium, dat vele toepassingen kent als constructiemateriaal, zo onedel is dat het in metallische vorm explosief kan reageren. Zuiver aluminium reageert niet alleen met water maar in de praktijk vooral direct met zuurstof, waarbij een verder lucht- c.q. zuurstof ondoorlatende laag ontstaat die verder reageren, (noem het roesten) voorkomt. Daardoor kun je metallisch aluminium gebruiken; vroeger had je zelfs pannen die van aluminium waren gemaakt!
Bij het aan elkaar lassen van stalen rails van de tram wordt (of werd?) gebruik gemaakt van die chemische energie die in zuiver aluminium "verborgen" zit; een mengsel van poedervormig ijzeroxide (eigenlijk gewoon ijzerroest dus) en poedervormig metallisch aluminium wordt om de te smelten plek gebracht en vervolgens wordt de reactie op gang gebracht. Hoe dat laatste gaat weet ik niet, maar vermoedelijk door verhitting.
Ik wist dit uit "de boekjes" en heb het één keer ook mogen aanschouwen tijdens een nachtelijke reparatie aan het tramspoor ergens in Amsterdam; een witgloeiende bol rond de twee aan elkaar te lassen stukken rails, die daarbij aan elkaar smolten.
Het lijkt me dan ook een heel aannemelijke theorie dat de staalconstructie van de Twin towers door het chemisch effect van het aluminium de genadeslag heeft gekregen, nu alweer 10 jaar geleden. Wat is de wereld er daarna overigens anders uit gaan zien.

20 september 2011

Slager Zwetsloot uit Kamerik


In de Telegraaf van gisteren stond een heel artikel over slager Gerard Zwetsloot in Kamerik die een drietal varkens op heel liefdevolle wijze liet volgroeien. Hij ging er mee op stap, liet de varkens lekker wroeten hier en daar, gin met hen uit alsof het honden waren. En ging er in deze tijd ook mee naar de Kaapse bossen (bij Doorn). Dat is in deze tijd natuurlijk heel goed want er liggen geweldig veel eikels en die vinden de varkens niet alleen maar lekker, maar het vlees gaat er nog lekker van smaken ook! Eind oktober gaat hij het drietal slachten; daar wil ik van proberen te profiteren. Dat moet heerlijk vlees zijn; de varkens hebben rustig de tijd gekregen om te groeien (meer dan een jaar! terwijl de kiloknal-varkens slechts enkele maanden de tijd krijgen en niet bewegen in die tussentijd) en zijn afgemest, dus lekker vet vlees.
In deze herfsttijd ligt het in onze buurt helemaal vol met eikels en beukennootjes. Dat vind ik toch altijd zo zonde; de auto's rijden alles aan flarden. Ik wilde maar dat er meer mensen waren die varkens op deze wijze dik lieten groeien en dan afmesten in de herfsttijd met die boseikels, net als in de Spaanse ham-streken. Daar gaan de eikenwouden helaas aan gebrek aan vernieuwing ten gronde las ik onlangs. De kurk wordt steeds minder toegepast en dat was de hoofdreden van het onderhouden van de kurkeik-wouden. De ham die je van de varkens maakt die in zo'n eikenwoud zijn afgemest is superbe, de Jamon Iberico. Moeten wij in NL toch ook kunnen maken?!

19 september 2011

Gezellig thuiskomen



Mijn buurvrouw is gek met bloemen en maakt de prachtigste bloemstukjes. Zondags is ze vaak de hele dag bezig met bloemschikken; zakken vol met restanten daarvan als stengels, bladeren en andere overblijfselen breng ik voor haar regelmatig naar de vuilcontainer bij ons voor de flat.
Binnenkort wordt de CV installatie van de flat vernieuwd; aangezien ons trappenhuis daarvoor moet worden gebruikt (het CV hok bevindt zich recht boven mijn flat en de werkers moeten via ons portiek naar het dak klimmen met de trap) hebben we alle belemmeringen weggehaald. Achteraf vond ik dat ook wel heel erg netjes staan. Bij mij stond er een oud kastje, (voor intimi het Yogi bear huisje) en daarop had mijn buurvrouw twee van die obligate orchideeën geplaatst. Afschuwelijk vinden Roos en ik die krengen. Dus ik vond het een prima bijvangst dat die verdwenen. Ik durfde dat niet tegen mijn buurvrouw te zeggen. Maar vanmorgen kwam ik thuis en op het kleine meubeltje voor haar deur stond een schattig bloemstukje. Daarover heb ik haar gecomplimenteerd (wij corresponderen altijd met kleine briefjes) en indirect ook gemeld dat ik die orchideeën zo afschuwelijk vond. Wat er nu staat is meer de stijl zoals ik die van haar gewend was; zoals die schitterende Biedermeiertjes; een gezellig thuiskomen dus.

16 september 2011

Onze Gijs heeft waterpokken



Arja stuurde me deze week een foto van haar zoon Gijs, eigenlijk zonder ander commentaar dan dat hij haar kleine krentebol was. Vanaf de foto leek het mij waterpokken of muggenbeetjes. Het bleek om waterpokken te gaan. Een uiterst besmettelijke, maar verder onschuldige kinderziekte. Hoe jonger je het krijgt, hoe minder last een kind er van heeft. Arja meldde mij desgevraagd dat Gijs er helemaal niet onder lijdt en gewoon zijn vrolijke zelf is. Arja kreeg als babietje van enkele weken al waterpokken; dat stelde eigenlijk niets voor. Maar enkele jaren later kreeg zij het opnieuw. En de antistoffen die zij toen heeft opgebouwd die zorgen er nu voor dat de kleine Gijs ook niet zo ziek wordt.
Mijn broer Jan kreeg de waterpokken toen hij 14 jaar oud was; doodziek met hoge koorts en zijn hele lijf zat onder de pokken. De foto's die ik er destijds van maakte heb ik later uit mijn fotoboek gescheurd omdat het werkelijk geen gezicht was. (Ik zal eens kijken of ik er nog negatieven van heb bewaard. Ik beschik nog over honderden oude zwart-wit negatieven en daar zal het nog wel tussen zitten.)

15 september 2011

Viva nostalgia! Weg met die ouwe troep.

Daar staat de oude bureaustoel naast andere ouwe spullen.
Hij werd later door iemand meegenomen, net als die rechte stoel van m'n
buurman en is dus recycled! Deed me plezier.


Wanneer ik rondkijk in mijn flatje dan zie ik een hele geschiedenis aan mij voorbijgaan. Mijn lekkerste stoelen komen uit mijn ouderlijk huis, maar zijn zelfs nog van mijn grootmoeder geweest. De tafel waar ik meestal aan eet en op zit te computeren is nog van mijn ouders geweest en stamt van 1946, het jaar dat zij trouwden. In m'n kleine kamertje staat het bureautje waar ik zelf aan gestudeerd heb en waaraan mijn vader later vaak zat te studeren, inclusief de onhandige stoel die nog uit de veertiger jaren stamt. De zithoek (bank en salontafel) stammen uit de boedel na de scheiding. Kortom, allemaal dingen van vroeger. Daarnaast heb ik, wat ik noem, een rariteitenkabinet met allemaal nostalgia. Ik kom om in de herinneringen en verder is er niemand in geïnteresseerd.

Laatst kwam Anneke met de vraag of ik onze oude eettafel wilde hebben; zij gaat binnenkort verkassen naar haar nieuwe geliefde en die eethoek is nu overcompleet: een licht eiken tafel met tien bijpassende stoelen. Ik wilde altijd die eethoek en het dressoir bij elkaar houden. Natuurlijk wil ik dat als nostalgicus nog steeds. Maar de consequentie is dat mijn flatje verandert in een museum. Ik werd door enig verdriet bevangen vanwege de conclusie dat niemand interesse in die oude spullen heeft behalve ik. Mijn broers hebben weinig bewaard van de spullen van m'n ouders; bijna alles staat bij mij tot en met de fotoboeken van beide grootouderlijke kanten! Kinderen en ex doen ook of het allemaal weinig intrinsieke waarde heeft.

Na een begripvolle e-mail wisseling met mijn goede vriend Peter C. besloot ik ferm om maar eens wat weg te doen. De oude stoel van m'n oude bureau, hup naar het grof vuil. Binnenkort gaat m'n bureautje naar een kennis van Roos die "doet" in vintage troep. Ik ga saneren: oude boeken die ik toch niet meer lees geef ik weg. Ik heb een beetje genoeg van dat nostalgische gedoe van mezelf.

13 september 2011

Gerolstein



Een fraai dorp middenin de Vulkaneifel in Duitsland. Zo'n tien jaar geleden waren Roos en ik daar voor een ferme wandeling. We hadden een klein studiootje ter beschikking van waaruit we de omgeving verkenden. De verhuurders waren bijzonder aardige mensen. De heer des huizes maakte met behulp van de vulkanische steen die daar uiteraard volop voor handen was een grappig soort bloemstukjes. Hij plantte op de grove steen van die vetplantjes en verzorgde het geheel zodanig dat deze zich blijvend hechtten. Bij het vertrek kregen wij een exemplaar met daarop drie verschillende vetplantjes.
Tot mijn grote verrassing zag ik onlangs bij Roos in de voortuin die steen liggen met daarop nog steeds één van de vetplantjes. Die heeft dus al die droogte in het voorjaar en andere barre klimatologische omstandigheden als koude winters overleefd op die droge steen. Wat is de natuur toch sterk!

12 september 2011

Zeus, de bliksemslingeraar


Mijn buurman Hisso, meteoroloog, werkzaam bij het KNMI, riep al van zijn balkon dat er stevig weer op komst was. Het was afgelopen zaterdag goed raak; een onweer zoals ik dat slechts één keer eerder heb meegemaakt en dat was op Samos, Griekenland, in 1978. Het weerlichtte bij voortduring. Ik heb er een paar videootjes van gemaakt waarvan u er één kunt zien op Youtube. Later hoorde ik van Roos dat er in NL nog niet eerder een dergelijk hoge frequentie van de bliksem was waargenomen; het was dus echt een zwaar onweer. Ik had de balkondeur open staan; op een zeker moment hoorde ik vanuit de keuken de wind gieren en het regende pijpenstelen. De regen stroomde de kamer binnen, dus snel de deur dicht gedaan. Een regengordijn waardoor ik de overkant als door een waas zag, ongelooflijk, maar ook heel kort van duur. Het was een zeer lokaal onweer dat o.a. over de regio Utrecht trok.
Vanouds werd de bliksem beschouwd als een teken van oppergod Zeus. Degenen die mij beter kennen weten dat ik als agnost merkwaardig genoeg grote waarde hecht aan de verschijnselen die door de oude Grieken werden beschouwd als afkomstig van de Goden. Dat komt vooral voort uit de schitterende boeken van Homerus, de Ilias en de Odysseia die mij aanzienlijk meer aanspreken dan "Het Boek". Zo zie ik de bliksem of de donder ook als een teken van Zeus. Dit heftige onweer van zaterdagavond, maar ook de volstrekt onverwachte donderslag toen Arja met Gijs bij mij op visite was en de zwanen die van rechts kwamen beschouw ik als tekenen van de hemelse Goden. Ben je dan echt agnost vraag ik me af.
Toen ik dat een keer vertelde aan een goede kennis van me, Henk F., zelf zwaar christelijk en zelfs werkzaam geweest in de zending, deinsde hij bijna terug met de woorden: "je bent een heiden". Grappig genoeg beschouwde ik dat ook als een compliment.

11 september 2011

Waar stond u tien jaar geleden


Het is vandaag 10 jaar geleden dat de aanslag op het WTC in New York plaatsvond. In de krant stond dat 97% van de Amerikanen nog weet waar hij/zij zich bevond op het moment dat hij/zij het bericht hoorde. Naar ik vermoed geldt dat ook voor de meeste Nederlanders. Ik weet het in ieder geval nog precies; ik zat in vergadering in een kleine vergaderruimte bij de Orde van Medisch Specialisten. De secretaresse van de Vereniging voor Psychiatrie waar ik toen werkte kwam het vertellen; ongeloof en ontzetting waren het algemeen gevoel: dit kon toch niet waar zijn.
Dat zelfde gevoel had ik in 1963 toen ik hoorde dat John F. Kennedy was neergeschoten. Dat hoorde ik van mijn moeder; zij stond te strijken; ik zat mijn huiswerk te maken en kwam beneden. Mijn moeder stond huilend te strijken; een aanslag op Kennedy.
Beide gebeurtenissen in de VS; of we ons ook emotioneel betrokken voelen bij dat land. Natuurlijk weet ik van nog wel meer gebeurtenissen waar ik mij bevond; het telefoontje dat je verwacht als je op middelbare leeftijd nog ouders hebt: "Fer het gaat niet goed met je vader". Ik reed toen op de fiets over het fietsviaduct over de A28; het was inderdaad het begin van het einde, nu alweer 8 jaar geleden. 
Merkwaardig genoeg weet ik ook nog waar ik mij bevond op het moment dat Jackie Kennedy's overlijden op het nieuws werd gemeld: ik was toen met Hugo aan het kamperen in Clervaux en we zaten te kleumen in een cafeetje. Raakte me lang niet zo als de drie hierboven genoemde gebeurtenissen, maar raar genoeg weet ik dat nog precies; waarschijnlijk vanwege John Fitzgerald.

10 september 2011

Beim schlafengehen




In een nostalgische bui is het heel goed luisteren naar de prachtige cyclus "Die vier letzte Lieder" van Richard Strauss. Hij schreef deze aan het eind van zijn leven, in mijn geboortejaar 1948. Vooral "Beim schlafen gehen" roert mij altijd diep en daarin het kleine melancholieke stukje voor viool en orkest in het bijzonder.

3. "Beim Schlafengehen"

("Bij het slapengaan") (Tekst: Hermann Hesse)
Nun der Tag mich müd' gemacht,
soll mein sehnliches Verlangen
freundlich die gestirnte Nacht
wie ein müdes Kind empfangen.
Hände, laßt von allem Tun,
Stirn, vergiß du alles Denken.
Alle meine Sinne nun
wollen sich in Schlummer senken.
Und die Seele, unbewacht,
will in freien Flügen schweben,
um im Zauberkreis der Nacht
tief und tausendfach zu leben.
Nu de dag mij heeft moe gemaakt,
wens ik smachtend
mijn vriend de sterrennacht
als een dommelend kind te ontvangen.
Mijn handen, ik laat ze niets meer doen
mijn kop mag alle denken laten.
Al mijn zinnen willen nu
zich sluimerend laten wegzinken.
En onbewaakt wil mijn ziel
in vrije vlucht gaan zweven
om in de toverkring der nacht
diep en duizendvoud te leven.
Gecomponeerd op 4 augustus 1948

09 september 2011

Miesje muis speelt met lucifers!




Een kinderverhaaltje over het gevaar van het spelen met lucifers. Met mijn toen nog kleine dochtertje Joke fietste ik in de zomer van 1986 over een smal fietspaadje dwars door de heide van de Veluwezoom. We stapten willekeurig ergens af om een boterham te eten denk ik. Tot mijn verbazing lagen er vlak voor onze voeten twee platgereden spitsmuisjes; met hun karakteristieke rood gepunte tandjes lagen ze naast elkaar op het fietspad.
Juist in die tijd las ik uit een kinderboekje voor o.a. over Miesje muis die heel ongehoorzaam met lucifers had gespeeld. Paedagoog van de vette klei die ik was (en misschien nog wel steeds ben) vertelde ik Joke dat dit Miesje muis was, met haar ongehoorzame kameraadje en dat ze voor straf waren plat gereden.

Vanmiddag reed ik op straat en daar zat doodstil een spitsmuisje vlak naast m'n voorbij snorrende fietsband. Gelukkig bleef het muisje heel stil zitten; daarom moest ik aan deze geschiedenis denken.

08 september 2011

At home in the universe

Dit is misschien wel het mooiste uitzicht dat ik ken. Het bevindt zich in de driehoek
tussen Alajar, Catano del Robledo en Fuenteheridos vrijwel op de kruising van
de oeroude wegen die hier lopen. 
Het zal de trouwe lezers van dit Blog niet zijn ontgaan dat ik mij de laatste tijd weer eens (voor de hoeveelste keer?) enthousiast heb gestort op het onderwerp complexiteit en met name het mysterie van het ontstaan van het leven uit voorheen dode materie. Al jaren geleden had ik het boek van Stuart Kauffman onder de titel "At home in the universe" gekocht en gelezen. Uit gemakzucht omdat ik het niet kon vinden in m'n rotzooi heb ik een nieuw exemplaar gekocht en ben direct aan het lezen geslagen. En daar vind ik op de eerste pagina al direct iets dat me zo geweldig aanspreekt.
Stuart beschrijft hoe hij met Gunter Mahler, een theoretisch physicus uit München zit te lunchen en dat deze de vraag stelt: "hoe stel jij je het paradijs voor"? En dan wordt vervolgens een landschap beschreven dat in veel aspecten lijkt op het plekje in Andalucia dat ik ervaar als "mijn paradijs"; Heuvels in rijen achter elkaar; stilte, warmte: "Long and rolling under strong light, far ranges defining a distant horizon toward which graceful and telling land forms march in fading procession".
Precies zo zie je het landschap waar ik al zoveel jaren weer in bewondering naar moet kijken. Het uitkijkpunt bevindt zich hoog op een heuvel tussen Alajar en Castano del Robledo; Andalucia, in het zuiden van Spanje. Niet voor niets heeft het ook deze naam, Andalucia gekregen van één van de vele oud bewoners van dit gebied, de Arabieren, die in de periode na de val van het Romeinse rijk hier heersten. El Andaluz, het paradijs.

Om 5 uur op?!

De kinderen zijn op jacht naar de vlinders en andere insecten

Vandaag weer eens met de kindertjes naar de Strabrechtse Heide geweest. Dat betekent, zeker met het nieuwe Dal Vrij abonnement dat ik akelig vroeg op moet en wel om 5.00 uur. Achteraf was 5.30 misschien ook wel vroeg genoeg geweest. De avond tevoren hadden we gebridged; dus rond half één lagen we in bed. En dan is die wekker van 5.00 uur toch wel erg vroeg. Eerlijk gezegd slaap ik dan ook altijd onrustig maar toch blijft het heel vroeg. Nog even op de rand van het bed; een kopje opgewarmde koffie; de tas met brood staat al ingepakt. Met thermosfles en mp3 spelers op weg; de deur zachtjes afgesloten, gewoontegetrouw met de sleutel om niemand in het portiek te storen; en hup naar de trein. En dan staat op het station Bilthoven, je gelooft het niet, een stel mensen al te ouwehoeren of het middenop de dag is. De laatste keer dat ik om 6.00 uur op het station was gebeurde dat ook. Daar was ik niet voor in de stemming.
Uiteindelijk was ik erg vroeg bij Strabrecht, al voor half negen terwijl de auto's met de kinderen pas om 9.00 uur komen. Even later kwamen Ad en Herman de andere twee gidsen in het kader van "Expeditie Salamander", het natuur-educatie project van Staatsbosbeheer voor kinderen van de lagere school leeftijd uit de omgeving. De kinderen opgewacht; leuke enthousiaste groep. Het was gelukkig droog de hele ochtend en ondanks de regen van de afgelopen dagen waren er zelfs een paar vlinders. De kinderen hadden weer een heerlijke ochtend gehad.
Toen ik weer in Bilthoven was ging ik eerst even een kopje thee drinken bij Roos. En die ontving me met een schaterlach: ik had haar 'smorgens ingesloten; gewoontegetrouw had ik het slot niet alleen geluidloos gesloten maar ook op slot gedraaid. En zij had geen sleutel bij zich van mijn flat. Ik had kunnen weten want ik had haar fiets buiten m'n box gezet omdat ze geen sleutels bij zich had. Het valt ook allemaal niet mee zo vreselijk vroeg.

06 september 2011

De utopisten

Het laatste half jaar krijg ik hoe langer hoe meer spijt van mijn negatieve opmerkingen over de kwaliteit van de Nederlandse schrijvers; niet alleen Frank Westerman en Annejet van der Zijl kunnen mijn wat zeikerige toets der kritiek doorstaan, maar ook Louise Fresco en Pieter Nouwen vind ik prima te lezen; misschien niet het niveau Mülisch, Vestdijk, laat staan W.F. Hermans, maar toch wel heel goed. Vooral Nouwen vind ik toch wel wat merkwaardig onbekend ondanks zijn prachtige werken t.w. "Het negende uur", alsmede, "de Pias van het Pentagon". Over dat laatste boek is Roos heel enthousiast; ik moet het zelf nog lezen, maar het negende uur is opmerkelijk. Ik zal al zijn werk eens gaan lezen.
En dan had ik afgelopen week "De utopisten" van Louise Fresco van de bieb geleend; niet doelbewust, maar gewoon eens wat snuffelend bij één van de boekenrijen pikte ik het eruit.
Het boek schetst een heerlijke terugblik in de zestiger jaren, terwijl het speelt in de huidige tijd rond een voormalig actievoerder voor milieu en rechtvaardigheid, die tot staatssecretaris is gebombardeerd binnen een D66-achtige partij. Het gekonkel en gerotzooi in de politiek alsmede de gewetensproblematiek van niet-politieke, milieu-bewuste lieden, wordt door Fresco schitterend beschreven; misschien een beetje gemaniereerd, waardoor het boek soms als een soort leerboek met psychologische uitwijdingen aandoet.
Het boek zal niet voor iedereen even toegankelijk zijn, daarentegen heb ik het zeker met genoegen gelezen en raad het vooral aan aan de wat meer ervaren lezer, zeker degenen die het politiek gekonkel willen ervaren.

05 september 2011

The Hadian world

Afgelopen donderdag kwam ik thuis van een wandeling met Huib. In mijn postvak lag een dikke verzend enveloppe met een nieuwsgierig makende inhoud. Aan het handschrift kon ik zien dat het geheel afkomstig was van mijn goede vriend Dick uit Vaals. En die inhoud mocht er wezen: twee DVD's die Dick voor mij had gemaakt met daarop een serie met wetenschappelijke uitzendingen van de BBC die hij had geregistreerd. Eén van deze serie adviseerde hij mij met name vanwege mijn queeste naar het allereerste begin van het leven op de ooit zo levens-onvriendelijke aarde, nr 5 van de serie.
Die heb ik dan ook direct opgezet en daar kwam me een, letterlijk "oer-geweld" op het scherm; een grote gloeiende bol in de vorm van onze aarde die voortdurend werd gebombardeerd met kosmische brokstukken. Heel toepasselijk werd deze onleefbare kluit lava "The Hadian world" genoemd, naar de Griekse God Hades, de god van de onderwereld.
Maar .......... Hades was dan wel de god van de onderwereld, hij was wel samen met, Persefoneia, zijn gade, meestal Persephone genoemd, de dochter van Demeter, godin van de landbouw. Persephone wordt ook wel Korè genoemd, het graan dat in de aarde valt en nieuw leven voortbrengt.
In die woeste, onleefbare wereld van Hades was het Korè die het leven deed ontstaan. Hoe dat chemisch waarschijnlijk in zijn werk ging zal ik uit de doeken doen.

04 september 2011

Arie Abbenes voor het laatst op het carillon van Utrecht



Arie ontvangt een erepenning uit handen
van de burgemeester
Vanmiddag om 13.00 uur was het afscheidsconcert van Arie Abbenes. 29 jaar lang heeft hij het carillon van de Domtoren bespeeld. Vaak heb ik staan luisteren naar het prachtig geluid van dit carillon. Het heldere geluid van carillons in een rustige stad vind ik één van de fraaiste geluiden in de buiten ruimte; vergelijkbaar met de pracht van het geluid van de natuur. In Delft heb ik wel eens ademloos staan luisteren toen het geluid van een carillon opklonk terwijl ik in een heel rustig straatje, zonder het geluid van het verkeer kon genieten.
Maar vanmiddag was Arie aan slag. Ik kwam de Zadelstraat ingelopen ongeveer drie minuten voor enen; het was druk op straat, maar niet voor Arie. Tot mijn stomme verbazing luisterde werkelijk helemaal niemand. Vrijwel klokslag één uur begon de beiaard te klinken; niemand die ook maar een enige aandacht schonk; het algemeen publiek had geen idee wat er klonk terwijl ik er speciaal voor naar de stad was gekomen. Om een rustig plekje te vinden ging ik naar de kruisgang van de domkerk, maar daar was een blokfluitconcert aan de gang, althans dat dacht ik. Ik ging verbaasd weer terug naar het Domplein en ontmoette daar mijn ouwe buurman Koos en zijn vrouw Wilna. Zij ging de kruisgang binnen; op dat moment realiseerde ik mij dat ik had gelezen dat er een concert van carillon met blokfluit zou plaatsvinden, echter toen ik luisterde was zij zo verschrikkelijk uit de maat dat ik dacht dat de twee solisten niets met elkaar te maken hadden. Ik ben toen ook weer terug gegaan en heb naar het dubbelconcert geluisterd. Merkwaardige combinatie maar wel verschrikkelijk mooi om naar te luisteren.
Na afloop werd Arie nog door een erehaag binnengehaald en toegesproken door de burgemeester van Utrecht. Tot slot hield hij zelf nog een bijzonder geestige afscheidsspeech. Ik hoop nog veel te mogen genieten van het fraaie geluid van het carillon van de Domtoren. Een Poolse opvolgster zal vanaf heden vaste bespeelster van het carillon zijn.

03 september 2011

Kleine dingen met grote gevolgen

In de wetenschaps bijlage van de Volkskrant stond in de jaren tachtig wel eens iets over de chaos theorie. Wat ik eruit overhield was vooral dat kleine oorzaken, kleine verschillen een fors verschil in uitkomst kunnen veroorzaken. In mijn dierexperimenteel werk voor mijn promotieonderzoek werkte ik met identieke muizen die allemaal met het zelfde werden ingespoten. Ik vond het altijd zo frappant dat de verschillen in uitkomst per muis vaak zo verschillend waren. Sommigen kregen heel snel glomerulonephritis (nierlijden) andere helemaal niet; bepaalde auto-antistoffen kreeg de ene muis wel en de andere niet.
Die individuele verschillen in uitkomst heb ik destijds altijd wel in enig verband gezien met die eerste beginselen van de chaos theorie. Een muis heeft ondanks alles kleine verschillen in voorgeschiedenis of wat dan ook met de andere; het is geen buisje met een chemisch mengsel.
Maar een andere leuke bevinding deed ik in die tijd bij een wijnproeverij. Op vakantie in Frankrijk met een stel vrienden kwamen we bij een klein wijnboertje met een aantal fusten wijn die allemaal uit het zelfde grote vergistingstank waren gekomen maar wel apart hadden gerijpt. De smaken waren grappig genoeg licht verschillend; uitgangsmateriaal het zelfde en toch een duidelijk merkbaar verschil in de subtiliteit van de uitkomst. Wijn en gist in een rijpingsvat is natuurlijk niets anders dan een complex mengsel en de tong is een gevoelig en subtiel meetinstrument waar het smaak betreft. Ook hier legde ik destijds een verband met de chaostheorie, althans dat kleine verschillen en verschil in uitkomst veroorzaakten; het betrof hier bijna een experimentele opstelling.

Maar zo'n vijftien jaar geleden kreeg ik van Roos een boek te leen: De rand van chaos, van de hand van M. Mitchell Waldrop (1993). Dit boek handelt op bijzonder leesbare wijze over complexe systemen en in dat kader over de Chaos theorie, een benaming die mij niet zo aanstaat eerlijk gezegd vanwege de negatieve connotatie van het woord Chaos. Ik zou het liever willen hebben over de theorie van complexe systemen. Het boek heeft mijn inzicht in heel veel zaken ingrijpend vergroot en veranderd.
Complexe systemen zijn rondom ons; een organisme, dus ook wijzelf zijn complexe systemen; een ecosysteem is een complex systeem; een samenleving, maar ook een micro-organisme, een zandduin, een strand. En binnen een complex systeem treedt als vanzelf ordening op als er maar genoeg energie in het systeem zit; een complex systeem kan zich aanpassen aan veranderende omstandigheden. Binnen complexe systemen heb je stabiele situaties die vrijwel onvermijdelijk op zullen treden.

Echter, de zin die mij als een bliksemflits trof ging over het werk van Stuart Kaufmann: autokatalytische kringprocessen en complexe systemen. Ik besefte onmiddellijk dat daar de hoeksteen lag voor het ontstaan van het leven. Hoe dat precies in zijn werk zou moeten gegaan zijn kon ik niet direct overzien; daarvoor waren nog vele jaren van nadenken nodig. Maar dat zal ik ook in dit Blog formuleren.

02 september 2011

NRC Next

Gisteren weer eens lekker met Huib gewandeld. Merkwaardig genoeg liepen we, ondanks de folder die Huib had meegenomen van "de Grecht route" verkeerd, hetgeen overigens een gelukkig toeval was want het pad langs de Grecht was schitterend; een uitgesproken Hollands landschap met water, weiden en vergezichten. (Klick hier voor de GPS track). Ergens onderweg was een optrekje, vlak naast een voormalig gemaal (waarschijnlijk destijds het woonhuisje van de gemaalbeheerder), waar mensen woonden; niet alleen constateerden we dat deze mensen heel idyllisch wonen, maar ter hoogte daarvan hebben we ook de afslag gemist; dus verder gelopen langs de Grecht.

Onderweg vertelde Huib mij o.a. over de NRC Next van die dag. Al wandelend praat je over van alles; Huib en ik raken ondanks onze maandelijkse frequentie eigenlijk nooit uitgesproken (evenmin als Roos en ik overigens en onze frequentie ligt nog aanzienlijk hoger); Huib weet dan ook van mijn afwijkend gedrag m.b.t. het lezen van kranten en kijken van TV (dat doe ik niet zoals de trouwe lezers van dit Blog weten); ik volg het nieuws niet; wat echt van belang is dat hoor je toch wel en dat is verrekte weinig weet ik inmiddels uit ervaring.
De NRC Next had deze dag een heel afwijkend format waarbij een boek was afgedrukt op de binnen-pagina's. En in dat boek werd de onzinnigheid van het consumeren van zogenaamd nieuws gekapitteld. Tevens werd het lezen van tijdschriften en vooral van boeken sterk geadviseerd, aldus Huib. Ik was er uiteraard aangenaam door getroffen.
We kwamen ook te spreken over de non-kwaliteit van de meeste TV-programma's en in dat kader kon ik Huib verbazen met het feit dat ik nooit TV kijk, noch naar de radio luister en desondanks tientjeslid (zonder omroepblad?!)  ben van de VPRO, de enige kwaliteitsomroep in ons land.


01 september 2011

Isaac Azimov

Hij is vooral bekend als schrijver van science fiction (SF) verhalen, maar was van zijn vak biochemicus: Isaac Azimov. Eigenlijk ben ik helemaal niet zo'n liefhebber van SF, maar Azimov heb ik altijd met veel genoegen gelezen. Een verhaal dat mij na lezing altijd is bijgebleven zal ik hier proberen samen te vatten. Het was onderdeel van "De science fiction omnibus". Daarvan moet ik ergens in mijn kelder nog een exemplaar hebben liggen, maar ik kon het zo gauw niet vinden, daarom ontbreekt de titel van het verhaal.

Het betreft een verhaal waarin tijd reizen mogelijk is. Ergens in de heel verre eeuwen bestaat een maatschappij van lieden die het zich tot taak hebben gesteld te voorkomen dat er ergens in de tijd oorlog uit zal breken. Dat voorkomen wordt gedaan door te berekenen met grote rekenmachines (de computers bestonden nog niet toen hij dit schreef!) hoe de historie zich zal ontwikkelen. Wordt er, ondanks het ingrijpen toch ergens in de toekomst de mogelijkheid van een oorlog berekend, dan wordt (opnieuw) ingegrepen. Er wordt dan, eveneens met de grote rekenmachines, laat ik voor het gemak "computers" zeggen, berekend welke minimale ingreep nodig is om te voorkomen dat die oorlog zoveel later uit zal breken.
In het verhaal gaat het dan om het verplaatsen van een blik verf in een schuurtje van de tweede plank naar de derde plank; een minimale ingreep inderdaad. En daarmee ontstaat dan uiteindelijk een waterval van verschillen met de andere situatie en het uiteindelijk gevolg is dat die oorlog, zoveel eeuwen later, niet zal plaatsvinden.

Natuurlijk is dit een volstrekt virtuele mogelijkheid maar het heeft mij erg aan het denken gezet; inderdaad kan een heel klein verschil al enorm uitmaken hoe een uitkomst zal zijn. Als de vader van Hitler die avond te laat thuis was gekomen, was er vast geen Adolfje geboren en was de wereld geschiedenis heel anders gelopen om maar eens een voorbeeld te noemen. Maar de kleinste gebeurtenis die miljoen jaar geleden plaats heeft gevonden had een nog veel groter verschil gemaakt. In een complex systeem als onze maatschappij kunnen kleine dingen grote verschillen maken; hierover gaat ook de chaos theorie, de theorie over complexe systemen die zo'n grote rol speelt in mijn hypothese over het ontstaan van het leven. Daarover meer.