In de kleedkamer van Sportcity - ik had een heerlijke sauna genoten maar niet gesport - kwam ik in gesprek met een leeftijdsgenoot; hij had al een zoon van 47 tot mijn verbazing, maar ja, zo kon het in "onze tijd" ook verkeren. Maar daar gaat het verhaal van deze blog verder niet over. Al lopende naar de uitgang bleek al snel dat we van het zelfde sop waren overgoten; hij vanuit "Delft"; we waren beiden chemicus en verzeild geraakt in de gezondheidszorg. Hij ronkte stevig door over moderne ontwikkelingen in de behandeling van kanker en verdiende z'n brood dan ook met het verkondigen van verhalen (zo noemde hij het zelf ook) om met name financiers over de brug te trekken om vooral te investeren in al die moderne en veel belovende start-ups. Ik mompelde iets van "Nina Brink" en hij beaamde dat min of meer.
Al snel waren we het erover eens dat het in de gezondheidszorg vooral gaat om geld verdienen; veel geld zelfs en dat die onfatsoenlijk rijke farmaceutische industriën primair op financieel eigenbelang zijn gericht en nauwelijks op het welzijn van de mensheid. Het "Medisch Industrieel Complex" is net zo geperverteerd als de voedingsindustrie en de genotsmiddelen industrie. Daar waren we het wel zo'n beetje over eens.
Maar hij leek wel heilig te geloven - althans daar deed hij voortdurend kond van - in stamceltherapie; hij presenteerde het als een nieuw panacée, het middel ter bestrijding van alle kwalen. Toen ik later in het gesprek mijn kritiek spuide over "al die nieuwe knieën, schouders en andere gewrichten" riposteerde hij dat met: "over twintig jaar krijg je gewoon een spuitje met stamcellen". Ik kon een lachbui niet onderdrukken en merkte op: "dat geloof je toch niet echt hè". Hij liet dat een beetje in het midden. Hij gaf mij zijn kaartje en adviseerde me om zijn website te bekijken; misschien doe ik dat ook wel.
We wensten elkaar een prettig weekend; hij stapte in een dure auto en ik op mijn ouwe fietsje. Op de terugweg naar huis kon ik gewoon m'n lachen niet houden en tal van panacées trokken aan mijn gedachten voorbij, wonderolie, interferon en dan nu de stamcellen.
Al snel waren we het erover eens dat het in de gezondheidszorg vooral gaat om geld verdienen; veel geld zelfs en dat die onfatsoenlijk rijke farmaceutische industriën primair op financieel eigenbelang zijn gericht en nauwelijks op het welzijn van de mensheid. Het "Medisch Industrieel Complex" is net zo geperverteerd als de voedingsindustrie en de genotsmiddelen industrie. Daar waren we het wel zo'n beetje over eens.
Maar hij leek wel heilig te geloven - althans daar deed hij voortdurend kond van - in stamceltherapie; hij presenteerde het als een nieuw panacée, het middel ter bestrijding van alle kwalen. Toen ik later in het gesprek mijn kritiek spuide over "al die nieuwe knieën, schouders en andere gewrichten" riposteerde hij dat met: "over twintig jaar krijg je gewoon een spuitje met stamcellen". Ik kon een lachbui niet onderdrukken en merkte op: "dat geloof je toch niet echt hè". Hij liet dat een beetje in het midden. Hij gaf mij zijn kaartje en adviseerde me om zijn website te bekijken; misschien doe ik dat ook wel.
We wensten elkaar een prettig weekend; hij stapte in een dure auto en ik op mijn ouwe fietsje. Op de terugweg naar huis kon ik gewoon m'n lachen niet houden en tal van panacées trokken aan mijn gedachten voorbij, wonderolie, interferon en dan nu de stamcellen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten