Natuurlijk hebben we de vrijdagavond ontzettend gezellig gebridged; we eindigden een beetje in de staart van het peloton maar daar trekken we ons tegenwoordig niet zo gek veel meer van aan; het gaat om het spelplezier en dat was met dit gezelschap gegarandeerd; allemaal leuke mensen. Na afloop van het bridgen zat iedereen geanimeerd met elkaar te praten en bepaald niet alleen over bridgen. Door omstandigheden was ik wat in mezelf gekeerd en zat het gezelschap zo met genoegen aan te kijken; de zeer gerieflijke ruime leren stoelen in de bar vroegen daar ook wel een beetje om. Een reuze gezellige ambiance; het biertje smaakte me dan ook best. De volgende morgen hebben we in de serre geluncht met uitzicht op de klaterende fontein. Het was helder weer dus dat beloofde een goede wandeldag. De meesten gingen fietsen; het hotel verhuurde fietsen waaronder ook fietsen met een elektrische hulpmotor. Dat was wel zo gerieflijk met die vrij harde wind in dat open landschap.
|
Buitendijks natuurgebied met veel vogels |
Roos en ik gingen aan de wandel; Domburg was onze oorspronkelijke bestemming. Via het strand van de Veerse dam bereikten we Walcheren. Onderweg gaf ik aan dat Veere veel mooier was dan Domburg en daarom veranderden we ons plan. We passeerden Breezand, alwaar we opnieuw een zakje bolussen kochten; ik ben dol op die zoete kaneelsuikerbrooddraaisels. De wandeling liep vooral over dijken; Zeeland telt ontzettend veel dijken; dat was me bij m'n
wandeling in Zeeuws Vlaanderen ook al zo opgevallen.
We passeerden een natuurgebiedje met een aantal fouragerende kluten; prachtige zwart-witte vogels met omhoog gekromde snavels. Dat laatste konden we overigens zonder verrekijkers niet zien hoor van die afstand. Gegak van ganzen en gefluit van allerlei zangvogels. Een opmerkelijk grote roofvogel completeerde het gezelschap; indrukwekkend geheel op een klein stukje buitendijks land. We zagen toen dat er op deze ongeasfalteerde buitendijk ook een wandelpad liep; voor de terugweg.
|
Silhouet van Veere vanaf de dijk |
Verder via het Veerse bos en de zeedijk naar Veere; je ziet het stadje met haar karakteristiek silhouet opdoemen; de toren van het stadhuis en de reusachtige kerk met de stompe toren en natuurlijk de witte molen. De dijk eindigde bij het water van de voormalige vesting Veere. Daar stond een soort hutje met een stenen wenteltrap. Natuurlijk probeerden we waar dat heen ging en dat bleek naar een tunnel te gaan die over het water liep. Geschutsgaten voor de verdediging. Het gaat om een vestingwerk dat in 1811 werd aangelegd tijdens de regering van Napoleon, in het zelfde jaar dat mijn voorvader "
Hendrik de Kozak" naar Rusland werd gezonden om aldaar zijn dienstplicht te vervullen. Ik had mij eigenlijk nooit eerder gerealiseerd dat Napoleon ons land ook daadwerkelijk heeft proberen in te lijven in het Franse rijk zoals de Romeinen dat deden met hun vestingen langs de Rijn in NL. Maar deze "Stenen Beer" getuigde daar toch van.
|
Doorgang door de "Stenen Beer". |
Naast het bouwwerk was een informatiebordje:
Deze gemetselde verbinding tussen de Zeedijk en de bolwerken van Veere scheidt de vestinggracht van het zeewater. Het is een deel van de vestingwerken uit de Napoleontische tijd (vanaf 1811). In de stenen beer is een overdekte doorgang, poterne genoemd, met schietsleuven (embrasures).
Het was toegestaan om het vestingwerk te betreden en zo kwamen wij op ongewone manier het stadje binnen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten