01 juni 2011

Het verdronken land van Saeftinghe

Roos en ik splitsten ons; terwijl ik met Henk Hunneman richting Braakman ging, reed zij met anderen naar het verdronken land van Saeftinghe. Hier haar verslag.

Droogvallende kreken in de zeeklei

Het verdronken land van Saeftinghe ligt verlaten van mensen in de oksel van Zeeuws Vlaanderen. In de verte grazen witte koeien, een paar eenden snateren en een kievit buitelt door de lucht. Wie het mag bezoeken, moet het land eerst nog veroveren. Want bij eb - het getijde waarbij bezoek mogelijk is - liggen de kreken bijna droog. Dikke modder en klei lopen taps naar het midden waar het laatste stroompje richting de Westerschelde vloeit. Vlak bij het grote water stort er zich een massa water bulderend en kolkend naar zeewaarts, een bruggetje zonder leuning lijkt ineens maar een penibele overgang. 


De vangst in ogenschouw nemend


De entomologengroep werkten zich in hun zomerweekend met vereende kracht door de blubber. De laarzen trokken met een soppend geluid moeizaam naar de volgende stap en o wee wie zijn evenwicht verloor: die zat van onder tot boven in de drek. Was het eenmaal gelukt, dan wachtte daar de beloning in de vorm van allerlei bijzondere plantjes waar een verscheidenheid aan insecten te zien valt. Deze tocht was het nogal koud en winderig, niet de ideale omstandigheid om insecten te vinden maar er werden er toch wel gescoord. 

Schuilende hommel

Met vlindernetten zwaaiden een paar deelnemers door de wuivende struiken en daarin bleven gelukkig genoeg insecten over om later op de avond te determineren. In een soort vijvertje was activiteit van bacteriĆ«n te onderscheiden, een regenboogkleurig laagje op het water dat in de zakkende zon mooi opgloeide. 

Ten onrechte vaak als olie gezien is dit een product
van gezonde bacteriegroei

Het was zaak om vooral in zuidelijke richting te kijken, want keek je noord, dan zag je een skyline van fabriekspijpen en ook ploegden er enkele enorme schepen door het gras. Gezichtsbegoocheling natuurlijk, ze lagen laag op het onzichtbare water, het leek zo wel een verdwaalde pampa, een vergrast binnenmeer. Maar de entomologen hadden alleen oog voor de hommels, de kevers, de rupsen en de mieren. En zo hoort het ook.

Geen opmerkingen: