|
Jan opent de schors van een dode den om een indruk te
krijgen over de entomologische fauna aldaar. |
We zijn beiden lid van de sectie Thijsse van de Nederlandse Entomologische Vereniging. Binnen het bestuur heb ik graag plaats gemaakt voor Jan ten Hoopen; hij is veel en veel deskundiger dan ik op het terrein van natuur en natuurbeheer; Jan is bos-ecoloog en met name geïnteresseerd in de entomologische aspecten en dood hout beheer in bossen. Inmiddels heb ik door de
wandelingen met Ab ervaren dat het ontzettend leerzaam en aangenaam is om met een echte deskundige door natuurterreinen te banjeren; daarom had ik Jan ook gevraagd of wij onze hobbies, wandelen en natuur niet eens konden combineren. En zo waren wij aan de wandel in "de achtertuin" van Jan, de Veluwe zoom; een schitterend natuurgebied aan de rand van de Veluwe, zo tegen de IJssel aan.
Met m'n Dal Vrij abonnement vroeg op stap en om 8.30 ontmoetten we elkaar bij station Dieren; met Jans' auto langs de Posbank en een parkeerterreintje en toen stevig aan de wandel. Eerder hadden we afgesproken dat we zo'n 15 à 20 km zouden gaan doen; ik moest die avond nog bridgen en wilde nog wat energie over hebben; Roos en ik waren niet voor niks van de C-lijn naar de B-lijn van de club gepromoveerd. Het werden er uiteindelijk ruim 21 en dat was ook wel genoeg.
|
Sporen van moedergang met zijgangetjes
van de larven |
Onderweg kwamen we langs een stuk met omgewaaide dode bomen; het onderzoeksgebied van Jan. Met een stevig mes peuterde hij de bast open op zoek naar insectensporen. Hij toonde mij met veel kennis wat de insecten aan vraatsporen onder de bast hadden achtergelaten. Fascinerend hoe hij aan de loop van de sporen de geschiedenis kon aflezen: een relatief brede moedergang van een insect (een dennenscheerder als ik het goed heb onthouden), waar zij aan het eind eitjes had gelegd en van daar uit een waaier van smalle gangetjes van de jonge larven. Deze larvensporen kwamen abrupt tot een eind omdat daar de larven door een predator-insectenlarve waren opgepeuzeld. En vast geen toeval, even verderop in de bast peuterde Jan een larve tevoorschijn met vervaarlijke kaken: een
kortschildkeverlarve. Ook liet hij mij het karakteristieke uitvlieggat van een
timmerboktor zien, een insect dat ik vermoedelijk vorig jaar een keer heb gezien bij mij achter in het bos.
Ik heb genoten van de schoonheid van het landschap en de deskundige entomologische en landschappelijke begeleiding. Hiervan zouden meer mensen moeten kunnen genieten; wie weet vormen dit soort (georganiseerde) rondleidingen een interessant (braakliggend?) terrein om zowel het wandelen, de interesse in het landschap en haar insecten te stimuleren? Wellicht iets voor de natuurorganisaties; ik ken in ieder geval een zeer deskundige gids met een uitstekende wandelconditie!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten