Van vriend Dick, mijn vaste reporter uit Vaals kreeg ik het bericht dat de bekende myrmecoloog/ecoloog Edward O. Wilson op tweede kerstdag was overleden op de gezegende leeftijd van 92 jaar. Mij was hij vooral bekend vanuit de mierenwereld; hij heeft prachtige boeken geschreven over deze fascinerende sociale insecten en ook honderden voor de wetenschap nieuwe soorten beschreven. De laatste jaren hoor ik zijn naam veel meer noemen in de ecologie en kennelijk heeft hij zich vanuit dien hoofde ook krachtig uitgesproken over het behoud van de biodiversiteit.
Dick deed zijn bericht vergezellen van een e-pub van Wilsons' mij onbekende boek: Half-Earth waarin hij een dringende oproep doet aan de mensheid om de waanzinnige uitstervingsgolf te keren. De zesde extinctie is al eeuwen aan de gang maar de snelheid waarmee het uitsterven van de soorten heden geschiedt neemt ook nog eens exponentieel toe.
Inmiddels heb ik het boek in sneltreinvaart gelezen en het heeft behoorlijk indruk op me gemaakt. Daar waar Wilson een oproep doet aan ons, heb ik sterk de neiging om het onvermijdelijke tegemoet te zien; wij mensen zijn ook maar behept met een primitief vermogen tot verder te kijken. De opwarming van de aarde wordt al decennia lang voorzien en er gebeurt niets; het tekort aan drinkwater staat ook al decennia op de agenda. De zesde extinctie zal de wereld waarschijnlijk aanzienlijk minder interesseren; "erst das Fressen, dann die Moral". Met Wilson wordt in ieder geval een tijdperk afgesloten naar mijn gevoel; een tijdperk van de taxonomen, van de Prikkebenen en anderen die de natuur in de natuur bestuderen en bewonderen en de fascinerende samenhang van alle organismen proberen te begrijpen. Wilson beschrijft als geen ander hoe ook de mens onderdeel vormt van dit samenhangend stelsel van organismen en daaruit is voortgekomen en volledig afhankelijk van is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten