Piepklein zandhagedisje |
Vervolgens hebben we alledrie een nieuw zandbed gemaakt. Met een spade had ik eerst zoden verwijderd zodat ik een diepe kuil kon graven om geel dekzand uit de ijstijd op te graven. Vervolgens een stuk vrijgemaakt van opslag daar waar het bed gemaakt zou worden, op de zuid-west helling vanwege de zonrichting; de zoden opzij gelegd om het zandgat later weer te vullen. Toen een diepe kuil gegraven en het gele (dek)zand opgedolven; het zweet liep van m'n gezicht: "eerlijk werk, waar jet het warm van krijgt en gaat zweten", zoals ik dat graag noem; was ik in m'n werkzaam leven niet vaak mee geconfronteerd; altijd maar aan een bureau en in overleg. Tot slot de kuil weer dichtgegooid met kluiten die ik zodanig afsneed van de boven laag dat daarbij weer een stijlrandje ontstond voor eventuele solitaire graafbijen; je blijft toch lid van de NEV nietwaar!
Ab zal Dick wel eens vertellen hoe het allemaal moet gebeuren (har har) |
En toen verder de hei op, waarbij Dick mij opmerkzaam maakte op allerlei interessante dingen als een cocon, waarvan ik dacht dat het een reptielenei zou zijn, afkomstig van hagedis of adder; maar nee, het was afkomstig van een geleedpotige (ik dacht een spin) die daarin eitjes afzet en haar jongen doet uitkomen. Ik heb het in mijn zak gestoken en mee naar huis genomen; Roos herkende het direct als een cocon van een insect!
Inmiddels gingen we over tot het volgende dagonderdeel: het eten van de door mij meegenomen kippenvleugeltjes en cocoskoek en op naar het inventariseren van adders. Dick doet dat al vele jaren, daarbij regelmatig bijgestaan door broer Ab.
Hij fotografeert de koppies voor de identificatie, noteert weersomstandigheden, precies de plaats waar hij de individuele slang heeft gevangen, noteert de lengte van het dier en de vegetatie van de vangstplaats. Kortom een enorme dataverzameling op basis waarvan onderzoek plaats kan vinden.
Adder op de witte achtergrond van het net |
Tegen een uur of vier stopten we en gingen nog even bij Dick in Beilen langs huis. Nog even zijn prachtige exotische slangen in het terrarium bewonderd; mooie gladde huiden i.t.t. de adders, die heel voelbaar geschubd zijn.
Ab en ik gingen met de auto naar mijn flatje; ik had nog een reeschouder staan; die heb ik met wat cantharellen uit de vriezer tot een heerlijke Sauce Parisienne voor over de pasta verwerkt; met de pronkertjes van Matton smaakte het allemaal prima. Tot slot, met m'n laatste energie samen met Roos op de tandem m'n fiets opgehaald van het station. Ik was nog niet thuis of ik lag te slapen; heerlijke dag!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten