Van vriend Dick had ik een link gekregen naar een bijzondere presentatie over de heropening van het Rijksmuseum. Het enthousiasme van de presentator en het schitterende camerawerk hadden me zodanig geënthousiasmeerd dat ik een dringende behoefte voelde om het prachtigs dat ik eigenlijk tot nu toe bij mijn (vele) bezoeken aan het Rijks gemist had eens nader te beschouwen; je gaat toch anders kijken.
De maandag is een rustige dag en het museum is enorm groot; niet zo groot als het British museum, maar toch groot genoeg om de enorme publieke belangstelling te kunnen herbergen.
En inderdaad zag ik de dingen die in de presentatie werden aangestipt nu ook beter; de achterkant van het admiraalsschip van de Engelsen dat boven de toegangsdeur hing van de zaal van de 17e eeuwse vloot, "onze" grote macht op de wereldzeeën. Maar ook de bijzondere opstelling van schilderijen van de 17e eeuwse meesters met spullen uit die tijd; de rijkdommen die door de burgerlijke machtigen waren verzameld; prachtige handwerksproducten. Maar ook de herkenning van de overblijfselen uit Smerenburg en natuurlijk "het behouden huijs"; heb ik als kleine jongen ook samen met mijn vader bekeken en de mutsen van Smerenburg heb ik samen met Joke en Hugo nog wel eens bekeken vele jaren geleden.
Natuurlijk ook langs de andere schilderijen, de gebroeders Maris, Breitner, Mauve, inmiddels mij veel beter bekend; genieten. Ik kon het niet laten om tegen een vrouwlijke suppoost te zeggen: "wat is er veel hè", ze adviseerde me om regelmatig terug te komen. En dat zal ik zeker blijven doen.
Nog bedankt Dick voor het stimulerende verhaal!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten